De EU heeft de eerder voorgestelde tarieven voor veel in China geproduceerde elektrische voertuigen (EV’s) naar beneden bijgesteld, maar de vastberadenheid van het blok om de heffingen in stand te houden, illustreert de zorgen over een nieuwe golf van goedkope Chinese exportproducten.
De Europese Unie zal uiterlijk eind oktober nieuwe tarieven opleggen aan in China geproduceerde elektrische auto’s als de lidstaten de maatregel goedkeuren, hoewel de kosten van de heffingen voor veel fabrikanten zijn verlaagd ten opzichte van de voorlopige tarieven die in juni werden aangekondigd. De heffingen komen bovenop de 10% invoerrechten die al van toepassing zijn.
Een nieuw ontwerpbesluit over EU-invoerrechten dat op 20 augustus is gepubliceerd, laat zien dat het blok vastbesloten blijft om tarieven te gebruiken om de lokale productie te beschermen tegen wat het ziet als oneerlijk gesubsidieerde Chinese invoer. De EU zegt dat de herberekening van de tarieven het resultaat is van nader onderzoek.
De politiek kan ook een rol hebben gespeeld, want Duitse merken als Volkswagen en BMW en hun joint venture-partners in China betalen nu een extra tarief van 21,3%, in plaats van het maximumtarief van 36,3%. Maar het Amerikaanse bedrijf Tesla profiteert het meest van de nieuwe berekening; de invoerrechten op geïmporteerde Tesla’s zijn verlaagd van 20,8% naar 9%.
De voorgestelde tarieven voor grote Chinese fabrikanten van elektrische auto’s zijn licht gedaald. BYD zag zijn tarief dalen van 17,4% naar 17%, Geely van 19,9% naar 19,3% en SAIC van 37,6% naar 36,3%. De verschillen in tarieven tussen bedrijven weerspiegelen een aantal factoren, waaronder hun mate van samenwerking tijdens het EU-onderzoek.
In tegenstelling tot de individuele aanpak van de EU, legt de VS deze maand een tarief van 100% op alle in China geproduceerde elektrische auto’s, een strafverhoging ten opzichte van het vorige tarief van 25%. Trump heeft laten doorschemeren dat hij dat percentage nog eens kan verdubbelen als hij een tweede presidentiële termijn wint.
Ondanks de meer verzoenende houding van de EU, weerspiegelen de tarieven de groeiende angst in het Westen over een agressief prijsbeleid op de export van ’s werelds op één na grootste economie. De autosector is niet de enige die te maken krijgt met een vloedgolf van goedkopere Chinese importproducten en de tarieven worden gezien als een manier om de lokale industrie te beschermen in een periode van broos herstel na de coronapandemie.
Tarieven zijn echter een bot instrument met verreikende en soms onvoorziene gevolgen. Nu EV-producenten na een periode van snelle groei te kampen hebben met tegenwind, is een ‘tit-for-tat’ tarievenoorlog misschien wel het laatste wat de sector nodig heeft.
Oorzaken van de Chinese exportgolf
Aan de basis van het probleem ligt een Chinese economie die buitenlandse markten overspoelt met aanzienlijk goedkopere producten dan lokaal gemaakte equivalenten. Er zijn verschillende redenen voor deze exportgolf:
- De Chinese binnenlandse vraag is zwak, waardoor producenten zich genoodzaakt zien zich op exportmarkten te richten. De Chinese regering zal waarschijnlijk blijven inzetten op exportgroei om de bbp-doelstellingen te halen, ondanks westers ongemak.
- De overheid zal bedrijven waarschijnlijk ook stimuleren om de productie hoog te houden en massaontslagen, die politieke spanningen zouden kunnen veroorzaken, te vermijden. De goederen moeten ergens verkocht worden, zelfs tegen sterk gereduceerde marges.
