Zet een streep door de voorgenomen extra verhoging van het wettelijk minimumloon per 1 juli aanstaande. Die oproep doen MKB-Nederland en VNO-NCW in een brief aan de Tweede Kamer, die hier donderdag over debatteert. Volgens de ondernemersorganisaties is het minimumloon de afgelopen anderhalf jaar al zo sterk gestegen – met percentages tot meer dan 30% – dat het voor veel, met name kleinere bedrijven nu al bijna niet meer op te brengen is. Bovendien stijgen de werkgeverslasten veel harder dan wat werknemers netto van die WML-verhogingen overhouden.
Wettelijk minimumloon gestegen
De koopkracht van de mensen op het niveau van het wettelijk minimumloon (WML) heeft de afgelopen jaren veel aandacht gekregen in de politiek en aan de cao-tafels. En gezien de hoge inflatie was dat terecht, aldus MKB-Nederland en VNO-NCW. Er is sindsdien ook al veel gebeurd: het WML is in ruim een jaar tijd met 18 tot 31% gestegen. Het is de optelsom van reguliere, halfjaarlijkse indexaties, de bijzondere verhoging van het WML met 8,05% per 1 januari 2023 en de invoering van het wettelijk minimumuurloon sinds 1 januari van dit jaar, die afhankelijk van de werkweek tot een stijging van meer dan 10 procent leidt.
Onverantwoorde loonkostenstijgingen
De ondernemersorganisaties wijzen erop dat het steeds extra verhogen van het WML voor veel ondernemers tot onverantwoorde loonkostenstijgingen leidt, en zeker in bepaalde arbeidsintensieve sectoren waar de winstgevendheid al onder druk staat. ‘Dit soort interventies vanuit de politiek heeft ook steeds meer impact aan de cao-tafels, waar de onderhandelingsvrijheid in sommige sectoren vrijwel wegvalt. Het geeft bovendien een opwaartse druk op het gehele loongebouw.’ Een ander gevolg is het verlies van circa 40.000 banen, zo laat een evaluatie van het ministerie van SZW van de WML-verhogingen van dit en vorig jaar zien. Het gaat dan om mensen die vaak het lastigst werk vinden en die waarschijnlijk juist zijn gebaat bij de zekerheid van een baan. Volgens De Nederlandse Bank leveren de gestegen loonkosten de afgelopen tijd ook de belangrijkste bijdrage aan de binnenlandse inflatie.
Werkgeverslasten veel harder gestegen dan netto loon
MKB-Nederland en VNO-NCW concluderen dat de WML-verhogingen van de afgelopen tijd voor ondernemers te snel en te hard zijn gegaan. Wat daarbij vooral ook steekt is dat hun loonkosten daarmee veel harder zijn omhoog zijn gegaan dan wat hun werknemers netto in de portemonnee overhouden. De totale werkgeverslasten voor het minimumloon (inclusief de voorgenomen extra verhoging met 1,2%) stijgen in ruim een jaar met 6.132 euro, waarvan de werknemer slechts 3.680 euro overhoudt.
Verlagen belasting- en premiedruk
Volgens de ondernemersorganisaties is het verlagen van de belasting- en premiedruk een veel effectiever en houdbaar instrument om de koopkracht van deze groep werknemers te verbeteren. Dan houden ze netto meer over, hoeven de lasten voor ondernemers niet nóg verder omhoog en wordt (meer) werken ook nog eens aantrekkelijker.
Bron: MKB Nederland