De snelle ontwikkelingen in het betalingsverkeer kunnen de betaalmarkt ingrijpend veranderen. Niet-bancaire partijen eisen een steeds grotere rol op.
Voor DNB staat voorop dat het betalingsverkeer veilig, betrouwbaar en efficiënt blijft. Om dat te waarborgen, worden op Europees niveau de vergunningseisen aangescherpt en stelt DNB normen aan de beschikbaarheid en veiligheid van het betalingsverkeer.
Het betalingsverkeer vernieuwt. Internetbankieren verhuist naar gebruiksvriendelijke apps voor tablet en mobiel, de betaalpas wordt steeds vaker ‘contactloos’ gebruikt, en het Europese betalingsverkeer is overgegaan op gemeenschappelijke Europese standaarden, waaronder het ‘IBAN’ bankrekeningnummer. Deze veranderingen zijn ingrijpend, maar tasten het traditionele fundament van het betalingsverkeer niet aan: de bestaande marktpartijen (banken) vernieuwen bestaande betaalinstrumenten (pinnen, overboekingen). Maar de geluiden worden sterker dat er veel radicalere wijzigingen aankomen, die het betalingsverkeer fundamenteel zullen veranderen. Initiatieven van internetgiganten, telecomoperators en een veelheid aan start-ups op het terrein van betalingsverkeer (kunnen gaan) knagen aan de centrale positie die banken nu innemen.
De revolutie is al lang begonnen
Hoewel de bankrekening nog steeds centraal staat bij de meeste betalingen, zijn bij de uitvoering van het proces al lang vele niet-bancaire partijen betrokken: hardwareleveranciers, softwarebedrijven en andere gespecialiseerde dienstverleners. In een recente inventarisatie door DNB werden meer dan 100 bedrijven geïdentificeerd die bij betaaldienstverlening betrokken waren. Voor een aantal vormen van betaaldiensten is op grond van Europese regelgeving een vergunning nodig is als zogenoemde betaalinstelling. Dit geldt bijvoorbeeld voor betaaldienstverleners die aankopen in webwinkels faciliteren; een markt die de banken voor een groot deel aan deze niet-bancaire partijen hebben overgelaten. Wat nieuw is, is dat deze initiatieven zich rechtstreeks richten op de consument die een betaling wil doen.
DNB staat positief tegenover innovaties, met oog voor de risico’s
Innovaties in het betalingsverkeer kunnen het betalen makkelijker, sneller of veiliger maken. Barrières die de opkomst van dit soort producten tegenhouden zouden moeten worden weggenomen. Maar er zijn ook risico’s. De beveiliging en betrouwbaarheid zijn niet altijd van hetzelfde niveau als die van bestaande producten, en het is niet altijd duidelijk wie verantwoordelijk is in het geval van fraude of een storing. Een teveel aan verschillende betaalmethoden naast elkaar die niet goed op elkaar aansluiten is niet efficiënt en onduidelijk voor de consument. DNB analyseert vernieuwingen in het betaallandschap en onderneemt waar nodig actie.
Het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer, een overleg van vragers en aanbieders in het betalingsverkeer, signaleert de maatschappelijke behoeften waaruit vernieuwingen in het betalingsverkeer ontstaan en ook de knelpunten bij de ontwikkeling van innovaties. Verder worden relevante partijen via het MOB worden samengebracht, als een vernieuwing wordt belemmerd door onvoldoende samenwerking.
DNB en het MOB vertrouwen erop dat met deze werkwijze vernieuwingen die de goede werking van het betalingsverkeer bevorderen worden gestimuleerd, terwijl risico’s worden gemitigeerd. Om het goede functioneren van de Europese betaalmarkt te waarborgen en om de schaalvoordelen hiervan te benutten, streven DNB en het MOB bovendien naar Europese samenwerking om zo innovaties op Europese schaal te realiseren.
Vernieuwing van regelgeving is gaande
De Richtlijn Betaaldiensten die de vergunningplicht voor betaalinstellingen in het leven riep dateert van 2007. Inmiddels is er op Europees niveau een akkoord bereikt over een herziene Richtlijn, die het aantal vergunningsplichtige activiteiten uitbreidt en regels rond de beveiliging van betaaltransacties aanscherpt. Het verrichten van betaaltransacties op verzoek van de consument met gebruikmaking van directe toegang tot diens betaalrekening is één van de nieuwe vergunningsplichtige activiteiten. Dit zal niet-bancaire partijen kunnen stimuleren meer diensten richting consumenten aan te bieden. De nieuwe regels zullen de komende jaren van kracht worden. Ook op nationaal niveau is de regelgeving uitgebreid.
Sinds 1 januari 2015 bevat de Wet Financieel Toezicht een bepaling op grond waarvan aan vergunningsplichtige betaaldienstverleners normen kunnen worden gesteld ter waarborging van de goede werking van het betalingsverkeer. Ter invulling hiervan heeft DNB de Regeling Oversight goede werking betalingsverkeer opgesteld, die naar verwachting eind dit jaar van kracht wordt. Deze regeling stelt normen aan de beschikbaarheid van het betalingsverkeer, en kondigt normen op het gebied van beveiliging van het betalingsverkeer aan. Vooruitlopend hierop zijn per 1 augustus 2015 richtsnoeren met betrekking tot de veiligheid van internetbetalingen van in werking getreden, vastgesteld door de Europese Banken Autoriteit. Deze schrijven onder meer ‘sterke authenticatie’ van de consument voor bij het doen van een betaling, dat wil zeggen de betaling moet worden beveiligd met een combinatie van iets dat de klant weet (bijvoorbeeld pincode of wachtwoord), iets dat hij bezit (bijvoorbeeld een bankpas) en/of iets dat hij is (een biometrisch kenmerk zoals een vingerafdruk).
Een uitgebreidere analyse van innovaties in het betalingsverkeer, en een beschrijving van het beoordelingskader dat DNB hanteert en de rol van het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer, is te vinden in diverse documenten op de DNB website.
Bron: De Nederlandse Bank