Het vertrouwen in de woningmarkt heeft zich in de afgelopen periode hersteld na een flinke daling in het vorige kwartaal, van 91 in Q2 naar 100 in Q3. Zowel starters (huurders met de intentie om binnen twee jaar een woning te kopen) als woningbezitters verwachten dat de huizenprijzen zullen stijgen en dat er meer huizen worden verkocht de komende periode. Woningbezitters zijn zelfs nog nooit zo optimistisch geweest over het gemak en de snelheid waarmee ze denken hun woning te kunnen verkopen. 86% van de woningbezitters geeft aan te verwachten dat zij hun huidige woning binnen 3 maanden verkopen. Beide groepen maken zich minder zorgen over hun eigen financiële situatie dan een kwartaal eerder. Bijna driekwart van de ondervraagden (72%) verwacht geen financiële ondersteuning nodig te hebben als gevolg van de coronacrisis.
Twee op de drie Nederlanders beschouwt thuiswerken als vooruitgang
Twee op de drie ondervraagden beschouwen thuiswerken als een vooruitgang; tegenover 26% die het niet als een vooruitgang zien. Als grootste voordelen van thuiswerken noemen mensen de verdwenen reistijd, flexibelere werkdagen, een eigen omgeving die meer rust biedt, minder kosten voor de kinderopvang en dat er mogelijkheden zijn om tussendoor het huishouden te doen. Veel genoemde nadelen zijn de beperkte mogelijkheid om samen te komen met collega’s, het continue (video)bellen en overlast van bijvoorbeeld buren. Eén op de drie starters vindt het vervelend om niet over een eigen werkruimte te beschikken; zij werken ook relatief vaak in de slaapkamer. Van de thuiswerkende woningbezitters heeft de helft wel een eigen werkkamer, bij starters is dit slechts 32%.
Meer dan 60% werkt vanuit huis
Het ‘verplichte’ thuiswerken door de coronacrisis treft veel huishoudens. Onder werkende woningbezitters werkt(e) 60% als gevolg van de coronacrisis meer thuis dan voorheen. Onder starters is dit zelfs 68%. De overige 40% van de woningbezitters die niet meer thuis zijn gaan werken, kon dat niet omdat het werk dat niet toeliet (denk aan mensen in de zorg of werkzaam in het openbaar vervoer). Bijna de helft van alle ondervraagden verwacht na corona meer dan 40% thuis te gaan werken. Wim Flikweert, manager Wonen ING: “Mensen lijken dus ongeveer de helft van de tijd thuis te willen werken en de andere helft op kantoor. Werkgevers lijken overigens ook een slag gemaakt te hebben. Uit het onderzoek blijkt dat slechts 5% bezwaar heeft tegen thuiswerken.”
Corona heeft invloed op verhuisplannen starters
Bij een kwart van de starters is de tevredenheid over de huidige woning afgenomen in de maanden van de lockdown, bij woningbezitters is dit slechts 4%. De afgenomen tevredenheid van de starters is terug te zien in de gewijzigde plannen door corona; 26% is actiever op zoek naar een andere woning. Terwijl bijna één op de drie woningbezitters juist minder actief op zoek zijn gegaan naar een andere woning.
Hoewel het grootste deel van de woningbezitters geen andere woonwensen heeft gekregen, zijn starters nu wel vaker op zoek naar een woning met een (grotere) tuin of andere buitenruimte, meer kamers en op een andere locatie. 21% van de starters is ook meer dan voorheen bereid om een grotere woon-werkafstand te overbruggen. Wim Flikweert: “Het is wel logisch dat starters verder gaan zoeken. Het geeft meer mogelijkheden om een woning te vinden die bij je past en die je kunt betalen. En als je verwacht dat je niet meer dan 2 tot 3 dagen naar je werk hoeft te reizen, wordt de reisafstand ook minder relevant. Belangrijk effect kan zijn dat er daardoor meer spreiding komt waardoor overbelaste woningmarkten, zoals bijvoorbeeld de Randstad, wat ontlast worden.”
Onderzoeksverantwoording
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van ING door Kantar onder huurders die de intentie hebben om binnen twee jaar een huis te kopen (starters) en onder eigenaren van een koopwoning. Deze personen zijn allen afkomstig uit de Kantar Consumerbase, een database van 190.000 respondenten in Nederland. In totaal zijn in het derde kwartaal van 2020 1.111 personen ondervraagd, waarvan 638 koopwoningbezitters en 473 personen wonend in een huurwoning met koopplannen binnen nu en 2 jaar. Het vertrouwen in de woningmarkt wordt berekend op basis van onderliggende vragen met betrekking tot de verwachtingen ten aanzien van de hypotheekrente, het aantal huizen dat verkocht wordt, de huizenprijzen en de eigen financiële situatie plus de vraag of het nu een gunstige of een ongunstige tijd is om een woning te kopen. Het onderzoek vond plaats in de periode eind juli tot begin augustus 2020.
Bron: ING