Consumentengoederen en -diensten waren in september 14,5 procent duurder dan in dezelfde maand een jaar eerder, meldt het CBS. In augustus was de inflatie 12,0 procent. De stijging van de inflatie kwam vooral door de prijsontwikkeling van energie.
Het CBS berekent ook maandelijks de gemiddelde prijsontwikkeling als energie- en brandstofprijzen buiten beschouwing worden gelaten. De inflatie exclusief energie en motorbrandstoffen is toegenomen van 6,0 procent in augustus naar 6,5 procent in september.
Een inflatie van 14,5 procent in september 2022 betekent dat de prijzen van consumentenproducten 14,5 procent hoger zijn dan in september 2021. De inflatie van 14,5 procent in september komt dus niet bovenop de inflatie van 12,0 procent in augustus.
Energie duurder
De prijzen van energie (elektriciteit, gas en stadsverwarming) zijn in september verder toegenomen. Dit heeft een verhogend effect op de inflatie. Energie was in september 200 procent duurder dan in dezelfde maand vorig jaar. In augustus was de stijging op jaarbasis 151 procent.
Onderzoek naar energieprijzen vordert
Energie levert momenteel een belangrijke bijdrage aan de totale inflatie. De prijsontwikkeling van energie wordt door het CBS gemeten op basis van nieuwe contracten. Er zijn echter ook huishoudens die een vast contract voor gas en elektriciteit hebben. Het CBS onderzoekt een nieuwe methode voor het meten en berekenen van de energieprijzen in de CPI, hierin worden actuele ontwikkelingen van energieprijzen verfijnder in kaart gebracht. Halverwege september is het CBS met een update van het onderzoek naar buiten gekomen. Het CBS maakt in het onderzoek gebruik van databestanden die aangeleverd zijn door de energiemaatschappijen. Van de huishoudens in deze databestanden had in augustus een derde nog een vast contract.
Inmiddels zijn de eerste, voorlopige berekeningen uitgevoerd. Hieruit blijkt dat het inflatiecijfer met een nieuwe methode de afgelopen maanden significant lager zou zijn uitgevallen dan wat het CBS nu heeft gepubliceerd. Het CBS gebruikt de komende tijd voor verdere validatie en controle van de uitkomsten van deze berekeningen. Op maandag 31 oktober publiceert het CBS voorlopige onderzoeksresultaten.
Inflatie ook hoger door onderwijs en kleding
Ook de prijsontwikkelingen van onderwijs en kleding hadden een verhogend effect op de inflatie. Bij een opleiding in het studiejaar 2021-2022 aan vavo, mbo, hbo of universiteit kregen studenten 50 procent korting op het lesgeld, cursusgeld of collegegeld. Dit was een maatregel van de overheid in verband met de coronacrisis. In het studiejaar 2022-2023 is deze korting er niet meer. Hierdoor werd het volgen van onderwijs duurder. De prijzen van kleding waren in september 8,0 procent hoger dan een jaar eerder. In augustus was dat 3,3 procent.
Lagere prijsstijging benzine en verblijf in bungalowpark
De prijsontwikkeling van benzine had daarentegen een neerwaarts effect op de inflatie. Benzine was in september 6,7 procent duurder dan in dezelfde maand een jaar eerder, in augustus was dat 12,9 procent. Ook de prijsontwikkeling van een verblijf in een bungalowpark had een drukkend effect op de inflatie. De prijsstijging op jaarbasis nam af van 5,7 procent in augustus naar 1,0 procent in september.
Ook inflatie zonder energie neemt toe
Het CBS publiceert naast het algemene inflatiecijfer maandelijks ook wat de gemiddelde prijsstijging is als de ontwikkeling van de energie- en brandstofprijzen buiten beschouwing wordt gelaten. Bij de berekening van dit cijfer worden de prijsontwikkelingen van gas, elektriciteit, stadsverwarming en de motorbrandstoffen niet meegenomen. Ook de inflatie zonder energie- en brandstofprijzen neemt toe. In september waren consumentengoederen en –diensten exclusief energie en motorbrandstoffen 6,5 procent duurder dan in dezelfde maand vorig jaar. In augustus was de prijsstijging op jaarbasis 6,0 procent.
Inflatie eurozone 10 procent
Het CBS publiceert sinds 1996 twee verschillende cijfers voor inflatie. Een op basis van de consumentenprijsindex (CPI) en een op basis van de geharmoniseerde index van consumentenprijzen (HICP). Consumentengoederen en -diensten in Nederland waren volgens de HICP in september 17,1 procent duurder dan in dezelfde maand een jaar eerder, in augustus was dat 13,7 procent. Bij de eerste raming van de HICP op 30 september werd ook een prijsstijging van 17,1 procent gemeten. De inflatie in de eurozone nam toe van 9,1 procent in augustus naar 10,0 procent in september.
Bron: CBS