Het aantal huishoudens met een relatief laag inkomen dat relatief veel huur betaalt, de zogeheten dure scheefwoners, is flink gestegen.
In 2009 was 8 procent van de huurders een dure scheefwoner en in 2015 was dit opgelopen tot 18 procent.
In dezelfde periode liep daarentegen het aantal huishoudens met een relatief hoog inkomen in een huurwoning met een in verhouding lage huur flink terug. Het percentage goedkope scheefwoners daalde van 28 procent naar 18 procent. Dat meldt CBS op basis van het driejaarlijks WoonOnderzoek Nederland.
In totaal zijn er bijna 2,9 miljoen huishoudens die zelfstandig wonen (zonder faciliteiten als bijvoorbeeld een keuken of badkamer te delen) en de door hen bewoonde woning huren.
Een huishouden was in 2015 gemiddeld een derde van zijn besteedbaar inkomen kwijt aan woonlasten. Voor woningeigenaren zijn de lasten de afgelopen jaren gedaald, maar voor huurders zijn deze gestegen.
Ruim 4,3 miljoen huishoudens die zelfstandig wonen zijn eigenaar van de door hen bewoonde woning. Zij waren in 2015 gemiddeld 894 euro per maand kwijt aan woonlasten. Dat is 75 euro minder dan in 2012 en 26 euro minder dan in 2009. Zowel de hypotheek- en verzekeringslasten als de bijkomende gemeentelijke belastingen en onderhoudskosten zijn gedaald. De woonlasten waren in 2015 gemiddeld 28 procent van hun besteedbaar inkomen.
Huurders betaalden echter met gemiddeld 654 euro per maand aan huur en bijkomende woonlasten respectievelijk 50 en 100 euro meer dan in 2012 en 2009. Daarmee waren zij in 2015 gemiddeld 39 procent van hun besteedbaar inkomen kwijt aan woonlasten. De huur nam toe al zijn de bijkomende lasten voor huurders tegelijkertijd iets gedaald.
60 procent eigenaar
Het percentage zelfstandig wonende huishoudens die eigenaar zijn van de door hen bewoonde woning, is in de periode 2009 tot en met 2015 niet veranderd (60 procent). Van de eigenaren woont 23 procent vrijstaand, 20 procent in een 2-onder-1-kapwoning, 43 procent in een tussen- of hoekwoning en 15 procent bezit een flat.
Woningeigenaren beschikken gemiddeld over 140 m2 aan gebruiksoppervlakte.
Van de huurders woont 2 procent in een vrijstaande woning, 3 procent in een 2-onder-1-kap, 38 procent in een tussen- of hoekwoning en 58 procent in een flat. Gemiddeld beschikken huurders over 87 m2 gebruiksoppervlakte.
Wonen in Utrecht en Noord-Holland het duurst
Utrechtenaren en Noord-Hollanders betalen het meest aan woonlasten. Eigenaren betalen in deze provincies gemiddeld ruim 960 euro per maand en huurders bijna 700 euro.
In Utrecht is de verhouding eigenaar-huurder vrijwel gelijk aan de landelijke die 60-40 is. In Noord-Holland is slechts 53 procent van de huishoudens eigenaar van de woning. In beide provincies woont ongeveer 14 procent van de eigenaren in een vrijstaande woning. Voor een vrijstaande woning betaalt een eigenaar hier ongeveer 1200 euro per maand aan woonlasten. In het uiterste noorden en zuiden van het land is dit nog geen 900.
Bron: CBS