De digitalisering van de rechtspraak heeft voor het juridisch credit management heel wat in petto. Niet alleen wordt de werkwijze qua procederen compleet anders. Ook de heffing van griffierechten zal compleet veranderen. Naast de al geplande verhoging van de griffierechten wordt dit feitelijk een nieuwe verkapte bezuiniging.
De huidige praktijk
In de huidige praktijk zijn griffierechten pas verschuldigd vanaf de dag van eerste (rol)zitting. Een eiser kan dus dagvaarden tegen een bepaalde datum en deze weer intrekken zonder dat griffierechten daadwerkelijk verschuldigd worden. Dit gebeurt vaak omdat de gedaagde alsnog betaalt of als er andere redenen zijn waarom er geen daadwerkelijke procedure hoeft te worden gevoerd. De dagvaarding wordt op deze manier geregeld ingezet om extra druk uit te oefenen op een debiteur. Een daadwerkelijke procedure kan zo vaak worden voorkomen.
Procesinleiding
Vanaf medio volgend jaar gaat het gehele systeem van procederen gefaseerd op de schop door de invoering van digitaal procederen bij de overheidsrechter. De dagvaarding zal hierbij in zijn huidige vorm verdwijnen en worden vervangen door een nieuw model dat de naam ‘procesinleiding’ heeft gekregen. Een eisende partij gaat deze procesinleiding straks samenstellen door in te loggen op de site www.mijnrechtspraak.nl. Dit vindt plaats door het maken van diverse keuzes en het invullen van verschillende velden. Denk hierbij aan het kiezen van een specifieke procedure, voor welk gerecht moet het dienen en wat de uiterste verschijningsdatum van de verweerder moet zijn. Deze datum moet overigens liggen tussen minimaal vier weken en maximaal zes maanden na het indienen van de procesinleiding. Daarnaast dienen uiteraard de partij- en zaakgegevens te worden ingevuld.
Heffing griffierechten
Voor vorderingsprocedures (voorheen de incassoprocedures) vindt voortaan de heffing van het griffierecht direct bij samenstelling/indiening van de hiervoor genoemde procesinleiding plaats. Er is dus geen sprake meer van een dag van eerste (rol)zitting waarop het griffierecht pas verschuldigd wordt. In het systeem invoeren, betekent betalen. Dit kan per iDEAL of via rekening-courant. De eiser die de zaak intrekt voordat de verweerder in de procedure is verschenen of uiterlijk in de procedure had kunnen verschijnen, blijft een derde deel van het desbetreffende griffierecht verschuldigd. Er geldt hierbij wel een maximum, bijvoorbeeld € 500 bij rechtspersonen als eiser. Wanneer de eiser de zaak tijdig intrekt, zal dus twee derde deel van het verschuldigde griffierecht aan hem worden teruggestort, ervan uitgaand dat hij het volledige griffierecht al op tijd heeft voldaan.
Minimaal 8 miljoen extra
Het hiervoor genoemde betekent dus een andere methodiek van griffierechtheffing die minnelijke incasso er niet eenvoudiger op zal maken. De procesinleiding kan straks niet meer als pressiemiddel worden ingezet om maximale druk uit te oefenen zonder extra kosten te riskeren. Overigens is dit ook exact de bedoeling van de overheid. Men wil niet meer dat het gerechtelijk systeem kosteloos wordt ingezet als een incassotool. Dat noemt het Ministerie van V&J zelf als belangrijkste reden voor deze wijziging. Daarnaast is het simpelweg een nieuw instrument voor de overheid dat geld in het laatje moet brengen. Naar verluidt dient deze nieuwe wijze van heffing namelijk minimaal € 8 miljoen extra op te gaan leveren. In combinatie met de al eerder geplande verhoging van griffierechten maakt dit het procederen bij de overheidsrechter er niet aantrekkelijker op. Teleurstellend, zeker nu digitalisering juist een uitstekend middel kan zijn om procedures toegankelijker te maken en kosten te reduceren.