Wat is de wettelijke betalingstermijn van een factuur?
De wettelijke betalingstermijn van een factuur bedraagt 30 dagen als geen betalingstermijn is overeengekomen. Het is mogelijk om een kortere betaaltermijn af te spreken, maar de wet stelt grenzen aan langere betaaltermijnen.
De maximale betalingstermijn die wettelijk is toegestaan, is afhankelijk van de soort klant (debiteur) waarmee u zaken hebt gedaan. Voor grote ondernemingen gelden namelijk strengere regels dan voor kleine bedrijven (MKB/ ZZP). Voor de overheid gelden ook andere regels voor betalingstermijnen. Voor particulieren (consumenten) gelden geen wettelijke betaaltermijnen.
Hieronder zijn de verschillende wettelijke betalingstermijnen vermeld:
Wettelijke betalingstermijn in dagen | Bedrijf | Overheid | Grote onderneming |
Geen betalingstermijn overeengekomen | 30 | 30 | 30 |
Maximale betalingstermijn | 60 | 30 | 60 |
Maximale betalingstermijn bij wettelijke uitzondering | 60+ | 60 | niet mogelijk |
Let op
- De vermelde betalingstermijn begint te lopen na ontvangst van de factuur, dus niet vanaf de factuurdatum.
- ‘Niet mogelijk’ betekent dat het niet is toegestaan om een beroep te doen op een wettelijke uitzonderingssituatie voor een langere betalingstermijn. Een langere betaaltermijn is dan nietig (ongeldig).
- De wettelijke betalingstermijnen voor bedrijven en de overheid gelden per 16 maart 2013.
- De wettelijke betalingstermijn voor zogenaamde grote ondernemingen die zaken doen met het MKB of ZZP-ers geldt per 1 juli 2017. Let op het overgangsrecht tot 1 juli 2018.
- In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht bestaat er géén wettelijke betalingstermijn van veertien (14) dagen.
- Bovenstaand overzicht vermeldt alleen de hoofdlijnen. Lees daarom ook de toelichting die past bij uw soort klant/debiteur (zie de infographic en toelichting hieronder).
Hoe lang is de wettelijke betalingstermijnen voor MKB/ZZP?
Per 1 juli 2018 worden kleine ondernemers, zoals ZZP-ers en MKB-bedrijven, nóg beter beschermd tegen onredelijk lange betalingstermijnen van grote ondernemingen. Vanaf deze datum verloopt namelijk het overgangsrecht van de Wet tegengaan van onredelijk lange betaaltermijnen (ook wel de ‘wet betalingstermijnen’ of ‘wet late betalingen’ genoemd).
Hoewel deze wet al geldt per 1 juli 2017 voor betalingstermijnen in nieuwe contracten, gaf deze wet grote ondernemingen één jaar de tijd om langere betalingstermijnen in bestaande contracten te verkorten tot maximaal 60 dagen. Grote ondernemingen die dit het afgelopen jaar hebben nagelaten, zien zich er per 1 juli 2018 mee geconfronteerd dat een betalingsafspraak van meer dan 60 dagen nietig is. Dit betekent dat de langere betalingstermijn ongeldig is en dat in plaats daarvan de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen geldt. Een langere betalingstermijn wordt dus niet geconverteerd in een betalingstermijn van 60 dagen.
Consequentie hiervan is dat kleine ondernemingen dergelijke ongeldige afspraken voor niet-geschreven kunnen houden en aanspraak kunnen maken op de verschuldigde wettelijke handelsrente en incassokosten vanaf 30 dagen na ontvangst van hun factuur.
Gezien de complexiteit van de wettelijke regels voor betalingstermijnen en het toepasselijke overgangsrecht, is een infographic ontwikkeld waarin eenvoudig kan worden nagegaan hoe lang de wettelijke betalingstermijn is per 1 juli 2018. De infographic is opgesteld vanuit het perspectief van een MKB-ondernemer of ZZP-er en is actueel per 1 juli 2018. Aangezien de wetgeving sindsdien niet is gewijzigd, kan de infographic ook worden gevolgd in 2019, 2020 en 2021.
Kies uw soort klant en volg het betreffende stroomdiagram totdat u bij de toepasselijke betalingstermijn uitkomt.
Deze infographic overnemen?
Door onderstaande HTML-code te kopiëren en te plakken kunt u deze infographic overnemen op uw website of blog. Overname is toegestaan mits onder bronvermelding zoals hieronder vermeld.
<p><a href=”https://e-legal.nl/wettelijke-betalingstermijn”><img src=”https://e-legal.nl/media/1004/wettelijke-betalingstermijnen.png” alt=”wettelijke betalingstermijn” width=”800px” border=”0″ /></a></p><p><strong>Overname van deze infographic is toegestaan mits onder bronvermelding door een link naar <a href=”https://e-legal.nl/”>e-Legal incasso advocaten</a></strong></p>
Toelichting wettelijke betalingstermijnen
De verschillende soorten wettelijke betalingstermijnen worden hieronder nader toegelicht.
