In maart 2019 stegen de consumentenprijzen in Nederland twee keer zo hard als gemiddeld in de eurozone. Het verschil in prijsstijging tussen Nederland (2,9 procent) en de eurozone (1,4 procent) is de afgelopen maanden sterk opgelopen. Dat komt vooral door de prijsstijging van energie en van eten en drinken in Nederland. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers gepubliceerd door Eurostat.
Het is voor het eerst sinds de meting van de HICP in 1997 gestart is, dat Nederland de sterkste prijsstijging heeft in de eurozone. In de Europese Unie was de prijsstijging alleen hoger in Hongarije en Roemenië. Gemiddeld stegen de prijzen in de Europese Unie 1,6 procent.
Prijsstijging energie het hoogst van de eurozone
De prijsstijging van energie voor verbruik in woningen is in Nederland het hoogst van de eurozone. De prijzen van energie waren in maart 2019 in Nederland 16,7 procent hoger dan een jaar eerder. In Cyprus was dat net iets minder: 12,9 procent. In België en Duitsland was de prijsstijging respectievelijk 8,8 en 4,7 procent. In Nederland stegen de prijzen het sterkst, mede als gevolg van de hogere tarieven en belastingen voor energie. In Nederland bestaat energie voor woningen voornamelijk uit elektriciteit, gas en stadsverwarming. In andere landen worden ook andere brandstoffen gebruikt, zoals huisbrandolie.
Eten en drinken duurder
Ook de prijsstijging van eten en drinken in Nederland was in Nederland het sterkst in de eurozone. Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken in winkels waren in Nederland 3,6 procent duurder dan een jaar eerder. De stijging is bijna drie keer zo sterk als in de eurozone, waar de prijzen gemiddeld met 1,3 procent omhoog gingen. De prijzen van alcoholische dranken stegen in Nederland daarentegen minder sterk dan in de eurozone.
Niet alleen in de winkels was de prijsstijging van eten en drinken in maart 2019 hoog, ook in restaurants, cafés en kantines lagen de prijzen gemiddeld 4,7 procent hoger dan in maart 2018. Van alle landen in de eurozone was de prijsstijging alleen in Estland en Litouwen hoger. Afgelopen maand stegen deze prijzen in de eurozone gemiddeld 2,0 procent.
Belastingen verhoogd
In januari 2019 steeg het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent. Ook werden de energiebelasting en bepaalde accijnzen verhoogd. Deze belastingmaatregelen droegen bij aan de totale prijsveranderingen van goederen en diensten.
Om de theoretische bijdrage van de belastingmaatregelen te meten, berekenen het CBS en Eurostat een indexcijfer voor de consumentenprijzen zonder de invloed van veranderingen in belastingtarieven. Deze theoretische invloed is in Nederland het sterkst van alle landen in de eurozone. In welke mate de stijging van de belastingtarieven wordt doorberekend in de uiteindelijke consumentenprijzen, en welk deel van de prijsstijging dus is veroorzaakt door de belastingmaatregelen, is niet bekend.
Prijsstijging vergelijkbaar over langere periode
De prijsstijging in Nederland is doorgaans vergelijkbaar met die in de eurozone. In tien jaar tijd stegen de prijzen in zowel Nederland als gemiddeld in de eurozone met 14 procent.
In de eerste maanden van 2019 lag de prijsstijging in Nederland ver boven de gemiddelde prijsstijging in de eurozone. Een dergelijke sterkere prijsstijging in Nederland is vaker voorgekomen. In de periode 2009-2018 lag de prijsstijging in Nederland in drie jaren boven het gemiddelde van de eurozone. Dat gebeurde in 2009, toen de energieprijzen in de eurozone al eerder daalden dan in Nederland. Ook in 2012 en 2013 was de prijsstijging in Nederland hoger. Toen werd het hoge btw-tarief verhoogd van 19 naar 21 procent en werden andere belastingwijzigingen doorgevoerd.
De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend, zodat de prijsontwikkeling vergeleken kan worden met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten.
Bron: CBS