Haagse huiseigenaren die hun huis uit moeten omdat ze hun hypotheeklasten niet meer kunnen betalen, kunnen sinds maart een beroep doen op het “Haags Vangnet Hypotheken” van de Gemeentelijke Kredietbank.
Deze kredietbank neemt de hypotheek over, waardoor grotere problemen worden voorkomen. Voor de oorspronkelijke hypotheekverstrekker is dit een veel betere oplossing dan een executieverkoop van het huis. Jan van der Hulst, hoofd van de Haagse Gemeentelijke Kredietbank (GKB), vertelt over het waarom en hoe van deze nieuwe vorm van schuldhulpverlening.
“Onze traditionele schuldhulpverlening aan huiseigenaren ging meestal gepaard met de noodgedwongen verkoop van de eigen woning. Daarmee kreeg de bank het verstrekte geld terug.
Deze manier is de laatste jaren echter steeds minder succesvol. Er gaat een steeds lager bedrag naar de hypotheekbanken. Dat heeft alles te maken met de stagnerende en dalende woningprijzen en met de soms onverantwoord ruime financiering door banken in het verleden. Bovendien groeit het aantal probleemgevallen als gevolg van de oplopende werkeloosheid.”
Niet veel te halen
Voor de eigenaar is het kwijtraken van de woning vaak het begin van een negatieve spiraal die zonder professionele hulp niet is te keren. Van der Hulst: “De basis voor een normaal bestaan valt weg. Gezinnen moeten op zoek naar noodopvang, verhuizen naar een andere wijk, kinderen moeten naar een andere school, vaak komt de relatie onder druk te staan. Deze mensen verliezen vaak hun baan kwijt en raken sociaal geïsoleerd.”
Maar ook voor de bank als hypotheekverstrekker zijn de gevolgen van een executieveiling verre van gunstig: “Behalve wat cash door de verkoop valt er bij de voormalige huiseigenaar niet veel te halen”, weet de directeur van de GKB uit ervaring. “Ik heb van creditmanagers gehoord dat ze al blij zijn als ze tien tot vijftien procent binnenhalen. Bovendien loopt de bank vaak imagoschade, want voor de beeldvorming is het natuurlijk niet goed als mensen op straat worden gezet.”
Blijven wonen
In de nieuwe aanpak neemt de GKB de hypotheek over tegen de executiewaarde. Die waarde wordt – in samenwerking met de taxateur van de bank – opnieuw vastgesteld en ligt tussen de tachtig tot negentig procent van de vrije-verkoopwaarde. Van dat bedrag wordt 10.000 euro gereserveerd voor andere schuldeisers.
Het ‘Haags Vangnet, zoals de nieuwe methode wordt genoemd, biedt voor alle betrokkenen een betere oplossing. De huiseigenaar, met wie de kredietbank een nieuwe, lagere hypotheek afsluit, maakt met de GKB heldere afspraken over afbetaling van de nieuwe hypotheek en eventuele andere schulden. Door de lagere hypotheeklast lukt dat beter.
Van der Hulst: ‘Met strakke budgetbegeleiding streven we ernaar dat iemand binnen maximaal zeven jaar weer zelfredzaam is.” Voor de gemeente is een dergelijke oplossing eveneens te prefereren boven gedwongen verkoop van de woning. “We voorkomen ermee dat mensen een beroep doen op de noodopvang en dat woningen via executieveilingen in handen komen van huisjesmelkers.”, licht Van der Hulst toe.
Aanzienlijk hoger bedrag
Voor de banken en andere hypotheekverstrekkers is het Haagse Vangnet eveneens een verbetering. In ‘de Haagse constructie’ ontvangen zij een bedrag dat aanzienlijk hoger is dan bij verkoop via een executieveiling. Bovendien zijn ze verlost van vaak kansloze vorderingsprocedures. De enige voorwaarde is dat ze afzien van het retentierecht: de relatie met de klant wordt verbroken.
Den Haag is de eerste gemeente die op deze manier huiseigenaren helpt met schuldsanering. Bij de GKB hebben ze in de afgelopen maanden gemerkt dat er grote interesse is bij zowel kredietverstrekkers als gemeenten. Logisch vindt Van der Hulst. “Deze oplossing is win, win, win: voor de huiseigenaar, voor de gemeente én voor de bank.”
Bron: www.creditexpo.nl