Van elk familiebedrijf is vanaf juni volgend jaar te bekijken wie de meeste aandelen bezit. Plat gezegd: je ziet dan hoe groot het vermogen van deze personen is. Daar zitten veel eigenaren van familiebedrijven uit privacy-en veiligheidsoverwegingen (kidnapping en chantage) niet op te wachten.
Dit alles kan het gevolg zijn van de anti-witwasrichtlijn die de Europese commissie wil invoeren. Het doel van de richtlijn is om – door middel van transparantie – belastingontduiking, witwaspraktijken en terrorismefinanciering aan te pakken. Brussel eist dat elk EU-land voor juni volgend jaar wetgeving maakt voor de registratieverplichting zoals het zogeheten Ultimate Beneficial Owner (UBO)-register. Een register waarin aandeelhouders (en ook pandhouders en vruchtgebruikers van aandelen) van een personenvennootschap, BV of niet-beursgenoteerde NV moeten worden geregistreerd. Het betreft privépersonen met een belang van méér dan 25%. Oftewel: vooral eigenaren van familiebedrijven.
Openbaar systeem
Minister Jeroen Dijsselbloem liet weten dat Nederland een register voor ogen heeft waarin naam, geboortemaand en –jaar, nationaliteit, het land waar zij wonen en het procentuele belang komen te staan. Het zou een openbaar register moeten worden, bedoeld voor banken, notarissen en opsporingsdiensten die gegevens moeten controleren. Maar doordat onze overheid kiest voor een openbaar systeem kan iedereen bij de gegevens.
Die ‘openbaarheid’ staat op gespannen voet met de privacy-rechten zoals die in Nederland zijn vastgelegd in de grondwet. Burgers hebben hier het recht om in de beslotenheid van hun persoonlijke levenssfeer met rust te worden gelaten. Afluisteren mag bijvoorbeeld niet. Ook heeft iedereen recht op zorgvuldige behandeling van zijn persoonlijke gegevens.
Tegenovergesteld effect?
De vraag is waarom het register openbaar moet zijn? Kosten spelen hierbij een belangrijke rol. Snijdt de Nederlandse staat zich hiermee niet in de eigen vingers? Gaan familiebedrijven misschien nieuwe constructies bedenken? Het register kan zo maar contraproductief uitpakken en juist tot minder transparantie leiden.