Het blootleggen van internationale constructies, het ontrafelen van ondoorzichtige loonadministraties en het eerder herkennen van schijnconstructies zijn de resultaten van het schijnconstructie team van de Inspectie SZW. De onderzoeken blijken ingewikkeld en zeer arbeidsintensief te zijn. Het team heeft de afgelopen periode voor ruim twee miljoen euro aan boetes opgelegd.
Het team richtte zich de afgelopen jaren vooral op die bedrijven die bewust de regels ontduiken via ingewikkelde constructies om daarmee de kosten van arbeid te verlagen. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie en onderbetaling en buitengewoon lange werktijden voor vaak kwetsbare werknemers. Deze onderzoeken vergen in verhouding veel meer tijd dan de reguliere onderzoeken van de Inspectie op overtredingen van de arbeidsmarktwetten. De constructies die de Inspectie vooral ziet hebben vaak een internationaal karakter, er wordt gewerkt met stagiaires, gefraudeerd met gefingeerde dienstverbanden en er wordt gebruik gemaakt van postbusondernemingen. Bij de onderzoeken wordt nauw samengewerkt met andere diensten, zoals Belastingdienst en IND.
Het team constateert dat de bedrijfsvoering van deze bedrijven vaak in het buitenland is ondergebracht. Om dan toch de benodigde administratie hier te krijgen voor onderzoek duurt lang. Deze gegevens zijn van groot belang om te kunnen vaststellen of het juiste loon is betaald en hoeveel uur er feitelijk gewerkt is. Het vergt intensief onderzoek om de drempels die moedwillig door het bedrijf worden opgeworpen te ontrafelen om de bewijslast tegen de fraudeur rond te krijgen.
Tijdens de onderzoeken blijkt ook dat werknemers die bij deze bedrijven werken niet altijd willen of durven te verklaren hoe hoog hun loon is en hoe lang ze werken. Het kost veel inzet om eerst vertrouwen te winnen om vervolgens die informatie toch boven tafel te krijgen. Het niet willen verklaren komt doordat de werknemers tevreden zijn met hun loon, al is dit vaak veel lager dan het Nederlandse minimumloon of het cao-loon. Niet durven te verklaren kan omdat zij worden geïntimideerd, of angst hebben om hun baan te verliezen als ze met de Inspectie praten.
Duidelijk is ook dat bedrijven die bewust de wet willen overtreden, snel nieuwe constructies bedenken als de wet- en regelgeving verandert of als duidelijk is dat de Inspectie SZW bepaalde constructies doorheeft. Dit vereist dat de Inspectie SZW en andere toezichthouders hier direct en innovatief op anticiperen. Daarom is er een Kennis- en informatieplatform opgezet waar die kennis wordt gedeeld met andere partners, als Belastingdienst en IND. Daarnaast investeert de Inspectie in de contacten met buitenlandse inspectiediensten, onder andere in Polen, België en Roemenië. Door met hen samen te werken en informatie uit te wisselen kan de buitenlandse component van een constructie effectiever onderzocht worden.
De afgelopen jaren heeft het team 230 werkgevers gecontroleerd en zijn er uiteindelijk zestig boeterapporten opgemaakt voor een totaal van 2,2 miljoen euro aan boetes. De onderzoeken zijn uitgevoerd in vrijwel alle risicobranches in Nederland. Daarnaast zijn twee zaken strafrechtelijk opgepakt.
Voorbeeld 1
Naar aanleiding van een melding van de Nederlandse ambassade in China heeft de Inspectie SZW in samenwerking met ketenpartners een ingewikkelde constructie ontmanteld met Chinese stagiairs die onder het mom van stage goedkope arbeid verrichtten. Zij moesten eerst €4.000 euro betalen om in aanmerking te komen voor een stage op tenminste HBO-niveau in Nederland. De werkzaamheden bestonden echter uit paprika’s en tomaten plukken. Certificaten en referenties van het bemiddelingsbureau bleken vervalst of aangepast. De stagebedrijven, de stichting die bemiddelde en de natuurlijke persoon achter de stichting zijn beboet. De tewerkstellings- en verblijfsvergunningen zijn ingetrokken evenals de reeds afgegeven tien vergunningen voor een stage in de toekomst. Na het onderzoek heeft de stichting haar activiteiten gestaakt.
Voorbeeld 2
Uit een onderzoek bleek dat Poolse jongeren met een studiebeurs, die bestemd was voor stage, naar Nederland werden gehaald om arbeid te verrichten. Uitzendbureaus/bemiddelingsbureaus plaatsten deze jongeren bij werkgevers. De werknemers ontvingen van het uitzendbureau een stagevergoeding terwijl de inlenende bedrijven een hogere vergoeding (wettelijk minimumloon) aan het uitzendbureau betaalden. Het verschil in betaling tussen hetgeen het inlenende bedrijf betaalde en de stagevergoeding belandde in de zakken van het uitzendbureau en de tussenpersoon. Het ministerie van OCW is door de Inspectie geïnformeerd. OCW heeft het Poolse ministerie van Onderwijs geïnformeerd over de vermoedelijke fraude die de Inspectie SZW heeft ontdekt. In Polen wordt een onderzoek voorbereid.
Bron: www.rijksoverheid.nl