Gemeenten moeten in overleg met ondernemersorganisaties meer doen om hun aanbestedingspraktijk in lijn te brengen met het doel van de Aanbestedingswet die vorig jaar is ingegaan: betere kansen voor het mkb bij overheidsopdrachten.
Belangrijke verbeterpunten zijn er op het gebied van transparantie, knellende social returneisen, administratieve lasten en verdergaande professionalisering. Dit concludeert MKB-Nederland op grond van de resultaten van een enquête die zij heeft uitgevoerd onder 200 gemeenten.
Nederlandse gemeenten geven jaarlijks 17 miljard euro uit aan aanbestedingen en inkoop. Hiermee zijn zij een belangrijke economische factor voor de lokale economie. Niet voor niets is lokaal mkb-vriendelijk aanbesteden een lobbyspeerpunt van MKB-Nederland. De nieuwe Aanbestedingswet (april 2013) – die het midden- en kleinbedrijf eerlijker kansen op opdrachten moet geven – heeft veel wijzigingen met zich meegebracht. Gemeenten hebben sindsdien goede stappen gezet, maar tegelijk is er nog veel werk te doen.
Social return werkt niet
Driekwart van de gemeenten geeft aan ‘social return on investment’ (SROI, aan het werk helpen van doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt) als verplichting opgenomen te hebben in het aanbestedingsbeleid. Dat is een zorgelijke ontwikkeling, vindt MKB-Nederland. Gemeenten leggen zo’n verplichting vaak automatisch op, zonder te bedenken of de opdracht zich er wel voor leent”, zegt voorzitter Michaël van Straalen. “Gekwalificeerd personeel moet plaatsmaken, want voor extra personeel ontbreekt het menig ondernemer aan financiën. En na de opdracht vervallen mensen weer in de bijstand, áls je al geschikte kandidaten hebt kunnen vinden. Personeel met de goede diploma’s of vaardigheden is vaak niet te vinden. Het is weer een extra belemmering voor ondernemers om opdrachten binnen te halen, terwijl het doel niet wordt bereikt.”
Er zijn gemeenten die deels tegemoet komen aan de bezwaren door in overleg met het bedrijfsleven per project naar de beste vorm te zoeken. Helaas neemt de helft standaard in de bestekken een verplichting op dat 5 procent van de loon- of aanneemsom aan SROI moet worden besteed.
Transparante toegang tot opdrachten
Bijna tweederde van de gemeenten geeft aan als gevolg van de nieuwe wet de drempelbedragen voor aanbestedingen te hebben verhoogd. Dit is goed, want dat biedt het mkb meer kansen op opdrachten. Onder de drempel mogen gemeenten opdrachten onderhands gunnen aan een bepaalde partij of een geselecteerde groep laten meedingen (enkelvoudig c.q. meervoudig onderhands aanbesteden). MKB-Nederland pleit ervoor dat gemeenten meervoudig onderhandse aanbestedingen vooraf in de media publiceren. Ook niet-geselecteerde ondernemers kunnen zich dan melden als kandidaat. Opvallend is dat 80 procent van de gemeenten opdrachten nog niet openbaar publiceert, maar dat wel als optie onderzoekt.
Verdere professionalisering aanbestedingen
Bij aanbestedingen boven de drempel moeten gemeenten volgens de nieuwe regels gunnen op het criterium Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI), tenzij dit niet passend is en zij dit goed kunnen motiveren. Gemeenten hebben echter nog moeite met het omschrijven van de gewenste kwaliteiten en het beoordelen van de aanbiedingen, zo geeft 30 procent aan. Bij het EMVI-criterium zijn naast prijs ook aspecten van belang als functionaliteit, kwaliteit, duurzaamheid en levertijd.
Aandacht voor de lokale en regionale economie is belangrijk. MKB-Nederland is blij om te zien dat gemeenten steeds vaker het overleg zoeken met branche- en lokale ondernemersverenigingen om het beleid af te stemmen (29 c.q. 64 procent). Over en weer is er behoefte aan meer kennis over elkaar en de mogelijkheden die de wet biedt. De ondernemersorganisatie spoort gemeenten die dit nog niet doen aan, zo snel mogelijk het overleg op te starten om gezamenlijk beter invulling te geven aan de doelen van de Aanbestedingswet.
Bron: MKB Nederland