Het prijsplafond en de steun aan het energie-intensieve MKB gaan komend jaar miljarden euro’s kosten. Daarnaast stijgen ook de rente-uitgaven van het Rijk. Deze kosten drukken op de Rijksbegroting. De komende maanden zoekt het kabinet hier een oplossing voor. Minister Kaag van Financien meldt dit in de Najaarsnota die zij naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Deze Najaarsnota presenteert zoals altijd de laatste stand van zaken op de begroting van 2022 en geeft een actualisatie sinds de Miljoenennota. Dit keer blikt de Najaarsnota ook deels vooruit op het volgende voorjaar.
Steun voor (semi)collectieve sector
Volgend jaar komt er op de begrotingen van ministeries een extra prijsbijstelling voor de bekostiging van scholen, culturele instellingen, verenigingen en andere organisaties in de (semi)collectieve sector. Dit is nodig omdat de reguliere indexatie had plaatsgevonden vóór de grote prijsstijgingen. De Tweede Kamer heeft hier specifieke moties over ingediend (Paternotte cs, Heerma cs).
Daarnaast krijgen zwembaden 207 miljoen euro voor hun energiekosten in 2022 en 2023. Voor amateursportverenigingen die veel energiekosten hebben wordt een noodfonds opgericht van 6 miljoen euro. Voor zorginstellingen die in problemen komen wordt 30 miljoen euro gereserveerd.
Dekking
Voor de grote energiesteunmaatregelen moet nog zogeheten dekking worden gevonden op de Rijksbegroting: inkomsten en uitgaven van de overheid moeten met elkaar in balans blijven. Als uitgaven niet worden gedekt, zou de rekening worden doorgeschoven naar toekomstige generaties en bestaat het risico dat de overheid de inflatie aanwakkert.
Het prijsplafond op de energierekening gaat naar verwachting circa 11,2 miljard euro kosten. De tegemoetkoming energiekosten voor het energie-intensieve mkb is geraamd op 1,65 miljard euro.
Om deze kosten te dekken wordt er een solidariteitsbijdrage geheven over overwinsten in de fossiele sector in 2022, die naar verwachting 3,2 miljard euro oplevert. En er komt een heffing voor producenten die elektriciteit opwekken met zon, wind en nucleaire techniek, die met lage kosten grote winsten maken nu de elektriciteitsprijs zo hoog is. Deze heffing wordt momenteel uitgewerkt; de opbrengst is nog niet bekend. Naar schatting is nog 7,5 miljard nodig om de energiesteunmaatregelen te dekken. Bij verdere stijging van de energieprijzen kan dit nog verder oplopen.
Rente-uitgaven
Na een periode van lage rentes is de rente wereldwijd aan het stijgen. Dit geldt ook voor de rentes die de Nederlandse overheid betaalt op haar staatsschuld. Aflopende leningen met lage rentes moeten opnieuw gefinancierd worden met hogere rentes. Daardoor nemen de rente-uitgaven van de overheid toe. Dit kan oplopen naar 5,8 tot bijna 9,2 miljard euro per jaar. Het kabinet besluit in het voorjaar hoe ze de rente-uitgaven gaat dekken.
Onderuitputting
De zogeheten onderuitputting bedraagt in totaal 2,7 miljard euro. Veel ministeries hebben dit jaar minder geld uitgegeven dan begroot. Bijvoorbeeld omdat gepland werk niet kon worden uitgevoerd omdat er geen personeel te vinden was. Of omdat er minder geld nodig was dan verwacht, bijvoorbeeld als er minder subsidies worden aangevraagd.
Tekort en schuld
De raming van het tekort op de Rijksbegroting (EMU-saldo) is min 1 procent van het bruto binnenlands product. Dit is een verslechtering van 0,1 procent ten opzichte van het saldo in de Miljoenennota. De raming van de overheidsschuld is 50,4 procent bbp, een verslechtering van 0,6 procent bbp.
Bron: Rijksoverheid