De buitenlandse directe investeringen in Nederland zijn in het derde kwartaal van 2009 sterk toegenomen. Dit blijkt uit vandaag gepubliceerde betalingsbalanscijfers van de Nederlandsche Bank. Hieraan gingen vijf kwartalen met weinig of zelfs negatieve buitenlandse investeringen vooraf . De stijging, tot EUR 15 miljard, was vrijwel in zijn geheel toe te schrijven aan een tweetal buitenlandse investeringen in de Nederlandse energiesector. In dit kwartaal kwam namelijk 49 procent van de aandelen van Nuon in handen van het Zweedse Vattenfall (de rest volgt in de komende 6 jaar), terwijl Essent werd overgenomen door RWE uit Duitsland.
Ook de Nederlandse directe investeringen in het buitenland trokken aan in het derde kwartaal, tot EUR 9 miljard. Dit was een optelling van kleinere kapitaaluitbreidingen door niet-financiële multinationals in buitenlandse deelnemingen. De nog hogere investeringen in het eerste kwartaal van 2009 weerspiegelden vooral kapitaalstortingen die Nederlandse financiële instellingen hadden gedaan om de gekrompen reserves van buitenlandse dochters aan te vullen.
Op de lopende rekening van de Nederlandse betalingsbalans was een licht herstel zichtbaar van de in- en uitvoerstromen van goederen. Ten opzichte van het derde kwartaal van 2008 was het volume van de uitvoer 7 procent lager, terwijl de daling in de twee kwartalen daarvoor nog zo'n 13 procent op jaarbasis bedragen had. De invoer van goederen was ruim 9 procent lager dan een jaar eerder. In verband met een daling van de gemiddelde in- en uitvoerprijzen gedurende het afgelopen jaar, daalden de waarden van de invoer en van de uitvoer sterker. Beide namen met ongeveer 20 procent af.
De afname van de internationale dienstenhandel verscherpte wél in het derde kwartaal. Hier had de daling zich later ingezet dan bij de internationale handel in goederen en deze was ook minder fors, maar herstel laat dus langer op zich wachten. Ook op de inkomensrekening deden zich sterkere dalingen voor dan in eerdere kwartalen; de ontvangen en uitgaande inkomens waren in het derde kwartaal ruim 30 procent lager dan een jaar eerder. Deze dalingen hingen enerzijds samen met een lager renteniveau en anderzijds met gedaalde winsten op directe investeringen.
Binnen het effectenverkeer in de betalingsbalans bleek in het derde kwartaal een grote buitenlandse interesse voor Nederlands geldmarktpapier. Buitenlandse beleggers kochten voor EUR 13 miljard door de overheid geëmitteerd geldmarktpapier en voor EUR 8 miljard kort schuldpapier dat was uitgegeven door Nederlandse banken. In de effectenportefeuilles van buitenlandse beleggers betrof het nieuwe schatkistpapier deels een vervanging van Nederlandse staatsobligaties. Vooral door aflossingen daalde het buitenlandse bezit hiervan met EUR 7 miljard. Bij Nederlandse beleggers waren met name aandelen uit het buitenland in trek. Daarnaast nam de waarde van het grensoverschrijdend aandelenbezit voornamelijk sterk toe dankzij gestegen aandelenkoersen.
Doordat de koersen van Nederlandse aandelen over het algemeen sterker waren gestegen dan die van buitenlandse fondsen (de AEX index steeg met 22 procent; de MSCI World index met 14 procent), nam het buitenlandse bezit aan Nederlandse aandelen met 20 procent aanzienlijk sterker toe dan de waarde van de buitenlandse aandelen in handen van Nederlandse beleggers (13 procent).
Bron: De Nederlandse Bank