- Groene industrie, zoals de productie van elektrische voertuigen, wordt agressief gepromoot in China en heeft makkelijk toegang tot goedkoop krediet. Als de binnenlandse vraag inzakt, wordt de overtollige capaciteit geëxporteerd en tegen een aanzienlijke korting verkocht.
- Samen met China’s innovatievoorsprong in de productie van elektrische voertuigen, brengt dit met zich mee dat Chinese fabrieken nu al elektrische auto’s produceren tegen lagere kosten dan westerse concurrenten. Om dit voordeel kracht bij te zetten, geven Chinese producenten veel geld uit aan overzeese reclame en schepen die auto’s vervoeren.
Westerse producenten niet voorbereid op de strijd
In betere tijden zou een vloedgolf van goedkopere Chinese auto-import westerse concurrenten kunnen aanzetten tot meer innovatie en efficiëntie, vooral in een sector waar de Europese kwaliteit nog steeds in hoog aanzien staat.
De oorlog in Oekraïne veroorzaakte echter een inflatiegolf in Europa die pas recentelijk is afgenomen. Voor autofabrikanten blijven de inputprijzen hoog en krediet duur. De rentetarieven gaan weliswaar omlaag, maar zullen in de nabije toekomst waarschijnlijk hoog blijven.
“De situatie in China is duidelijk anders dan hier”, zegt Bert Burger, senior econoom bij Atradius. “Een zwakke binnenlandse vraag in combinatie met een overaanbod aan goederen zorgt voor neerwaartse druk op de prijzen in China. De prijsontwikkeling in China loopt daarmee uiteen met die in de meeste westerse landen. De kortingen die we onlangs hebben gezien versterken deze trend. De prijzen in China zijn vooral gedaald voor industriële en intermediaire goederen en voor duurzame consumptiegoederen zoals auto’s.”
Goedkopere Chinese import komt binnen op markten die op zoek zijn naar een koopje. De koopkracht van consumenten en de zakelijke markt in Europa moet nog herstellen van de recente schokken, en hetzelfde geldt – in iets mindere mate – voor de VS. Kopers zijn prijsgevoelig en het kwaliteitsverschil tussen Chinese en westerse goederen is de afgelopen jaren kleiner geworden.
Onvoorspelbaarheid van tarieven
Tegen deze achtergrond is het misschien geen verrassing dat westerse regeringen importtarieven gebruiken om binnenlandse autofabrikanten te steunen. Maar zullen de tariefverhogingen het gewenste effect hebben of zouden ze ook contraproductief kunnen zijn?
De grote Chinese EV-fabrikanten maken aanzienlijke winst op de verkoop in de EU en zullen waarschijnlijk het grootste deel van de extra kosten als gevolg van de tarieven absorberen, in ieder geval op de korte termijn. Het BYD Seal EV-model wordt bijvoorbeeld verkocht voor ongeveer USD 24.000 in China en voor de dubbele prijs in Europa. De prijzen zullen na oktober stijgen, maar niet aanzienlijk. Chinese voertuigen zullen qua kosten kunnen blijven concurreren met Europese equivalenten.
Het tarief van 100% dat door de VS wordt toegepast, is schadelijker en zou opnieuw verhoogd kunnen worden. Maar Amerika is een veel kleinere markt voor Chinese elektrische auto’s, goed voor 1% van de totale Chinese EV-export tegenover 40% in Europa. Het slechtste resultaat voor Chinese producenten, wat de VS betreft, is dat er een grotendeels onaangeboorde markt overblijft.
Tarieven kunnen ‘vriendschappelijk vuur’ veroorzaken
In het hogere segment kunnen de EU-tarieven het momentum van de Chinese invoer afremmen, waardoor Europese producenten de kans krijgen om een nieuwe generatie competitievere voertuigen te lanceren. Maar minder gunstige resultaten zijn ook mogelijk.
