
Terwijl Buy Now Pay Later-aanbieder Klarna zich voorbereidt op uitbreiding naar fysieke winkels, debatteerde de Tweede Kamer over hervormingen in de incassosector. Het debat werd gekenmerkt door urgentie en behandelde diverse kwesties die directe gevolgen hebben voor financiële hulpverleners.
Tijdens het debat op donderdag 6 februari 2025 was er brede overeenstemming over de noodzaak om kleine schulden niet verder te laten oplopen door hoge incassokosten. Het kabinet gaf aan verschillende oplossingsrichtingen te verkennen. De NVVK neemt deel aan de gesprekken over een nieuw incassostelsel, waarin onder andere wordt gekeken naar:
- een collectief afbetalingsplan,
- een integraal overzicht van schulden,
- de invoering van een Pauzeknop.
Deze Pauzeknop stelt hulpvragers in staat om via de gemeente tijdelijk incassomaatregelen op te schorten. De NVVK en partners werken actief aan de implementatie van de pauzeknop.
Kritiek op Buy Now Pay Later
De Kamer voerde tevens een uitgebreide discussie over Buy Now Pay Later, dat door critici beter kan worden aangeduid als Buy Now Cry Later. Voorafgaand aan het debat vond een gesprek plaats met vier aanbieders van BNPL diensten: Klarna, Riverty, Billink en In3.
Voor webwinkels is achteraf betalen op zichzelf een legitiem middel: een koper kan na ontvangst nagaan of het product aan de verwachtingen voldoet en vervolgens betalen. Maar er is brede weerstand tegen het voornemen deze dienst ook in fysieke winkels aan te bieden. Klarna is echter niet van plan aan de bezwaren gehoor te geven.
Het kabinet zegt niet veel te kunnen doen, en zet in op een vervroegde en snelle implementatie van een nieuwe Europese Richtlijn inzake consumentenkrediet, die het BNPL-aanbod reguleert.
Toegang tot registers voor incassobureaus
Kamerlid Don Ceder (CU) diende een motie in voor een proef waarbij geregistreerde incassobureaus beperkte toegang krijgen tot de Basisregistratie Personen en de Verwijsindex Schuldhulpverlening. Dit stelt hen in staat om de juiste debiteur te benaderen en te controleren of iemand reeds in een schuldhulpverleningstraject zit.
De motie kreeg een meerderheid, en de uitwerking ervan wordt met belangstelling gevolgd. Indien incassobureaus, net als deurwaarders, deze registers kunnen raadplegen, kan dit bijdragen aan effectievere incassopraktijken, het beperken van oplopende schulden en een snellere stabilisatie van de financiële situatie van hulpvragers.
Positie schuldeisers
Een ander punt van aandacht was de positie van schuldeisers. De NVVK-leden besloten in mei 2024 om voortaan het vrij te laten bedrag (vtlb) als basis te hanteren bij de berekening van afloscapaciteit. Hierdoor krijgen schuldeisers vaker een voorstel waarin geen aflossing mogelijk is, terwijl de betreffende debiteur wel begeleiding ontvangt vanuit de schuldhulpverlening.
In de praktijk leidt dit tot wrijving met schuldeisers, aangezien hulpverleners graag een afbetalingsmogelijkheid willen bieden. Echter, aflossingen boven het vtlb-niveau brengen mensen onder het bestaansminimum, wat onwenselijk is.
De NVVK roept de Tweede Kamer op om tijdens het volgende commissiedebat over armoede en schulden aandacht te besteden aan de beperkte aflosmogelijkheden bij lage inkomens. Onderzoeken van het Instituut voor Publieke Economie en het Nibud tonen grote verschillen in lokale inkomensondersteuning, wat het probleem verder vergroot.
Gemeente moet begeleiding bieden
Kamerlid Van Eijk (VVD) uitte zorgen over het feit dat hulpvragers begeleiding kunnen weigeren en na kwijtschelding uit beeld verdwijnen. Staatssecretaris Nobel benadrukte de wettelijke verplichting van gemeenten om begeleiding aan te bieden.
Hij verklaarde dat gemeenten verplicht zijn om financiële begeleiding te verzorgen, ook bij een nulaanbod, en dat deze begeleiding onderdeel is van de basisdienstverlening. De duur van de begeleiding wordt afgestemd op de behoefte van de hulpvrager, met de voorkeur om dit zo kort mogelijk te houden, mits effectief.
Een motie van VVD en CDA riep de staatssecretaris op ervoor te zorgen dat schuldhulpverlening ook na kwijtschelding minimaal 12 maanden verplicht beschikbaar blijft. De motie kreeg steun van een Kamermeerderheid. Kamerlid Ceder (CU) stemde eveneens voor en benadrukte dat deze verplichting als bevoegdheid van gemeenten moet worden gezien om begeleiding te kunnen afdwingen.
Balans tussen verplichting en vertrouwen
De NVVK erkent het belang van begeleiding en nazorg binnen de schuldhulpverlening en waardeert de steun van de Kamer hiervoor. Tegelijkertijd wordt benadrukt dat begeleiding alleen effectief is wanneer er sprake is van vertrouwen en maatwerk. Verplichte deelname wordt niet als wenselijk beschouwd.
Het doel is om de kwaliteit van begeleiding zodanig te verbeteren dat hulpvragers hier vrijwillig gebruik van maken. Dit voorkomt dat verplichtingen een belemmering vormen voor effectieve schuldhulpverlening.
De 12 ingediende moties tijdens het debat zijn hier terug te lezen.
Bron: NVVK