Naar schatting hebben bijna 1,4 miljoen Nederlandse huishoudens problematische schulden of een risico daarop. Met een brede schuldenaanpak is de overheid – in samenwerking met een even brede coalitie van betrokkenen – in de aanval om dit brandende vraagstuk aan te pakken. Zorgverzekeraar CZ vertegenwoordigt de Schuldeiserscoalitie, waarin onder andere grote commerciële schuldeisers als telecombedrijven, zorgverzekeraars en woningbouwcorporaties zijn verenigd. De vereniging van gecertificeerde incasso-ondernemingen NVI denkt mee namens de incassobranche. In een tweeluik pleiten Manuel van der Hoek, manager incasso bij CZ, en Connie Maathuis, directeur NVI, beiden voor een benadering van problematische schulden, waarin de menselijke maat écht centraal staat.

Manuel van der Hoek, manager incasso bij CZ


In de zes jaar dat Manuel van der Hoek als manager verantwoordelijk is voor debiteurenbeheer, heeft hij van dichtbij kunnen zien hoe mensen met schulden soms fijngemalen worden tussen instanties en bedrijven en zo steeds dieper in de problemen raken. ‘Voor een iets te grote groep mensen hebben we de samenleving té complex gemaakt’, meent hij. Dat vraagt om een andere aanpak, waarbij schuldeisers als CZ, gemeenten die schuldhulpverlening in hun takenpakket hebben en andere belanghebbenden alles op alles moeten zetten om mensen weer op het goede spoor te krijgen.

Zorgverzekeraar als “kanarie in de kolenmijn”

Als één van de grotere zorgverzekeraars, staat CZ in de frontlijn van de schuldenproblematiek. Manuel van der Hoek: ‘Als zorgverzekeraar ben je de “kanarie in de kolenmijn”, de zorgpremie is één van de eerste rekeningen die blijven liggen. We zien voor onszelf dan ook een belangrijke rol om met het signaal aan de slag te gaan als we betalingsachterstanden zien. Hoe eerder je er bij bent, hoe groter de kans op een goede oplossingen voor iedereen.’ De inspanningen van de zorgverzekeraar om problemen te voorkomen of op te lossen, worden daardoor steeds persoonlijker. Een voorbeeld dat navolging verdient, vindt Van den Hoek, want het heeft wel degelijk effect. Het veelgehoorde bezwaar dat er regelgeving in de weg staat, gaat maar ten dele op: ‘Het vraagstuk is té urgent om te wachten. Kijk naar wat wél kan en neem je verantwoordelijkheid.’

Samenwerken met klant centraal

CZ heeft met een reeks gemeenten samenwerkingsafspraken gemaakt, om te voorkomen dat mensen dieper in de problemen komen, nadat de zorgverzekeraar betalingsachterstanden heeft opgemerkt. Van der Hoek: ‘In tal van gemeenten, zoals Nijmegen, Breda en Sittard, kunnen we mensen met een betalingsachterstand nu een concreet voorstel doen: wilt u hulp van de gemeente? Als ze toestemmen, dan zitten ze ook binnen één á twee dagen aan tafel, is er een vertrouwenspersoon en een regisseur beschikbaar en wordt de klant gevraagd wat of hij of zij wil.’

Complexiteit vraagt om innovatie

Uiteraard is daar niet iedereen mee gered, want schuldenproblematiek kan erg complex zijn. Daar zijn innovatievere oplossingen voor nodig. Van der Hoek: ‘In Den Haag is CZ aangesloten bij Schuldenlab070, een mooi initiatief van gemeente, hulpverlening en bedrijven om met andere ogen naar schuldhulpverlening te kijken. Met dit soort initiatieven bevorderen we met elkaar samenwerking en innovatie.’ Voor integrale hulp aan Haagse gezinnen met ernstige problemen op meerdere leefgebieden, loopt het project Sociaal Hospitaal, dat met een Health Impact Bond wordt gefinancierd door CZ, in de verwachting dat de geboden hulp op termijn niet alleen goed is voor het gezin, maar ook aanmerkelijke besparingen oplevert.

Nog genoeg te doen

Zorgverzekeraars zijn niet alleen een van de eerste partijen die het ontstaan van problematische schulden opmerken. Ze dragen er deels ook aan bij: mensen die als wanbetaler te boek komen te staan en aangemeld worden bij het CAK, hebben het lastig om daar weer weg te komen vanwege hoge boetes en rigide regels. ‘We werken er als sector hard aan om die aantallen terug te dringen’, zegt Van der Hoek. ‘En dat heeft ook wel succes: in een paar jaar tijd is het aantal huishoudens dat met het CAK te maken heeft gedaald van ruim 300 duizend naar ruim 200 duizend. Tegelijk zegt dat ook dat er nog genoeg te doen is.’