Kies de betalingstermijn die van toepassing is op uw klant:
1. Wettelijke betalingstermijn voor bedrijven
2. Wettelijke betalingstermijn voor grote ondernemingen
3. Wettelijke betalingstermijn voor de overheid
1. Wettelijke betalingstermijn voor bedrijven
De wettelijke betalingstermijn voor bedrijven is geregeld in artikel 6:119a van het Burgerlijk Wetboek (BW)
Dit wetsartikel geeft zowel regels voor de situatie waarin géén betalingstermijn is overeengekomen als regels voor de maximaal toegestane betalingstermijnen die bedrijven onderling mogen afspreken bij handelsovereenkomsten.
Let op:
De wettelijke betalingstermijnen gelden dus alleen voor zogenaamde handelsovereenkomsten.
Wat is een handelsovereenkomst?
Artikel 6:119a lid 1 BW omschrijft de handelsovereenkomst als:
‘de overeenkomst om baat die een of meer van de partijen verplicht iets te geven of te doen en die tot stand is gekomen tussen een of meer natuurlijke personen die handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf of rechtspersonen‘
(tekst wetsartikel actueel per 2021)
Of in begrijpelijker Nederlands:
Een handelsovereenkomst is een overeenkomst tussen zakelijke partijen tegen betaling (of een andere tegenprestatie).
Omdat de meeste overeenkomsten tussen bedrijven onderling als handelsovereenkomsten kwalificeren, wordt er hierna vanuit gegaan dat er sprake is van een handelsovereenkomst.
Wat is de betalingstermijn voor een factuur aan een bedrijf als géén betalingstermijn is overeengekomen?
De hoofdregel is dat een factuur aan een bedrijf moet worden betaald binnen 30 dagen na ontvangst van de factuur als geen uiterste dag van betaling is overeengekomen. Dit is geregeld in artikel 6:119a lid 2 sub a BW.
Verder geeft dit wetsartikel een regeling voor de situatie waarin de datum van de ontvangst van de factuur niet vaststaat. In dat geval moet de factuur worden voldaan binnen 30 dagen na de dag waarop de prestatie is ontvangen door de schuldenaar. Dit geldt ook als de factuur is ontvangen voordat de prestatie is verricht. Dit is geregeld in artikel 6:119a lid 2 sub b BW.
Artikel 6:119a lid 2 BW omschrijft het als volgt:
‘2. Indien geen uiterste dag van betaling is overeengekomen, is de wettelijke rente van rechtswege verschuldigd:
- vanaf 30 dagen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de schuldenaar de factuur heeft ontvangen, of
- indien de datum van ontvangst van de factuur niet vaststaat, of indien de schuldenaar de factuur ontvangt voordat hij de prestatie heeft ontvangen, vanaf 30 dagen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de prestatie is ontvangen, of
- indien de schuldenaar een termijn heeft bedongen waarbinnen hij de ontvangen prestatie kan aanvaarden dan wel kan beoordelen of deze aan de overeenkomst beantwoordt, en indien hij de factuur ontvangt voordat hij de prestatie heeft aanvaard of beoordeeld, vanaf 30 dagen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de schuldenaar de prestatie heeft aanvaard of beoordeeld, dan wel, indien hij zich niet over goedkeuring of aanvaarding uitspreekt, vanaf 30 dagen na de aanvang van de dag volgende op die waarop de termijn verstrijkt.’
(tekst wetsartikel actueel per 2021)
Wat is de maximale betalingstermijn voor facturen die bedrijven onderling mogen afspreken?
Bedrijven mogen onderling (business to business) een betalingstermijn afspreken van maximaal 60 dagen.
Dit is de hoofdregel, want een langere betalingstermijn is bij wijze van uitzondering mogelijk als dit in de overeenkomst wordt opgenomen en deze langere betaaltermijn niet kennelijk onbillijk is voor de schuldeiser.
Artikel 6:119a lid 5 BW omschrijft het als volgt:
‘5. Partijen kunnen een uiterste dag van betaling overeenkomen van ten hoogste 60 dagen, tenzij zij uitdrukkelijk een langere termijn van betaling in de overeenkomst opnemen en deze termijn niet kennelijk onbillijk is jegens de schuldeiser, mede gelet op:
- de vraag of de schuldenaar objectieve redenen heeft om af te wijken van de 60 dagen termijn;
- de aard van de prestatie; en
- elke aanmerkelijke afwijking van goede handelspraktijken.’
(tekst wetsartikel actueel per 2021)
Wanneer mag een betalingstermijn langer zijn dan 60 dagen bij bedrijven?
Een betalingstermijn voor een factuur aan een bedrijf mag alleen langer zijn dan 60 dagen als wordt voldaan aan de voorwaarden uit het bovenvermelde wetsartikel.
