Het kabinet wil dat de overheid een rol gaat spelen bij het opzetten van een vrijwillige collectieve pensioenregeling voor zelfstandigen.

De overheid is bereid mee te denken met zelfstandigenorganisaties om initiatieven gericht op het vormgeven van collectief vermogensbeheer voor zzp-ers een grotere kans van slagen te geven.

Het kabinet gaat ook onderzoeken of en onder welke voorwaarden de pensioenopbouw van zzp-ers kan worden behouden op het moment dat zij een beroep moeten doen op de bijstand. Het is nu nog praktijk dat zelfstandigen eerst hun gespaarde pensioenvermogen moeten aanspreken, voordat zij recht hebben op bijstand. De verwachting is dat zelfstandigen meer gaan sparen voor hun pensioen, als ze weten dat ze hun pensioenvermogen niet eerst hoeven aan te spreken voordat ze in de bijstand komen.

Dit schrijft staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede namens minister Kamp van Economische Zaken en staatssecretaris Weekers van Financiën, vandaag in een brief aan de Tweede Kamer in reactie op het onderzoek ‘pensioen van zelfstandigen’

Zelfstandigen zijn zelf verantwoordelijk voor hun pensioen. Uit het onderzoek blijkt dat dit er soms toe leidt dat zij hun inkomenspositie na pensionering niet kunnen handhaven. De helft van de zzp-ers kan rekenen op een pensioen van 70% of meer van hun bruto jaarinkomen.  Ruim een kwart van de zzp-ers kan rekenen op 50 tot 70 % van het huidige bruto jaarinkomen.

Het resterende kwart zakt na pensionering terug tot een inkomensniveau van minder dan 50% van hun bruto jaarinkomen. Uit het onderzoek blijkt dat de oorzaak hiervan is dat zelfstandigen vaak andere prioriteiten stellen.  Zo gaan investeringen in het eigen bedrijf geregeld boven het opbouwen van pensioen. Zzp-ers vertonen bovendien vaak uitstelgedrag bij het maken van bewuste keuzes ten aanzien van de oude-dag-voorzieningen. Het hierboven genoemde onderzoek is toegezegd naar aanleiding van het SER-advies “zzp-ers in beeld”.

 

Bron: Rijksoverheid.nl