De afspraak van de gerechtshoven om in civiele zaken geen ellenlange processtukken meer te accepteren, werkt goed. Partijen komen sneller tot de kern van het hoger beroep nu het aantal pagina’s dat ze mogen inleveren beperkt is en ze hebben nog steeds voldoende ruimte om hun standpunten goed te onderbouwen. Dat is de belangrijkste conclusie van de Evaluatie limitering processtukken (pdf, 358,4 KB) bij civiele afdelingen van de gerechtshoven die dinsdag is gepubliceerd.
Omdat de ervaring was dat de stukken in hoger beroep door toegenomen complexiteit en wijze van procesvoering steeds langer werden, is in 2021 voor zaken in hoger beroep een begrenzing aangebracht.
In de landelijke procesreglementen voor civiele dagvaardingszaken en verzoekschriftprocedures in handels- en insolventiezaken voor de gerechtshoven (de meest voorkomende algemene civiele zaken) werd opgenomen dat de standaard schriftelijke processtukken (de memorie van grieven en van antwoord) voortaan beperkt zijn tot 25 pagina’s. En de zogeheten memorie van grieven en van antwoord in incidenteel hoger beroep tot 15 pagina’s. Langere stukken worden geweigerd, tenzij het hof toestemming geeft voor een grotere omvang.
Waarborgen proces
‘Uit de evaluatie blijkt dat de regeling werkt’, vertelt raadsheer Herman van Harten, voorzitter van het Landelijk Overleg Vakinghoud Civiel Hoven (LOVCH). ‘Stukken worden beter tot de kern beperkt en toegespitst op waar het echt om dient te gaan in het hoger beroep. Dat is een verademing voor onze collega’s. Het betekent beter gebruik van de beperkte rechterlijke capaciteit. Eerder was het soms zo dat de zaak neerkwam op een herhaling van zetten uit de eerste aanleg en dan in de stukken nog eens dunnetjes werd overgedaan, in de hoop dat het hof daar nu anders over zou denken.
Advocaten houden nu tijdens het schrijven van processtukken automatisch rekening met de lengte van hun processtuk. Vergelijk het maar met een journalist die beperkte ruimte heeft voor een artikel: je wordt gedwongen focus aan te brengen en snel tot de kern van het verhaal te komen. Dat heeft een positief effect op de leesbaarheid en structuur van processtukken.’
Blijvend in gesprek
De belangrijkste punten uit de evaluatie worden in de praktijk al toegepast of zijn opgenomen in de laatste tussentijdse wijziging van de procesregels. Daarnaast blijft de Rechtspraak in gesprek met de advocatuur en betrokkenen over effectief procederen in hoger beroep, mede door het organiseren van professionele ontmoetingen, cursussen en lezingen waarbij uitwisseling met raadsheren plaatsvindt.
Bron: Rechtspraak.nl