De arbeidsproductiviteit van de bouw in Nederland groeit harder dan in andere landen. Dat blijkt vandaag uit een publicatie van ING Economisch Bureau. In de jaren sinds de eeuwwisseling steeg de productiviteit met bijna 30 procent. Nederland ligt hiermee een straatlengte voor op de andere landen uit het onderzoek. Het gemiddelde van de 12 onderzochte landen uit de EU bleef steken op 3 procent. Japan wist een stijging van 8 procent te boeken en in de Verenigde Staten daalde de arbeidsproductiviteit in dezelfde periode zelfs met een kwart.
Stijging bouwvolume in Nederland
Hoofdoorzaak van de gestegen arbeidsproductiviteit is de forse groei van de bouwproductie in Nederland. Hierdoor is er weinig overcapaciteit in en kan personeel doelmatig worden ingezet. In de andere onderzochte landen kromp de markt voor de bouw. Door de toegenomen omzet en krapte op de arbeidsmarkt investeren Nederlandse bedrijven eerder in efficiëntere productieprocessen zoals digitalisering en robotisering. De Nederlandse bouw zet per 10.000 werknemers anderhalve robot in. In Japan zijn dit er 1,3 en de Verenigde Staten blijven steken op 0,2 robot.
Stijging arbeidsproductiviteit leidt tot gematigde stijging van de prijzen
Door de toegenomen arbeidsproductiviteit in de bouw bleef de stijging van de bouwkosten in Nederland beperkt. Sinds 2000 nam het prijsniveau met 35% toe. In de 12 onderzochte landen van de Europese Unie stegen de prijzen in de bouw bijna dubbel zo hard met gemiddeld 66%. In de Verenigde Staten gingen de prijzen nog harder omhoog met een plus van 126%. Dit komt door de arbeidsproductiviteit die daar juist daalde.
Productiviteit bouw blijft nog achter bij de industrie
Hoewel de arbeidsproductiviteit in de bouw flink steeg, bleef de groei achter bij de stijging van de productiviteit in andere sectoren in Nederland zoals bijvoorbeeld de industrie. Factoren die de productiviteitsgroei in de bouw belemmeren zijn de plaatsgebondenheid. Projecten vinden steeds ergens anders plaats en dure machines zijn moeilijker te verplaatsen. Ook is de bouwmarkt volatiel. Pieken en dalen wisselen elkaar af.
“Het onderzoek van ING toont aan dat de Nederlandse bouw internationaal aan kop gaat op het gebied van innovatie. Dat is een goede zaak. Het belang van efficiënt werken neemt alleen maar toe door de grote maatschappelijke opdracht die de bouw heeft. Denk bijvoorbeeld aan de hoeveelheid werk die er op de bouw afkomt door de kabinetsambities voor verduurzaming van de woningvoorraad, de renovatie- en vervangingsopgaaf van infrastructuur en de grote vraag naar extra huizen. We gaan qua arbeidsproductiviteit de goede kant op maar de vergelijking met de industrie leert ons dat de bouw vol in moet blijven zetten op verdere innovatie.”, aldus Maxime Verhagen, voorzitter van Bouwend Nederland.
Innovatie in de bouw wordt de komende jaren verder gestimuleerd door de recente oprichting van het Bouw- en Techniek Innovatie Centrum (BTIC). Via het BTIC bundelen overheden, kennisinstellingen en marktpartijen uit de bouw- en technieksector hun inspanningen op het gebied van kennis en innovatie. Het BTIC is het vliegwiel voor versnelling van de innovatie en het breed delen van kennis en oplossingen.
Publicatie ING Economisch Bureau
Lees de publicatie van ING Economisch Bureau over arbeidsproductiviteit waarin staat dat de bouw in Nederland harder groeit dan in andere landen.
NB: De 12 onderzochte landen uit de Europese Unie zijn: België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk , Portugal en Spanje.
Bron: Bouwend Nederland