De pakkans bij faillissementsfraude is zeer klein. Nog geen 2 procent van alle fraudes wordt strafrechtelijk aangepakt. Daardoor lijden schuldeisers jaarlijks een schade van 1,7 miljard euro. Onverteerbaar vindt Tineke Hilverda, hoogleraar Faillissementsfraude.

Tineke Hilverda die vrijdag haar oratie uitsprak, pleit voor een doortastender opsporings-aanpak en het strafbaar stellen van het ontbreken van een fatsoenlijke administratie. De maximum celstraf zou volgens de hoogleraar één tot vier jaar moeten zijn. Hilverda: ‘Een afwezige, onjuiste of onvolledige bedrijfsadministratie in een faillissement is altijd een indicatie van onverantwoord ondernemerschap en vaak ook van fraude. Een faillissements-fraudeur heeft er namelijk belang bij dat de fraude niet in de administratie is aan te tonen.’

Beter opleiden

Ook vindt Hilverda dat curatoren en opsporingsinstanties beter opgeleid moeten worden om bedrijfsadministraties op fraude te kunnen analyseren. Zij is bezig om samen met forensische accountants een computerprogramma te ontwikkelen waarmee digitale administraties op fraude kunnen worden doorzocht. Zo’n forensische analyse is volgens de hoogleraar een relatief eenvoudige manier om fraude te achterhalen. Frauduleuze transacties kunnen dan mogelijk ongedaan worden gemaakt en bestuurders kunnen voor de schade aansprakelijk worden gesteld of worden bestraft.

Geen prioriteit

Politie en justitie , en ook de fiscus, geven te weinig prioriteit aan bestrijding van faillissementsfraude, vindt Hilverda. Er is onvoldoende capaciteit, deskundigheid en ervaring. In haar oratie geeft ze een aantal randvoorwaarden voor een effectievere aanpak, zoals investeren in intrinsieke motivatie en het bevorderen van deskundigheid.

Bron: Nieuwsbank.nl