Bijna de helft van de Nederlandse werkgevers (43%) ervaart knelpunten in het wettelijke verlofstelsel.

Ze pleiten daarom voor minder wetgeving op het gebied van verlof. Werkgevers zijn tegelijkertijd ruimhartig in het toekennen van verlof: 40% vult wettelijke regelingen aan en diverse werkgevers hebben extra verlofregelingen afgesproken in bijvoorbeeld de cao of arbeidsvoorwaardenregeling. Als er geen (passende) verlofregeling is, bijvoorbeeld bij rouw, studie of mantelzorg, vinden werkgever en de betreffende medewerkers oplossingen die bij de situatie passen. Werkgevers vinden dat een generieke regeling dan weinig toevoegt of hun mogelijkheid tot maatwerk te veel beperkt.

Dit blijkt uit het ledenonderzoek ‘Hoe denken werkgevers over verlof(regelingen)?’ van werkgeversvereniging AWVN. De resultaten van het AWVN-onderzoek ondersteunen het SER-advies van vorig jaar dat pleit voor vereenvoudiging van het verlofstelsel. AWVN roept naar aanleiding van het onderzoek het kabinet op om het SER-advies om te zetten in wetgeving die minder regeldruk oplevert en dus beter aansluit bij de praktijk.

Van de werkgevers ervaart 43% het grote aantal wettelijke regelingen als het belangrijkste knelpunt in de geldende verlofregelingen. Er ontstaat verwarring omdat hoogte, duur en manier van aanvragen sterk onderling verschillen, bijvoorbeeld in de regelingen rond ouderschap. Problemen met roosters en inzet van personeel is het tweede knelpunt.

Werkgevers zijn ruimhartig rond verlof. Nederlandse werknemers hebben gemiddeld 28 vakantiedagen tot hun beschikking, aanzienlijk meer dan het wettelijke minimum van 20 dagen. Van de werkgevers heeft 40% daarnaast wettelijke verlofregelingen uitgebreid, bijvoorbeeld met meer dagen of door verhoging van de uitkering tot 100% van het salaris. Verder zijn er veel (aanvullende) regelingen naast het wettelijke verlof. Het gebruik daarvan is echter relatief beperkt. Topscorers zijn rouwverlof en studieverlof, beide met bijna 30% regelmatig tot vaak gebruikt. De meeste werkgevers willen het aantal aanvullende verlofregelingen gelijk houden (twee derde), een kleine groep overweegt uitbreiding (3%) of beperking (10%).

Samen een oplossing vinden in plaats van standaardoplossingen aanbieden, is een rode draad in de voorkeur van werkgevers om met verlof in hun bedrijf om te gaan. Dat geldt bijvoorbeeld als een gezinslid van een medewerker overlijdt, maar er geen formele afspraak over rouwverlof is. Twee derde van de werkgevers geeft aan dat in dergelijke gevallen werkgever (of leidinggevende) en de medewerker in onderling overleg tot een oplossing komen. De medewerker krijgt bijvoorbeeld extra verlof en kan werktijden aanpassen of thuiswerken.

Mantelzorgers krijgen van veel werkgevers ruimte om hun zorg uit te voeren: 74% van de werkgevers maakt afspraken over (aangepaste) werktijden en nog eens 57% maakt afspraken over hybride werken. Als er eenmaal (maatwerk)afspraken zijn gemaakt over de combinatie van werk en mantelzorg, ervaart de helft van de werkgevers hiermee geen problemen. Van de wel ervaren problemen is werkstress de belangrijkste: 29% van de werkgevers ziet dat bij hun mantelzorgers. Onverwachte afwezigheid en inroosterproblemen komen ook voor, 20% elk.

Aan het AWVN-ledenonderzoek over verlof namen 115 werkgevers deel. Zij vormen een goede afspiegeling van het Nederlandse bedrijfsleven qua omvang, regionale verdeling en sectorale verdeling.

AWVN

Werkgeversvereniging AWVN is de belangrijkste arbeidsvoorwaardenadviseur van Nederlandse werkgevers. AWVN is betrokken bij het merendeel van alle bijna 800 Nederlandse cao’s en bij een belangrijk deel van de arbeidsvoorwaardenregelingen.

Bron: AWVN