VVD-Tweede Kamerlid Martin Wörsdörfer vraagt terecht aandacht voor de positie van het midden- en kleinbedrijf als het gaat om schuldenproblematiek. Het Kamerlid deed gisteren een persbericht uit waarin hij de politiek oproept kleine ondernemers met schulden te helpen.

 

Aan lot overgelaten

 

Wörsdörfer vindt dat gemeenten zich meer moeten inzetten om kleine ondernemers te helpen die met schulden kampen. Vaak worden ze aan hun lot overgelaten als ze bijvoorbeeld failliet gaan.

 

MKB-Nederland constateert deze problemen al langer. Zo is het voor het mkb moeilijk om openstaande schulden van klanten te innen. Ook kunnen ze in liquiditeitsproblemen komen als grote afnemers pas laat hun mkb-leverancier betalen. En bij een faillissement van een afnemer staat de ondernemer achteraan in de rij om zijn schuld te kunnen innen, na zogenoemde preferente eisers die voorrang krijgen zoals de Belastingdienst.

 

De meesten vallen erbuiten

 

Gemeenten kunnen ondernemers in financiële nood bijstaan met de BBz-regeling, het bijstandsbesluit voor zelfstandigen. Echter, bij de toepassing daarvan worden de regels zo streng gehanteerd dat de meeste ondernemers er buiten vallen.

 

Kleine ondernemingen worden ook nog relatief weinig betrokken bij de aanpak van het schuldenprobleem in Nederland, stelt Wörsdörfer, “terwijl zij zowel als ondernemer, schuldeiser en werkgever een grote rol kunnen spelen bij het voorkomen en bestrijden van schulden en dit ook steeds vaker al doen.” Hij vraagt de regering om met ondernemersorganisatie MKB-Nederland te bekijken hoe mkb-ers het beste schulden kunnen voorkomen bij klanten, op goede wijze schulden kunnen incasseren en werknemers met schulden kunnen ondersteunen. Uiteraard is MKB-Nederland bereid om hierover in gesprek te gaan.

Bron: MKB-Nederland