De Autoriteit Financiële Markten (AFM) stelt elk kwartaal de toetsrente vast voor hypotheken met een rentevastperiode korter dan tien jaar. De toetsrente voor het vierde kwartaal van 2023 bedraagt 5%.
Gebruik toetsrente
Bij de berekening van de financieringslast en de toegestane financieringslast rekenen hypotheekaanbieders met de door de AFM gepubliceerde toetsrente. Dit is van toepassing als er sprake is van een hypotheek met een rentevastperiode korter dan 10 jaar. De toetsrente dient ter bescherming van consumenten, zodat zij niet in de financiële problemen raken bij hogere maandlasten na afloop van de rentevastperiode.
Is de werkelijke geoffreerde debetrentevoet hoger dan de door de AFM gepubliceerde toetsrente? Dan rekent de hypotheekaanbieder, bij het vaststellen van de financieringslast en de toegestane financieringslast, met de daadwerkelijk geoffreerde debetrentevoet.
Toelichting berekening toetsrente
Om de toetsrente vast te stellen berekent de AFM een debetrentevoet conform artikel 3 lid 10 Tijdelijke Regeling Hypothecair Krediet (Trhk). Deze debetrentevoet is een naar marktaandeel gewogen gemiddelde van de debetrentevoet die op de eerste dag van de laatste maand van het lopende kwartaal wordt gehanteerd door ten minste vijf van de zes grootste aanbieders van hypotheken voor hypotheken met een annuïtair aflosschema, zonder kortingen of garanties, met een rentevastperiode van 10 jaar en een maximaal toegestane LTV-ratio van 100%. De AFM bepaalt de marktaandelen van aanbieders op basis van gegevens van het Kadaster en gaat uit van het aantal verstrekte hypotheken.
Systeemaanpassingen
De AFM merkt op dat de op 1 september 2023 berekende gewogen gemiddelde debetrentevoet net onder de 5% uitkomt. Als de hypotheekrente volgend kwartaal verder stijgt kan de toetsrente in het daaropvolgende kwartaal boven de 5% uitkomen. De AFM attendeert aanbieders op deze mogelijke stijging en verwacht van aanbieders dat zij zijn voorbereid op een dergelijke systeemaanpassing.
Bron: AFM