Ieder jaar wordt een groot aantal rechtszaken buiten de rechter om afgedaan. Het Openbaar Ministerie (OM) treft dan een schikking met een wetsovertreder. Ook met grote bedrijven worden zogeheten megaschikkingen getroffen, achter gesloten deuren. Als het aan de Rechtspraak ligt, komt daar zo snel mogelijk een einde aan. Waarom? Drie vragen over megaschikkingen.
Wat is het bezwaar tegen megaschikkingen?
Dat de rechter er niet aan te pas komt. Iedereen in Nederland moet zich aan de wet houden. Als je verdacht wordt van een misdrijf, oordeelt de rechter of je schuldig bent en straf verdient. Dat gebeurt in het openbaar, zodat de samenleving kan zien welke reactie er volgt op strafbaar gedrag.
Mensen moeten erop kunnen vertrouwen dat wetsovertreders worden opgepakt door de politie, vervolgd door het OM en bestraft door de rechter. Als de rechter buitenspel wordt gezet en er in beslotenheid schikkingen worden getroffen, is van transparantie geen sprake. Dat is schadelijk voor het vertrouwen in de rechtsstaat.
Doet het OM zaken niet goed af?
Het OM gaat integer en professioneel te werk bij het treffen van schikkingen. Maar de rechter moet die afspraken wel kunnen toetsen op juistheid. Vooral bij zaken met een grote maatschappelijke impact is van het belang dat de samenleving kan vaststellen dat er wordt opgetreden en welke reactie er volgt op strafbaar gedrag. Dat is maar beperkt mogelijk als het OM extreem grote strafzaken afdoet met een miljoenentransactie.
Wat moet er anders?
Het OM is meer zaken zelf gaan afdoen omdat de strafrechtketen soms traag werkt, waardoor het lang kan duren voordat een zaak voor de rechter komt. Als reactie daarop heeft de wetgever het OM ruimere bevoegdheden gegeven. Maar de grenzen zijn bereikt. In plaats van steeds meer zaken buiten de rechter om af te doen, is het hoog tijd de keten beter te laten functioneren, zodat het omzeilen van de strafrechter niet meer nodig is. De burger heeft recht op een goed functionerend rechtssysteem. Alleen daarmee kan de strafrechter de rol vervullen die onze rechtsstaat hem heeft toegekend: toetsen, waarborgen, oordelen en uiteindelijk transparant en passend straffen.
Bron: de Rechtspraak