De brutowinst voor belasting van niet-financiële bedrijven kwam in het eerste kwartaal van 2023 uit op 77,7 miljard euro. Dat is 7,6 miljard euro minder dan in het eerste kwartaal van 2022. De daling komt doordat in het eerste kwartaal van 2023 de winst van buitenlandse dochters en de overige winst lager waren dan een jaar eerder. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe (voorlopige) cijfers.

De brutowinst voor belasting kan worden gesplitst in de operationele winst, de winsten van buitenlandse dochters en de overige winst.

De operationele winst kwam in het eerste kwartaal van 2023 uit op 62,8 miljard euro, 5,1 miljard euro meer dan in het eerste kwartaal van 2022. Exclusief niet-productgebonden subsidies was de operationele winst 6,8 miljard euro hoger. Vooral de energiebedrijven, luchtvaart, reisbureaus en bouwinstallatiebedrijven boekten meer winst. De ontvangen niet-productgebonden subsidies waren 1,7 miljard euro lager. Dat komt vooral door het ophouden van coronasubsidies.

De winsten van buitenlandse dochters waren 10,1 miljard euro lager dan in het eerste kwartaal van 2022. Dat komt door het wegvallen van dochterbedrijven. De overige winst was negatief en 2,6 miljard euro lager dan een jaar eerder. Dat komt door hogere betalingen aan de overheid in verband met de aardgaswinning. De binnenlandse dividendopbrengsten waren wel hoger dan in het eerste kwartaal van 2022.

De brutowinst voor belasting van niet-financiële bedrijven kwam in het eerste kwartaal van 2023 uit op 77,7 miljard euro. Dat is 7,6 miljard euro minder dan in het eerste kwartaal van 2022. De daling komt doordat in het eerste kwartaal van 2023 de winst van buitenlandse dochters en de overige winst lager waren dan een jaar eerder. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe (voorlopige) cijfers. De brutowinst voor belasting kan worden gesplitst in de operationele winst, de winsten van buitenlandse dochters en de overige winst.

De operationele winst kwam in het eerste kwartaal van 2023 uit op 62,8 miljard euro, 5,1 miljard euro meer dan in het eerste kwartaal van 2022. Exclusief niet-productgebonden subsidies was de operationele winst 6,8 miljard euro hoger. Vooral de energiebedrijven, luchtvaart, reisbureaus en bouwinstallatiebedrijven boekten meer winst. De ontvangen niet-productgebonden subsidies waren 1,7 miljard euro lager. Dat komt vooral door het ophouden van coronasubsidies.

De winsten van buitenlandse dochters waren 10,1 miljard euro lager dan in het eerste kwartaal van 2022. Dat komt door het wegvallen van dochterbedrijven. De overige winst was negatief en 2,6 miljard euro lager dan een jaar eerder. Dat komt door hogere betalingen aan de overheid in verband met de aardgaswinning. De binnenlandse dividendopbrengsten waren wel hoger dan in het eerste kwartaal van 2022.

Bron: CBS