De Nevi PMI® van april is uitgekomen op 59.9, een stijging ten opzichte van de maand ervoor die voornamelijk werd gestuwd door een toename van de nieuwe orders.
De productie nam in grotere mate toe, maar dit bleef onder het gemiddelde van 2021. De groei van zowel de binnen- als buitenlandse nieuwe orders herstelde zich in april, na het laagste cijfer in zeventien maanden in maart.
De inkoopactiviteiten namen sterk toe en de hoeveelheid ingekocht materiaal zag de grootste toename sinds december.
Tekorten en vertragingen leidden opnieuw tot langere levertijden en de groei van de achterstanden was het grootst in vijf maanden. De voorraad gereed product liet de sterkste stijging zien sinds juli 2019. De inkoopprijzen bleven stijgen en de verkoopprijsinflatie bereikte een nieuw record.
Voor de derde keer dit jaar was de banengroei groter dan de maand ervoor. De verwachtingen voor de toekomstige productie bleven gematigd.
Industrie zet zich schrap voor toenemende materiaaltekorten
“De industrie bevindt zich in een moeilijke situatie”, stelt Albert Jan Swart, sectoreconoom industrie bij ABN AMRO in zijn redactionele commentaar deze maand op de Nevi PMI. “De oorlog in Oekraïne heeft geleid tot tekorten aan grondstoffen zoals staal, wat leidt tot snel stijgende materiaalkosten. Hoewel de groei van nieuwe orders na de teruggang van vorige maand wat opgekrabbeld is, zijn ondernemers nog steeds beduidend minder optimistisch dan voor de Russische invasie. Ondanks de hoge inkoopprijzen zijn inkoopmanagers nog meer gaan inkopen, vooruitlopend op verdere ontregeling van toeleveringsketens. Door de oorlog in Oekraïne en de lockdowns in China is het trage herstel van toeleveringsketens tot stilstand gekomen. Onder deze omstandigheden is het inderdaad verstandig meer voorraad aan te houden, zolang de nieuwe orders in hoog tempo blijven binnenstromen, en alleen voor wie die dure extra voorraad kan betalen.”
Drie deelindices uitgelicht:
Productie
De productieomvang in de Nederlandse productiesector nam in april fors toe. Hiermee komt de huidige periode van groei op eenentwintig maanden. Nadat de groei in februari en maart minder groot was, steeg deze in de huidige onderzoeksperiode, zij het dat deze stijging onder de tendens bleef van de totale periode van groei. De bedrijven schreven de grotere productieomvang met name toe aan de verbetering van de vraag.
De grootste stijging in april werd genoteerd door de producenten van consumptiegoederen, nadat de stijging hier in drie van de vier afgelopen maanden het kleinst was geweest.
Nieuwe exportorders
De buitenlandse vraag naar in Nederland geproduceerde goederen was in april wederom groter. Er is nu al sinds augustus 2020 maandelijks sprake van een groter aantal nieuwe exportorders. De vraag was met name afkomstig uit de VS, de eurozone en Groot-Brittannië. Het groeitempo lag hoger dan in maart toen het laagste niveau in zeventien maanden werd bereikt, kwam grotendeels overeen met de tendens van het eerste kwartaal van 2022, maar was lager dan die van 2021. De grootste stijging van het aantal nieuwe exportorders werd opnieuw genoteerd in de subsector investeringsgoederen.
Voorraad ingekochte materialen
De Nederlandse producenten vergrootten in april opnieuw hun materiaalvoorraad. De bedrijven schreven dit met name toe aan noodplannen vanwege de aanhoudende wereldwijde verstoring van de toeleveringsketens. De voorraadstijging in april was de grootste sinds december en de op drie na grootste ooit.
Bron: Nevi PMI®