Eind 2005 kwamen banken en toonbankinstellingen (detailhandel, horeca, tankstations) het Convenant Betalingsverkeer overeen. Sindsdien wordt samengewerkt aan veiliger, efficiënter en betrouwbaarder betalen in Nederland. Het Convenant loopt dit jaar ten einde. Morgen wordt in het auditorium van DNB een congres gehouden over de resultaten van 13 jaar samenwerking. De gezamenlijke inspanningen leidden tot aanzienlijke groeicijfers van zowel het aantal pinautomaten als het aantal pinbetalingen. Nederland is koploper in de eurozone. Bovendien zijn de kosten van pinbetalingen sterk gedaald voor de ondernemers in Nederland. Banken en toonbankinstellingen zijn tevreden over de bereikte resultaten.
Bijna overal kan worden gepind
In Nederland staan ruim 360.000 betaalautomaten. Zowel in de detailhandel als bij tankstations is pinnen al jaren gemeengoed. In de ambulante handel en de horeca is de mogelijkheid om te pinnen recent pas sterk gegroeid. In de horeca wordt de pinpas bij 92% van alle horecagelegenheden geaccepteerd, terwijl dat in 2005 nog maar 50% was. Bij de ambulante handel geldt dat inmiddels 85% van de ambulante handelaren de pinpas accepteert, terwijl dat percentage in 2005 nog op 21% lag.
Doelstelling 60% pin versus 40% contant gehaald
Het aantal pintransacties is sinds 2005 verdrievoudigd, van 1,3 miljard in 2005 naar ruim 4 miljard in 2018. Mede dankzij grootschalige campagnes als Pinnen, ja graag en Klein bedrag? Pinnen mag! is het pingebruik sterk gegroeid in Nederland. Bordjes met ‘bijbetalen bij kleine bedragen’ zien we tegenwoordig nauwelijks meer. De komst van contactloos betalen zorgt ervoor dat consumenten óók hun kleine bedragen steeds vaker pinnen. Inmiddels is twee derde van de pinbetalingen voor een bedrag van minder dan €20,-. Het aantal pinbetalingen is het aantal contante betalingen inmiddels ruimschoots voorbij gestreefd. Met een verhouding van 61% pinbetalingen en 39% contante betalingen halverwege 2018 is de doelstelling van de Stichting (60% pin versus 40% contant aan het einde van 2018) ruimschoots gehaald.
Criminelen kregen het steeds lastiger
De afname van het gebruik van contant geld zorgt ervoor dat betalen in Nederland veiliger wordt. Lege kassalades zijn immers minder aantrekkelijk voor criminelen. Het aantal overvallen bij winkeliers, horecagelegenheden en benzinestations is tussen 2008 en 2017 dan ook gedaald van 1.171 naar 377. De schade door skimming daalde tussen 2011 en 2017 van € 39 miljoen naar € 1,5 miljoen, vooral dankzij de invoering van het Nieuwe Pinnen eind 2011. Daarbij pinnen consumenten niet langer met de magneetstrip maar met de EMV-chip in de betaalpas. De Stichting zorgde ervoor dat ondernemers hun betaalterminals versneld gingen vervangen. Met promotiemateriaal en commercials werd iedereen geïnformeerd en de banken voorzagen alle betaalpassen van de EMV-chip.
De kosten van betalen voor ondernemers daalden
Het toenemend gebruik van pin en innovaties als contactloos betalen zorgen ervoor dat de kosten van een gemiddelde pintransactie in de afgelopen 13 jaar zijn gedaald van 27 cent in 2002 naar 17 cent in 2017. Een gemiddelde contante betaling kost een ondernemer inmiddels 29 cent. Ten opzichte van 2002 zijn de gemiddelde kosten van contante betalingen met 93% gestegen en die van pinbetalingen met 58% gedaald. Een contante betaling is inmiddels 70% duurder dan een pinbetaling. Het toenemend gebruik van pinnen heeft Nederlandse ondernemers een besparing opgeleverd van 1,2 miljard euro in 13 jaar.
De betrouwbaarheid is toegenomen
Meer elektronisch betalen vergroot de afhankelijkheid van de infrastructuur. Banken, telecomaanbieders en transactieverwerkers hebben dan ook hard gewerkt aan de betrouwbaarheid van hun systemen. De storingsgevoeligheid is sterk afgenomen. De beschikbaarheid van gecertificeerde datacom-diensten voor pinnen bedraagt momenteel 99,9%.