Einde van de pauze nadert. En dan?
In het voorjaar van 2021 (maart) nam de Eerste Kamer een amendement aan dat regelt dat de invordering van schulden bij gedupeerde ouders tijdelijk wordt gepauzeerd. Er is een adempauze ingelast van één jaar voor alle betrokken partijen om tot een structurele oplossing te komen voor de schulden van gedupeerde ouders. De klok tikt, er resten nog twee maanden om die oplossing te bereiken.
In november start de test van Sociale Banken Nederland (SBN) waar gedupeerden (evt. met hun schuldhulpverlener) een schuldenlijst kunnen aanleveren. Sociale Banken Nederland (SBN) neemt daarna contact op met de schuldeisers. Zij zorgen ervoor dat de schulden worden afbetaald. De gedupeerde hoeft niet zelf met elke schuldeiser afspraken te maken.
Overzicht
Een veel voorkomende oorzaak van betalingsachterstanden en schulden is het gebrek aan overzicht van debiteuren. In dat kader kun je grote vraagtekens zetten bij een inventarisatie door de gedupeerden zelf. Het is heel moeilijk uit te leggen dat juist deze groep slachtoffers, die (terecht) op alle gebieden is en wordt ondersteund, dit lastige probleem maar zelf moet oplossen. En wat als je als schuldeiser niet in dat overzicht voorkomt? Hoe kom je daar als schuldeiser achter? Wat moet je dan doen om gecompenseerd te worden? De koepelorganisaties van de vaste lasten leveranciers zullen daar ongetwijfeld over gesproken hebben. Maar hoe zit het met die MKB-ondernemer die er zelf achteraan moet?
Beslagleggingen na afloop van de pauze
Gerechtsdeurwaarders hebben veel (onbetaald) werk gehad om alle lopende beslagen te pauzeren en nieuwe beslagen (voor vordering ouder dan februari 21) te voorkomen. Je zou zeggen dat je die kennis en ervaring nu heel goed zou kunnen gebruiken voor de inventarisatie die de Sociale Banken Nederland overnieuw laat doen door de gedupeerden.
Diezelfde gerechtsdeurwaarders staan voor de uitdaging hoe ze om moeten gaan met lopende en nieuwe beslagen als het moratorium/de adempauze binnenkort afloopt. Dat gaat bovendien niet allemaal tegelijk, want de pauze van een jaar gaat in op het moment dat het voorschot door de overheid betaald is.
Private schuldeisers die niet, of nog niet gecompenseerd zijn voor hun openstaande vorderingen zullen aandringen op het hervatten van de invordering. En strikt genomen kunnen gerechtsdeurwaarders in het kader van hun ministerieplicht niet veel anders dan daar gevolg aan geven.
Sterker, het lijkt de bedoeling van de wetgever. De gedupeerden hebben natuurlijk geen sluitend overzicht van hun schulden. De schuldeiser dringt aan op hervatting van de invordering, de gedupeerde beklaagt zich bij de gerechtsdeurwaarder. Kortom alle schakels in de keten maken elkaar verwijten. Ten onrechte, maar we zijn benieuwd welk noodverband hiervoor wordt aangelegd. Brengt ongetwijfeld weer een heleboel werk en stress voor de gedupeerden met zich mee. Allemaal onnodig, als de structurele oplossing voor alle betrokken partijen binnen dat daarvoor bedoelde pauzejaar was gekomen..
Bron: VCMB