Een overstap naar e-facturering binnen de EU zou leiden tot aanzienlijke economische voordelen. Geschat wordt dat de overschakeling van papieren naar elektronische facturen in zes jaar tijd een ongeloofwaardig bedrag van 240 miljard euro aan besparingen zal opleveren. Een aantal weken geleden heeft de Europese commissie laten weten dat in 2020 e-factureren de toonaangevende manier is om factuurgegevens uit te wisselen.
Daarbij wil de Commissie zich op de volgende vier hoofdprioriteiten toespitsen: (1) zorgen voor een consistente wettelijke omgeving voor e-facturering (2) een overstap door de markt bewerkstelligen door het bereiken van MKB-ondernemingen, (3) een omgeving stimuleren die een maximaal bereik van e-factureren mogelijk maakt (4) een standaardgegevensmodel voor e-facturen bevorderen.
Daarnaast pleit de Commissie voor gecoördineerde actie om de uitrol van e-facturering te ondersteunen door e-facturering te bevorderen op nationaal en Europees niveau.
Hieronder staat een nadere uitwerking per hoofdprioriteit, zoals beschreven door het kabinet. En omdat we ons een beetje miskend voelden, hebben we ook maar
Platform ELFA en de Stichting Waarborg E-factureren vermeld.
1. Zorgen voor een consistente wettelijke omgeving voor e-facturering
Vanaf 1 januari 2013 zullen de lidstaten krachtens de nieuwe BTW-voorschriften van Richtlijn 2010/45/EG van de Raad het beginsel moeten huldigen dat elektronische facturen op dezelfde manier worden behandeld als papieren facturen.
Voor Nederland heeft dit geen gevolgen omdat dit door het ministerie van Financiën al is bekrachtigd in Besluit van 12 februari 2009, nr. CPP2009/263M, Staatscourant nr. 32.
De Commissie zal in 2011 een herziening van de richtlijn (1999/93/EG) inzake e-handtekeningen voorstellen om te voorzien in een wettelijk kader voor grensoverschrijdende erkenning en interoperabiliteit van beveiligde e-authenticatiesystemen.
Om de EU-wijde grensoverschrijdende interoperabiliteit van e-handtekeningen te bevorderen heeft de Commissie in het kader van de Digitale Agenda reeds voorgesteld om de huidige Richtlijn 1999/93/EG16 betreffende e-handtekeningen te herzien. Deze wettelijke maatregel is zowel uit het oogpunt van subsidiariteit als proportionaliteit gerechtvaardigd, omdat sommige e-factureringsoplossingen gebruik maken van e-handtekeningen en de diversiteit aan wettelijke voorschriften inzake e-handtekeningen in de lidstaten leiden tot problemen met grensoverschrijdende interoperabiliteit.
2. Een massale overstap door de markt bewerkstelligen door het bereiken van mkb-ondernemingen.
Het MKB vertegenwoordigt 99% van de Europese bedrijven. De Commissie sluit aan op het «think small first» principe en organiseert bewustwordingsactiviteiten gericht op het MKB. Hierbij is geen concrete wet- en regelgeving aan de orde. Nederland steunt het doel om het MKB te wijzen op de voordelen van elektronisch factureren. Hiertoe zijn bewustwordings-activiteiten een goed middel. De proportionaliteit wordt dan ook positief beoordeeld.
3. Een omgeving stimuleren die een maximaal bereik van e-factureren mogelijk maakt
De Europese Commissie voor Normalisatie (CEN) moet uiterlijk eind 2011 een gedragscode ontwikkelen waarin rekening wordt gehouden met de werkzaamheden van de deskundigengroep op het gebied van e-facturering. De CEN moet uiterlijk eind 2011 een analyse maken van de behoeften wat het aannemen van interoperabele adresserings- en routeringsprocedures door de partijen uit de e-factureringsector betreft, en hiervoor acties voorstellen. In de proces is geen concrete wet- en regelgeving aan de orde, de eerste resultaten van de werkgroep worden eind 2011 bekend gemaakt.