“Life-event” meestal de oorzaak

Wat daarbij in de weg staat is dat het Nederlandse stelsel is ingericht op het uitgangspunt dat degene die schulden maakt ook schuldig is. ‘Dat maakt alles onnodig moeilijker’, aldus Van der Hoek. ‘We zien dat er in zowat alle gevallen waar problematische schulden ontstaan, sprake is van een “life-event”, waardoor de zaak ontspoort’, aldus van der Hoek. ‘Denk aan het overlijden van een partner of kind, aan werkloosheid, aan ziekte of een huis dat “onder water staat”. En er zijn meer misverstanden: zo is 19 procent van de mensen met problematische schulden hoger opgeleid. Het gaat écht bepaald niet alleen om arme mensen die domme dingen doen. In onze ervaring gaat het in slechts een paar procent van de gevallen om mensen die leven met “na mij de zondvloed” als motto. Die moet je natuurlijk aanpakken, maar bereidwillige klanten – en dat is de overgrote meerderheid – moeten we helpen om er uit te komen.’

Connie Maathuis, directeur NVI


Connie Maathuis, NVI: ‘Stap eens over je eigen schaduw heen’

Problematische schulden vormen een vraagstuk van grote getallen. De som van alle niet- of moeilijk te innen schulden is hoog, net als het aantal getroffen huishoudens dat in zwaar weer zit. Als directeur van de vereniging van gecertificeerde incasso-ondernemingen NVI pleit Connie Maathuis er bij zowel schuldeisers als schuldhulpverleners en overheden voor om eens een flinke stap terug te zetten om het vraagstuk van een enige afstand opnieuw te bekijken.

Als we als betrokken partijen bij de brede schuldenaanpak niet over onze eigen schaduw kunnen stappen, dan wordt het heel lastig – alle goede bedoelingen ten spijt.’

Dieper in de problemen gedrukt

Een van de lastige vraagstukken als het gaat om het aanpakken van problematische schulden, is het idee dat je mensen toch vooral niet mag “belonen” voor het feit dat ze schulden hebben die ze niet terug kunnen betalen. ‘Juist dáár zijn we met z’n allen volledig op gefocust’, zegt Maathuis. ‘Maar het gevolg is dat we mensen steeds dieper in de problemen drukken. Een groot deel van de problematische schulden bestaat uit boetes, incasso- en deurwaarderskosten. Neem het bekende voorbeeld van de zorgpremie. Als je die niet kunt betalen, dan ga je naar het CAK, waar je voor een basis-zorgverzekeringen zo’n 30 procent extra premie betaalt. Kort door de bocht: hoe denk je nou dat iemand die 100 procent van zijn premie niet kan betalen wél 130 procent op tafel kan leggen? Vandaag de dag is er verontwaardiging tot in de Tweede Kamer over de manier waarop dit gaat. Maar het is diezelfde Tweede Kamer die dit heeft geregeld.’

Incassoregister

Eén van de meest recente maatregelen in het kader van de brede schuldenaanpak, is de inrichting van een landelijk incassoregister. Minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker maakte dat in februari bekend. Incassobureaus zijn straks verplicht zich in te schrijven bij het register. Als de bureaus zich niet aan de regels houden, lopen zij het risico op een boete en het schrappen van de registratie. De minister hoopt zo uitwassen in de nog altijd groeiende incassowereld tegen te gaan.

Aanpassingen nodig in hele keten

De NVI van Maathuis loopt ver op deze registratie vooruit met leden die zich allemaal gecertificeerd en wel gecommitteerd hebben aan maatschappelijk verantwoord incasseren. Maathuis is dan ook blij met de aangekondigde wettelijke regeling, want de rotte appels geven de hele incassobranche een slechte naam. Maar ze waarschuwt voor te veel optimisme als het gaat om het effect van de maatregel op de manier waarop met problematische schulden wordt omgegaan. ‘Het instellen van een incassoregister is onder de noemer van “terugdringing schuldenproblematiek en armoedebestrijding” in het regeerakkoord opgenomen. Maar hoeveel registers je ook maakt, dat zal niet bijdragen aan terugdringing dáárvan. Wel reguleer je de incassobranche, maar het moet veel breder: in de gehele keten moeten aanpassingen komen, inclusief – of misschien wel te beginnen bij – het gedrag van schuldeisers.’

Méér in de actiemodus

Maathuis pleit er nadrukkelijk voor om de mens nu echt centraal te stellen en om de brede schuldenaanpak méér in de actiemodus te zetten. ‘Het gaat om grote groepen mensen, die diep in de problemen zitten. Als je dat beseft, dan kan en moet het sneller. Neem bijvoorbeeld de beslagvrije voet. Die zou per 1 januari 2017 vereenvoudigd worden, een maatregel die echt van levensbelang is voor mensen met problematische schulden. Maar omdat de Belastingdienst de systemen daarvoor niet op orde krijgt, wordt dat nu 2021! We konden eind jaren ’60 mensen op de maan zetten, maar dit lukt ons niet…ik vind dat heel pijnlijk: onze overheid hoort de poort naar hulp te zijn voor mensen in de problemen.’

Dit voorbeeld illustreert volgens Maathuis heel goed wat er wat haar betreft moet veranderen.

Bron: Overheid van nu