Hieronder worden deze voorwaarden toegelicht:
1. Een langere betalingstermijn dient uitdrukkelijk te worden overeenkomen bij overeenkomst (niet bij algemene voorwaarden)
De eerste voorwaarde is dat de langere betalingstermijn uitdrukkelijk moet zijn overeengekomen bij overeenkomst. De langere betalingstermijn dient dus expliciet in het contract dient te worden vermeld.
In algemene voorwaarden of standaardcontracten opgenomen afwijkingen ten nadele van de schuldeiser zijn dus niet geldig (Memorie van Antwoord, TK 2012-2013, 33.171, nr. C, p. 3).
Een betalingstermijn van ten hoogste 60 dagen kan wél worden bedongen in algemene (inkoop)voorwaarden. Een langere betalingstermijn kan echter niet worden weggestopt in algemene voorwaarden.
2. De betalingstermijn mag niet kennelijk onbillijk zijn jegens de schuldeiser
De tweede voorwaarde is dat een betalingstermijn niet kennelijk onbillijk mag zijn tegenover de schuldeiser. Hierbij spelen de bovenvermelde onder sub. a tot en met sub c. vermelde omstandigheden een rol.
Hieronder worden 3 voorbeelden genoemd waarin een langere betalingstermijn dan 60 dagen mogelijk is (Memorie van Toelichting, TK 2011-2012, 33.171, nr. 3, p. 11):
- Levering in consignatie: hierbij wordt de leverancier pas betaald nadat de afnemer het geleverde zelf heeft verkocht. Een langere betalingstermijn kan dan gerechtvaardigd zijn.
- Startende onderneming: er kan een langere betalingstermijn worden afgesproken als de ene partij een startende onderneming is aan wie een langere betalingstermijn wordt gegund in het kader van de opbouw van de handelsrelatie tussen beide partijen.
- Tijdelijke liquiditeitsproblemen: wanneer een vaste handelsrelatie tijdelijk in liquiditeitsproblemen verkeert kan een ruimere betalingstermijn worden afgesproken om wat meer financiële ruimte te geven
Bewijslast bestaan uitzonderingssituatie voor langere betalingstermijn rust op debiteur
Het is de vraag wie moet bewijzen dat er sprake is van een uitzonderingssituatie die een langere betalingstermijn rechtvaardigt.
Deze bewijslast rust op de schuldenaar (debiteur).
De schuldeiser (crediteur) hoeft slechts aannemelijk te maken dat de langere betalingstermijn in de overeenkomst onredelijk is ten opzichte van hem. De schuldeiser kan hiertoe bijvoorbeeld stellen dat de schuldenaar geen objectieve redenen heeft om te mogen afwijken van de standaard betalingstermijn. Of dat de langere betaaltermijn aanmerkelijk afwijkt van de gebruikelijke betalingstermijn in de branche.
Het is vervolgens aan de schuldenaar om te bewijzen dat er een rechtvaardiging bestaat voor de ruimere betalingstermijn. Een bedrijf zal als schuldenaar dus moeten bewijzen dat het objectieve redenen heeft om af te wijken van de betalingstermijn van 60 dagen, of dat de aard van de prestatie dit rechtvaardigt of dit niet aanmerkelijk afwijkt van goede handelspraktijken (Memorie van Antwoord, TK 2012-2013, 33.171, nr. C, p. 4).
Betalingsregeling nog steeds mogelijk ondanks wettelijke betalingstermijn
De bovenvermelde wetgeving doet geen afbreuk aan de contractsvrijheid van partijen om een betalingsregeling af te spreken.
Als betaling in termijnen is overeengekomen, is in geval van niet-tijdige betaling rente en invorderingskosten verschuldigd over de achterstallige bedragen (Memorie van Toelichting, TK 2011-2012, 33.171, nr. 3, p. 3).
Overgangsrecht voor wettelijke betalingstermijnen voor bedrijven: eerbiedigende werking voor oudere overeenkomsten vóór 16 maart 2013
De bovenvermelde regels voor wettelijke betalingstermijnen voor bedrijven gelden alleen voor overeenkomsten die zijn gesloten vanaf 16 maart 2013. Op deze datum is namelijk de Wet tot implementatie van de richtlijn bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties in werking getreden.
Op overeenkomsten die zijn gesloten vóór 16 maart 2013 is de nieuwe wet niet van toepassing. Het overgangsrecht gaat namelijk uit van zogenaamde eerbiedigende werking. Dit betekent dat de nieuwe wet de oude situatie eerbiedigt. Hierdoor blijft voor de oude situatie de oude wetgeving permanent gelden.
Dit is geregeld in artikel 183a van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek
Dit wetsartikel luidt als volgt:
‘De artikelen 96 lid 4, 119a leden 4 en 5 en 119b van Boek 6 zijn niet van toepassing op overeenkomsten die vóór het tijdstip van het in werking treden van deze bepalingen zijn gesloten.‘
(tekst wetsartikel actueel per 2021)
Bron: e-Legal