Voor 2018 staat een aantal ingrijpende veranderingen op de rol voor de jaarrekening van ondernemingen die onder IFRS rapporteren. Nieuwe voorschriften voor omzet verantwoording (IFRS 15) en financiële instrumenten (IFRS 9). In 2019 volgt de invoering van nieuwe leasingregels (IFRS 16), waarbij huurverplichtingen voortaan op de balans komen.

Ondernemingen zijn volop bezig om de noodzakelijke en soms complexe veranderingen in de verslaggeving voor te bereiden en te implementeren. Het valt ons op dat van deze drie standaarden IFRS 9 bij niet-financiële ondernemingen (hierna: corporates) nog weinig aandacht krijgt. Op het eerste gezicht begrijpelijk, omdat IFRS 9 vooral ingrijpende gevolgen heeft voor de bancaire sector.

 

Tegelijkertijd ook zorgelijk, want elke onderneming heeft vorderingen en leningen op de balans en meestal ook eigen bankfinanciering, soms ook aandelen- of andere beleggingen. IFRS 9 brengt een groot aantal wijzigingen voor de verslaggeving die ook voor corporates grote impact kunnen hebben en waarvan het zaak is om hier tijdig op te acteren. Een aantal daarvan behandelen we in deze bijdrage.

 

Invoering van IFRS 9 in 2018 betekent dat het cumulatieve effect van de overgang naar de stand per 1 januari 2018 moet worden verwerkt als stelselwijziging via het eigen vermogen. Vergelijkende cijfers over 2017 zijn niet vereist.

 

Lees het volledige artikel op Accountant.nl.

Bron: KPMG