Als Chinese producenten bijvoorbeeld proberen de tarieven te omzeilen, vormt een overvloed aan goedkope elektrische auto’s op exportmarkten buiten de EU een bedreiging voor de overzeese verkoop van in het Westen geproduceerde voertuigen. Bovendien zouden eventuele vergeldingsheffingen op EU-invoer een belemmering vormen voor westerse fabrikanten die zich richten op het lucratieve Chinese topsegment.
Op dit moment wordt er niet gedacht aan heffingen op in het Westen geproduceerde elektrische auto’s, hoewel veel kan afhangen van de uitkomst van de lopende onderhandelingen. Maar China is een onderzoek gestart naar de invoer van bepaalde Europese voedingsmiddelen en dranken, waardoor de kans op een bredere handelsoorlog met de EU toeneemt.
Een directer probleem is de mogelijkheid van ‘vriendschappelijk vuur’. Veel Europese merken hebben Chinese productiecentra en joint venture-overeenkomsten, waarbij ze profiteren van de gevestigde toeleveringsketens voor elektrische auto’s in China en de lagere arbeidskosten.
Deze bedrijven zullen ook moeten meebetalen aan hogere tarieven en met minder winst per verkochte auto zullen de prijzen van in China geproduceerde EV’s van westerse merken waarschijnlijk stijgen. Sommige buitenlandse fabrikanten zullen hun productie misschien helemaal uit China verplaatsen als de huidige impasse eindeloos voortduurt.
In feite zouden de tarieven waarschijnlijk een bredere trend in de richting van meer EV-productie buiten China versnellen, vooral omdat de EU van plan is de tarieven voor een periode van vijf jaar op te leggen. Volgens onderzoeksbureau Oxford Economics zal het aandeel van China in de wereldwijde productie van elektrische voertuigen dalen van 62% in 2022 tot 55% in 2025. Grote Chinese fabrikanten overwogen al om de productie van EV’s te verplaatsen naar in of dicht bij de EU om de transportkosten te verlagen en de toeleveringsketens te vereenvoudigen. BYD heeft onlangs een investering van USD 1 miljard aangekondigd in een EV-fabriek in Turkije, terwijl Chery in april een overeenkomst tekende om voertuigen te produceren in Spanje.
Een EV-sector in beweging
Dit alles voegt een laag van onzekerheid toe aan een sector die al te kampen had met tegenwind. Elektrische auto’s blijven buiten bereik van veel westerse consumenten en de tarieven op goedkopere Chinese importproducten zullen de prijzen waarschijnlijk alleen maar langer opdrijven, waardoor de markt wordt getemperd en de inspanningen op het gebied van duurzaamheid worden ondermijnd. BloombergNEF verlaagde onlangs zijn prognoses voor de wereldwijde verkoop van EV’s met 6,7 miljoen voertuigen tot 2026.
Europese fabrikanten zijn tegen de heffingen en vrezen een spiraal van ‘tit-for-tat’ maatregelen. Toen de heffingen in juni voor het eerst werden aangekondigd, noemde Oliver Zipse, CEO van BMW, de beslissing van de EU “de verkeerde richting”.
“Westerse autofabrikanten kunnen zich geen tarievenoorlog veroorloven”, zegt Jens Stobbe, manager bij Atradius Risk Services in Duitsland. “In plaats daarvan moeten ze hun concurrentiepositie verbeteren en hun prijzen beschermen door diensten met toegevoegde waarde, aftersalesondersteuning en technische innovatie te verbeteren en te investeren in de lancering van nieuwe producten. Uiteindelijk zullen ze in de nabije toekomst meer EV’s moeten aanbieden in het lage en middelhoge prijssegment.”
Op dit moment wordt de sector geconfronteerd met een situatie die uiteindelijk voor iedereen nadelig zou kunnen zijn. Het standpunt van Washington lijkt vast te staan, maar insiders in de sector aan beide kanten hopen dat Chinese en EU-functionarissen het eind oktober eens kunnen worden over een verder compromis. Een woordvoerder bevestigde dat de EU “open blijft staan” voor onderhandelingen met Peking.
Bron: Atradius