Het ministerie van EL&I zal in 2011 verkennen of de introductie van een «Openbaar Digitaal Factuuradres» voor alle ondernemers in Nederland mogelijk is. Dit zou een randvoorwaardelijke impuls aan het «business to business» (B2B) e-factuur berichtenverkeer kunnen geven, doordat het eenduidigheid brengt in de manier van adresseren, tussen de sectoren waar elektronische facturen reeds worden uitgewisseld en de vormen die worden toegepast. Ook hier wordt de proportionaliteit positief beoordeeld.
4. Een standaardgegevensmodel voor e-facturen bevorderen
Zoals vermeld in de aanbevelingen van de deskundigengroep «moet de Cross-Industry Invoice (CII) v.2 van het United Nations Centre for Trade Facilitation and Electronic Business (UN/CEFACT) worden aangenomen als de gemeenschappelijke referentie voor het semantische gegevensmodel waarop toekomstige standaardoplossingen voor de inhoud van e-facturen zullen zijn gebaseerd».
De Nederlandse overheid heeft, in nauw overleg met het Forum Standaardisatie, gekozen voor de UBL (Universal Business Language) en Setu-standaard afgeleid van de internationale HR-XML SIDES standaard Dit sluit echter de verdere ontwikkeling van deze standaard voor e-factureren naar de UN/CEFACT standaard niet uit. Voor het Nederlandse beleid ten aanzien van e-factureren heeft dit geen gevolgen. De proportionaliteit wordt om die reden positief beoordeeld.
Daarnaast pleit de Commissie voor gecoördineerde actie om de uitrol van e-facturering te ondersteunen door:
A. e-facturering te bevorderen op nationaal niveau
De lidstaten moeten een strategie ontwikkelen ter bevordering van e-facturering op nationaal niveau. Deze strategie moet als doel hebben:
• het gebruik van e-facturering te bepleiten, met name in het mkb, te zorgen voor een coördinatie op nationaal niveau van bestaande en aanstaande initiatieven ter bevordering van de overstap naar e-facturering, onder meer met betrekking tot wetgevings-, normalisatie- en interoperabiliteitsaspecten met een Europese dimensie, toe te zien op en doelstellingen te bepalen voor de mate waarin naar e-facturering wordt overgestapt.
• Om ertoe bij te dragen dat deze doelstellingen worden gehaald, moeten de lidstaten nationale multi-belanghebbendenfora inzake e-facturering oprichten en de Europese Commissie daarvan uiterlijk in juni 2011 in kennis stellen.
Het kabinet heeft met het Ministerraadbesluit van 9 juli 2010 aangegeven de rol van de overheid als «launching customer» op het gebied van e-factureren zeer serieus te nemen. Per 1-1-2011 hebben alle leveranciers van de Rijksoverheid het recht hun factuur elektronisch aan te leveren bij één centraal aanleverpunt, Digipoort. De grote leveranciers zullen dit rechtstreeks doen, de kleine via intermediairs of software leveranciers.
ECP-EPN verbindt in opdracht van het ministerie van EL&I belanghebbende (nationale) partijen op het gebied van e-factureren. Platform ELFA is daarnaast de organisatie die de afgelopen jaren heeft gezorgd voor het daadwerkelijk verhogen van de awareness rond e-factureren. Ze doet dit onder meer door een uitgebreide nieuwsvoorziening en In 2011 met maandelijkse bijeenkomsten waar belanghebbenden de belangrijkste ontwikkelingen bespreken. De Stichting Waarborg E-factureren borgt de kwaliteit bij e-factureren aan de hand van een zelftoets en een zelfreguleringsinstrument. Door middel van deze aanpak wordt voorkomen dat er eilandjes en tegengestelde stromingen ontstaan.
De proportionaliteit van deze voorstellen wordt positief beoordeeld.
