De Europese Commissie mocht Nederland vragen om de doelgroep voor sociale huurwoningen te begrenzen. Europa moet namelijk kunnen toetsen of die ten goede komen aan ‘sociaal achtergestelde groepen’. Volgens de rechter stelde Nederland vervolgens zelf de huidige inkomensgrens voor. Dat oordeelde het Europees Gerecht op 15 november 2018 in de zaak van vier woningcorporaties tegen de Europese Commissie.
Nederland is volgens de uitspraak terecht aangesproken door de Europese Commissie: er was geen duidelijke definitie van de doelgroep van sociale huisvesting. De commissie mocht van de rechter een concrete beperking van de doelgroep tot ‘sociaal achtergestelde groepen’ vragen. Dit is door Nederland zélf vertaald in een inkomensgrens.
Ruimere inkomensgrens mogelijk
Nederland heeft de inkomensgrens al tijdelijk verhoogd naar 41.000 euro, maar dat kan binnen de Europese regels nog ruimer. Dat gebeurt in andere Europese landen: in Frankrijk en Oostenrijk is de inkomensgrens hoger. Corporaties kunnen dan ook mensen met lage middeninkomens die niet op de markt terecht kunnen, helpen aan een woning.
Tegen de uitspraak van het Europees Gerecht is nog beroep mogelijk bij het Europese Hof. Aedes kijkt met de procederende woningcorporaties nog naar de motivatie van de uitspraak voordat zij hierover een besluit nemen.
Bron: Aedes