In de 21ste eeuw hebben we het Industriële Tijdperk achter ons gelaten en zijn we het Kennis – en Innovatietijdperk binnen getreden. Die overgang heeft fundamentele veranderingen veroorzaakt die niet vaak voorkomen. Een vergelijkbare omwenteling vond maar liefst 160 jaar geleden plaats. Daarom is het onbegrijpelijk dat overheid, politiek en bedrijfsleven denken met enige aanpassingen de crisis te kunnen "repareren" en dat daarmee volstaan kan worden. Dit is een misrekening met, als we zo doorgaan, catastrofale gevolgen voor de toekomst van Nederland.
Fundamentele veranderingen generen bedreigingen, maar ook kansen. Om de bedreigingen te minimaliseren en van de nieuwe kansen gebruik te kunnen maken, moeten de zaken vanuit een nieuwe conceptie worden aangepakt. De essentie van die nieuwe aanpak is een aansprekend perspectief op basis van een SWOT – analyse van Nederland in de context van een globaliserende wereld en een Verenigd Europa in de 21ste eeuw.
Wat moeten we doen om de toekomst zeker te stellen?
Leerzaam is in dit verband de omslag die de Sovjet- Unie moest maken toen het communistisch systeem in elkaar stortte. Grote problemen waren het gevolg. Om te voorkomen dat wij iets dergelijks meemaken, moeten we bereid zijn tijdig en op een geheel nieuwe manier naar de ontwikkelingen te kijken. Slagvaardig en vrij van vooringenomen standpunten zullen overheid en bedrijfsleven tot handelen moeten overgaan. Dus niet de symptomen bevechten maar wezenlijke vernieuwingen en veranderingen doorvoeren. Wij moeten niet alleen onze wijze van denken, doen en handelen vernieuwen, maar ook de producten die wij maken, en de diensten die we aanbieden. Alles moet afgestemd zijn op de nieuwe kansen die de 21ste eeuw ons biedt.
Innoveren is de beste katalysator voor een goede economische, financiële en strategische positie van de onderneming. Zo genereert innovatie hogere omzet, door andere en meer exportmogelijkheden. Bovendien verkrijgt een innoverend bedrijf meer macht en aanzien (zie Apple). En door innoverende producten te ontwikkelen concurreert men op kwaliteit in plaats van op lagere kosten. De Nederlandse economische structuur met hoge loonkosten is beter geschikt om dit type concurrentie aan te gaan. Daarom moet er een beleid tot stand komen dat innovatie sterk stimuleert en katalyseert. Ondanks alle benoemde commissies en goede voornemens is daar nog bar weinig van terecht gekomen.
In de bedrijven moet de CEO meer een dirigent dan een commandant zijn. De CEO heeft bij innoverende activiteiten meer te maken met zelfstandige denkende en werkende medewerkers en partners. Die moeten worden gestimuleerd gedirigeerd en aan de zelfde partituur worden gehouden, zonder ze te beperken of te belemmeren in hun werk en creativiteit. Ook is het belangrijk dat de CEO in open verbinding staat met alle groepen in en rondom het bedrijf, met klanten net zo goed als met medewerkers. Hij moet er voor zorgen dat er geen "filters"zijn, die verhinderen dat hij als CEO weet wat er speelt. Voor de juiste strategie en beleidsbeslissingen moet de CEO en zijn managers (door innovatieve digitale functionaliteiten mogelijk geworden) realtime over de juiste interne en vooral ook externe informatie kunnen beschikken.
Bron: www.creditexpo.nl