Sinds de economische crisis in 2008 is het wereldwijde internationale toerisme ieder jaar met gemiddeld 4,8 procent gegroeid. Ook Nederland kreeg sinds 2010 steeds meer buitenlandse toeristen over de vloer. Dat blijkt uit cijfers van de World Tourism Organization (UNWTO) en het CBS, die in het Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2017 zijn samengebracht.
Het jaar 2016 was het zevende opeenvolgende jaar van groei van het wereldwijde internationale toerisme na de crisis in de jaren 2008–2009. Het aantal buitenlandse toeristen groeide in 2016 wereldwijd met 3,9 procent tot ruim 1,2 miljard. Vooral Azië en Oceanië en Afrika profiteerden met ruim 8 procent meer buitenlandse toeristen.
Binnen Europa wisselend beeld
In Europa was de groei van het aantal buitenlandse gasten in 2016 scheef verdeeld. Sommige delen van Europa kregen meer buitenlandse toeristen, andere delen minder. Uit internationaal onderzoek blijkt dat reizigers uit veiligheidsoverwegingen landen vermijden waar de politieke situatie erg onrustig is of waar recent terroristische aanslagen zijn gepleegd. Het aantal buitenlandse toeristen groeide in Europa met 2,4 procent in 2016. Vooral de regio’s Noord-Europa (6,1 procent) en Centraal en Oost-Europa (3,7 procent) profiteerden. In de regio West-Europa groeide het toerisme niet (0 procent). De EU-28 groeide met gemiddeld 4,6 procent in 2016.
Toerisme in Nederland groeit harder dan in EU-28
Nederland deed het in 2016 beter dan gemiddeld in West-Europa met een groei van 5,5 procent tot ruim 15,8 miljoen buitenlandse gasten in Nederlandse logiesaccommodaties. Ook in 2014 en 2015 groeide het inkomend toerisme in Nederland harder dan in de EU-28 en de wereld. De groei was in 2016 vooral te danken aan gasten uit de ons omringende landen Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en België. Van alle buitenlandse gasten die Nederland in 2016 bezochten, kwam 76 procent uit Europa. Van buiten Europa trok Nederland vooral meer toeristen uit Noord-, Midden- en Zuid-Amerika (9,2 procent). Uit Azië kwamen in 2016 minder toeristen naar Nederland (2,4 procent).
13 procent meer buitenlandse gasten in eerste 8 maanden 2017
In de eerste acht maanden van 2017 zette de groei van het internationale toerisme wereldwijd door met 6,6 procent meer inkomende toeristen dan in dezelfde periode van 2016. Daarbij herstelden de bestemmingen die recentelijk werden getroffen door terroristische aanslagen. Zo groeide het inkomend toerisme in Frankrijk in de eerste acht maanden van 2017 met 7,5 procent, terwijl in 2016 nog sprake was van een daling van 2,2 procent. Het aantal buitenlandse toeristen in de EU-28 nam in die periode toe met 7,7 procent.
Ook nu weer overtrof Nederland het groeipercentage van de EU-28. In de eerste 8 maanden van 2017 verbleven bijna 12,4 miljoen buitenlandse gasten in Nederlandse logiesaccommodaties, een groei van 13,1 procent. Uit Aziatische landen kwamen 900 duizend gasten, maar liefst 25,6 procent meer dan een jaar eerder. Ook groeide het aantal Duitse toeristen in 2017 weer flink tot bijna 3,8 miljoen gasten (15,7 procent).
Toerisme wereldwijd derde exportproduct
De groei van het aantal inkomende toeristen en hun bestedingen heeft zijn weerslag in de toenemende economische betekenis van het toerisme als sector. De World Tourism Organization (UNWTO) en de Wereldhandelsorganisatie (WTO) schatten de ontvangsten uit het internationale reisverkeer op 1 102 miljard euro. Het toerisme maakte in 2016 circa 30 procent van de waarde van de wereldwijde export van diensten uit en 7 procent van de totale exportwaarde in de wereld. Daarmee is toerisme wereldwijd het derde exportproduct, na brandstof (gas, olie) en chemische producten, en nog voor voedsel.
Ruim half miljoen toerismebanen in Nederland
Ook in Nederland groeide de toerismesector de laatste jaren harder dan de economie. Hierdoor is het aandeel van de toerismesector in de toegevoegde waarde gestegen van 3,0 procent in 2010 naar 3,9 procent in 2016. In 2016 leverde dat 542 duizend personen werk op voor een totaal van 389 duizend voltijdbanen. Het aandeel van de toerismesector in de totale werkgelegenheid (voltijdbanen) steeg in 2016 met 0,1 procentpunt naar 5,5 procent.
Bron: CBS