Vandaag was het Prinsjesdag. De Koning vraagt in zijn Troonrede aandacht voor kwetsbare groepen, die hard zijn getroffen. En belooft voortzetting van aandacht voor eenzaamheid, aanpak van schulden en kansenongelijkheid. We zijn blij met het ingezette beleid. Maar we zien dat er meer moet gebeuren.
De vandaag gepubliceerde Miljoenennota bevat weinig verrassingen. Dat het demissionaire kabinet geen ambitieus nieuw beleid aankondigt is te begrijpen. Tegelijkertijd vraagt de schuldenproblematiek juist wel om een forse ambitie. Daarom publiceren we een Zes Punten-Manifest.
Schulden zijn duur
De kosten van problematische schulden bij huishoudens zijn voor de samenleving hoog. Directe kosten voor incasso en schuldhulpverlening. En indirecte kosten die huishoudens met problematische schulden voor de samenleving opleveren: extra zorguitgaven, hoger ziekteverzuim en lagere arbeidsparticipatie. En bijvoorbeeld kosten die we maken voor kinderen die minder goed presteren in het onderwijs omdat er thuis problematische schulden zijn.
Jaarlijks geven we opgeteld tussen de 11 en 17 miljard euro uit aan problematische schulden. De baten (de inning van publieke en private schulden) blijven hierbij ver achter.
De afgelopen jaren hebben we er hard aan gewerkt om in de financiële hulpverlening de benodigde vernieuwing te introduceren. Die moderniseringsslag maakt het mogelijk om mensen in de praktijk sneller en beter te helpen. Dat is hard nodig.
De opgave voor Nederland
- 2.8 miljoen huishoudens kennen regelmatige financiële stress, waarvan
- 1.2 miljoen huishoudens met betalingsachterstanden, waarvan
- 650.000 huishoudens met problematische schulden (niet zelfstandig op te lossen binnen drie jaar) (voor corona), waarvan
- 200.000 huishoudens kunnen volstaan met ‘enige vorm van hulp’, waarvan jaarlijks afgerond
- 90.000 aanmeldingen voor schuldhulp
- 20.000 mensen komen jaarlijks uit de schulden via de Msnp, 5.000 via de Wsnp, 75.000 komen schuldenbewind, 50.000 krijgen budgetbeheer, 50.000 gebruiken een andere vorm van hulp of financiële begeleiding.
- Van 175.000 mensen weten we niet precies of schulden worden aangepakt, en hoe, en met welk resultaat.
Dit zijn de pijnpunten
- We helpen veel mensen, maar nog steeds veel meer mensen niet.
- De drempel om hulp te zoeken is hoog, en het imago van de overheid helpt niet: Toeslagenaffaire, harde incasso, benadering van de burger met wantrouwen.
- Incassokosten zijn veel hoger dan de opbrengst. Incasso werkt bij trage betalers, niet bij mensen met financiële problemen.
Wat is nodig?
Vergroten bestaanszekerheid: de kraan moet dicht
- Snelheid in herziening Toeslagen- en belastingstelsel: haal risico en regeldruk weg bij de burger. Mensen moeten rond kunnen komen van een loon of uitkering, zonder allerlei individuele regelingen zelf te moeten organiseren.
- Woon-, zorg- en energiekosten zijn voor lage inkomens te hoog, hun besteedbaar budget wordt te laag.
Schuldhulp: doorpakken
- Breng de overheidsincasso in één hand, met een sociaal incassobeleid.
- Laat de overheid haar preferente positie als schuldeiser opgeven. Alle schuldeisers verdieneneen gelijke positie.
- Richt je op het vinden van oplossingen, laat wantrouwen, dwang en boetes los. Bied betaalregelingen als dat kan, en saneer anders de problematische schuld.
- Kondig een Schuldenpardon af voor overheidsschulden bij kleine ondernemers, zzp-ers en andere gedupeerden door corona.
- Investeer fors in preventie (scholing jongeren, mogelijkheid financiële APK bij grote veranderingen in inkomen en leefsituatie) en nazorg: neem financiële zorg op in zorgplannen.
- Breid de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) uit:
> Schuldenrust na vroegsignalering en constatering probleem: wettelijke incassostop tijdens stabilisatie.
> Verplicht gebruik Schuldenknooppunt door overheidsschuldeisers en gemeentelijke schuldhulpverleners.
> Ga uit van een saneringskrediet als oplossing voor problematische schulden.
Bron: NVVK