B. e-facturering bevorderen op Europees niveau
De Commissie zal voor een periode van 3 jaar een Europees multi-belanghebbendenforum voor e-facturering (hierna «het Europese forum voor e-facturering» genoemd) oprichten dat is samengesteld uit afgevaardigden van nationale fora en vertegenwoordigers van relevante Europese verenigingen van gebruikers, de CEN, de Europese Centrale Bank (ECB) en de Groep gegevensbescherming artikel 29.
Het ministerie van EL&I zal ervoor zorgen dat uiterlijk in juni 2011 een nationaal multi-belanghebbendenforum inzake e-facturering is opgericht met een evenwichtige vertegenwoordiging van belanghebbenden. De afgelopen drie jaren heeft ECP-EPN reeds in opdracht het ministerie van EL&I zoals hierboven aangegeven een belanghebbenden-overleg e-factureren georganiseerd, dat hiervoor de basis zal vormen. Daarnaast heeft Platform ELFA sinds 2006 gezorgd voor de informatievoorziening richting en kennisd
eling tussen belanghebbenden. De Stichting Waarborg E-factureren zorgt verder voor het borgen van kwaliteit en verbeteren van de adoptie aan de hand van de zelftoets (checklist) en zelfregulering (keurmerk) en certificering (certificaat).Ook op dit punt wordt de proportionaliteit positief beoordeeld.
4. Nederlandse positie over de mededeling
Nederland kan zich vinden in de door de Commissie voorgestelde aanpak en stemt in met de voorgestelde acties. Net als de Commissie onderstreept Nederland het belang van elektronisch factureren zowel voor de overheid als voor het bedrijfsleven. Juist daarom heeft het kabinet het mogelijk gemaakt voor leveranciers om per één januari 2011 facturen elektronisch aan de Rijksoverheid aan te leveren bij Digipoort, een soort centrale elektronische brievenbus van de overheid.
In 2011 zal het ministerie van EL&I bezien in hoeverre het mogelijk is het feitelijke recht voor leveranciers om facturen elektronisch aan te leveren uit te breiden tot de gehele overheid. Daarbij zal mede worden gekeken naar een juridische verplichting van overheden om aan te sluiten op Digipoort, die dit recht voor ondernemers borgt.
De focus voor de Nederlandse overheid ligt daarmee in het faciliteren van de noodzakelijke randvoorwaarden voor de verdere ontwikkeling van e-factureren. Afgelopen jaren is gekozen voor de UBL-standaard, is het centraal aanleverpunt Digipoort ingericht en is per Ministerraadsbesluit besloten dat de Rijksoverheid per 1 januari 2011 klaar dient te zijn voor e-factureren. De naleving van dit Ministerraadsbesluit ligt per 1 januari 2011 in handen van het ministerie van BZK.
In 2011 zal de Nederlandse overheid haar activiteiten richten op het in gereedheid brengen van de totale overheid. Hiermee richt EL&I zich meer op de rol van de overheid als «launching customer» dan dat de overheid zich inzet op promotie van e-factureren binnen B2B (en daarmee ook MKB). Dit omdat de Nederlandse overheid onderkent dat de beïnvloedingsmogelijkheden hier beperkt zijn.
In opdracht van EL&I onderhoudt het platform voor de informatiesamenleving ECP-EPN het contact richting de belanghebbenden waaronder het MKB en is het betrokken bij de ontwikkeling van de internationale standaard voor elektronische gegevensuitwisseling UN/CEFACT en bij de European Expert Group on e-Invoicing. Platform ELFA zorgt verder voor de informatievoorziening richting en kennisdeling tussen de belanghebbenden.
De Stichting Waarborg E-factureren zorgt verder voor het borgen van kwaliteit en verbeteren van de adoptie aan de hand van de zelftoets (checklist) en zelfregulering (keurmerk) en certificering (certificaat).
Lees hier de Commissievoorstellen E-factureren en initiatieven EU-lidstaten feb2011
Bron: Platform Elektronisch Factureren