In 2023 groeide de Nederlandse economie met een bescheiden 0,1 procent. In alle regio’s was de economische groei lager dan in het jaar ervoor. De hoogste groei werd behaald in Noord-Holland en Noord-Brabant, met ongeveer 1 procent. In Groningen kromp de economie met ongeveer 9 procent door afbouw van de gaswinning. Dit meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers en het artikel De regionale economie 2023.
De meeste provincies lieten in 2023 een bescheiden economische groei zien, tussen de 0 en de 1 procent. Hiermee zijn de regionale groeicijfers substantieel lager dan in 2022. In vier provincies was er zelfs sprake van krimp: Groningen, Drenthe, Limburg en Zeeland. In 2022 was in bijna alle provincies nog sprake van een groei van 3 procent of meer.
In Noord-Holland en Noord-Brabant was de economische groei in 2023 het hoogst, namelijk 1,2 en 1,1 procent. In Noord-Holland steeg vooral de toegevoegde waarde in de overige zakelijke diensten. In Noord-Brabant was met name de industrie de aanjager.
De provincie Groningen liet met 9,1 procent de grootste krimp zien. Dit hangt echter samen met de afbouw van de gaswinning. Als de delfstoffenwinning buiten beschouwing wordt gelaten, groeide de Groningse economie met 0,7 procent. Ook in Drenthe werd de lichte krimp (van 0,2 procent) veroorzaakt door een afname van de delfstoffenwinning. Los van de delfstoffenwinning was in Drenthe een groei van 0,4 procent. In Zeeland en Limburg kromp de economie met respectievelijk 0,8 en 0,7 procent.
Krimp in regio’s met relatief veel energie-intensieve industrie
In 2023 werden regionale verschillen in economische groei in belangrijke mate bepaald door het soort industrie binnen een regio. De toegevoegde waarde van de totale industrie kromp met 0,6 procent, maar binnen de industrie waren de verschillen tussen sommige bedrijfstakken groot. De economische krimp in Zeeland komt deels door het grote aandeel van de energie-intensieve industrie in de regio Zeeuws-Vlaanderen, die gebukt ging onder gestegen energieprijzen. In deze regio kromp de economie met 5,5 procent. Ook in de regio’s Delfzijl, IJmond en Zuid-Limburg had de industrie relatief veel last van de hogere energieprijzen. Binnen de industrie zijn vooral de chemische en de metaalindustrie energie-intensief.
Machine-industrie Zuidoost-Noord-Brabant juist aanjager groei
De economische groei van Noord-Brabant wordt in belangrijke mate bepaald door de machine-industrie in de regio Zuidoost-Noord-Brabant. In 2023 groeide de economie van Zuidoost-Noord-Brabant met 3,2 procent, na Haarlemmermeer de hoogste groei. De machine-industrie is relatief minder energie-intensief en werd daardoor minder geraakt door de hoge energieprijzen. Daarnaast had de productie minder last van een teruglopende vraag dan bijvoorbeeld de chemische en de metaalindustrie.
Drie regio’s met relatief sterke groei in vergelijking met 2019
Ondanks de lagere groeicijfers in 2023 was de omvang van de economie in bijna alle regio’s duidelijk groter dan in 2019 (het laatste jaar voor de coronacrisis). Er waren drie regio’s waar de economie 12 procent of meer groeide sinds 2019. Naast Zuidoost-Noord-Brabant, waar de machine-industrie een grote rol speelde, waren dat Zuidoost-Utrecht en Flevoland-Midden. In Zuidoost-Utrecht groeide vooral de financiële dienstverlening. In Flevoland-Midden had de handel de grootste bijdrage in de stijging.
In Overig Groningen en Delfzijl en omgeving was de omvang van de economie kleiner dan in 2019. Voor beide regio’s was corona echter niet de oorzaak. In Overig Groningen vond in de afgelopen jaren namelijk een sterke afbouw van gaswinning plaats. Als deze buiten beschouwing wordt gelaten, was het bbp in de regio 9,3 procent hoger dan vier jaar eerder. In de regio Delfzijl en omgeving krompen de industrie en de bedrijfstak vervoer en opslag in 2023. Hoewel de economie van Delfzijl in 2021 en 2022 nog groter was dan in 2019, was deze krimp dusdanig dat de economie in zijn geheel onder het niveau van 2019 zakte.
Bron: CBS