Exportkredietverzekeringen stimuleren de handel in sterke mate, zo blijkt uit onderzoek van DNB: iedere euro aan verzekerde exporten genereert ruim tweeënhalve euro aan totale exporten. Dit sterk stimulerende effect rechtvaardigt de inzet van een tijdelijke noodfaciliteit voor de handelsfinanciering in tijden van crisis, zoals na de val van Lehman Brothers.
Direct na de val van Lehman Brothers september 2008 kwam de handelsfinanciering in het nauw. Dat had zijn weerslag op onze uitvoer. Voor de meeste internationale handelstransacties wordt namelijk gebruikt gemaakt van krediet of een soort van verzekering van een financiële instelling. Verandering in het aanbod aan handelsfinanciering werkt dan ook sterk door op de handel.
1 euro = 2,5 euro
Ondernemers die het betalingsrisico op een exporttransactie willen verzekeren, kunnen hiervoor een exportkredietverzekering afsluiten. Wereldwijd wordt ongeveer 6 procent van de totale exporten verzekerd door particuliere kredietverzekeraars, maar in het eurogebied is dat het dubbele (12 procent). In Nederland verzekeren zij handelstransacties ter waarde van 53 miljard euro, ofwel circa 17 procent van de totale Nederlandse exportwaarde (2006). Veranderingen in het aanbod van exportkredietverzekeringen kunnen een meer dan twee keer zo groot effect hebben op de handel. Want iedere euro aan verzekerde exporten genereert ruim tweeënhalve euro aan totale exporten, zo blijkt uit het onderzoek.
Betrouwbare klant
Met een exportkredietverzekering dekt een exporteur het risico af dat een afnemer niet betaalt. Daardoor durft een exporteur transacties te ondernemen die anders te riskant zouden zijn omdat het niet helemaal zeker is of die zijn geld wel krijgt van de importeur. Tegelijkertijd krijgt de importeur dankzij de verzekering de kans om zich te bewijzen als betrouwbare betaler. Is de exporteur na meerdere succesvolle transacties ervan overtuigd dat de afnemer keurig betaalt, dan kan hij de handelsrelatie voortzetten zonder verzekering. Ook op andere wijze hebben kredietverzekeraars een grote impact op exporteurs en importeurs. Zij maken ratings van landen en kredietlimieten van afnemers en met elke aanpassing geven zij een signaal over de kredietwaardigheid van afnemers, en dat helpt exporteurs in hun besluit om al dan niet tot een transactie over te gaan.
Val
Keerzijde is dat een afname van de mogelijkheden tot een kredietverzekering leidt tot minder exportmogelijkheden. Tijdens het dieptepunt van de kredietcrisis, na de val van Lehman Brothers, was het onzekerheid troef. Kredietverzekeraars draaiden de kraan niet dicht maar bleven kredietverzekeringen verschaffen – zij het met enige terughoudendheid. Logisch, want de onzekerheden en risico’s waren ongekend. Het aanbod van private kredietverzekeringen nam naar schatting af met 10 à 20%. Dit heeft zeer waarschijnlijk bijgedragen tot de grote krimp van de wereldhandel in de winter van 2008/2009. Aldus is de financiële crisis via het kanaal van de handelsfinanciering een duidelijke aanjager geweest van de reële economische crisis.
Als particuliere kredietverzekeraars de ratings van landen verlagen en de kredietlimieten verlagen of zelfs intrekken dan heeft dat direct gevolg voor bedrijven: het doet exporteurs minder risico durven nemen en beperkt de importeurs in hun inkoopmogelijkheden. Dit kan een kettingreactie ontketenen onder exporteurs en hun toeleveranciers. Zeker in een land als Nederland, waar particuliere kredietverzekeraars een belangrijk deel van de exporten verzekeren, is het effect aanzienlijk. Terwijl de val van de wereldhandel tijdens de kredietcrisis voor naar schatting 5 à 10 procent is te verklaren uit de minder ruime verzekeringsmogelijkheden, is dat voor Nederland maar liefst 18 tot 37 procent, en voor het eurogebied 10 à 20 procent.
De enorme terugval in de wereldhandel deed de Staat juni 2009 besluiten tot het opzetten van een tijdelijke faciliteit voor korte termijn kredietverzekering: de Tijdelijke Aanvullende Staatskredietverzekering (TASK). Ook andere Europese regeringen ondernamen actie om noodfaciliteiten te bieden. De tijdelijke faciliteit staat open tot 31 december 2010.
Uit de brand
Dit onderzoek biedt empirisch bewijs voor het grote belang van kredietverzekeringen voor onze nationale uitvoer. Daarmee valt staatsinterventie te rechtvaardigen in geval van financiële crises, zeker als meerdere belangrijke exportmarkten zwaar geraakt worden. Een faciliteit heeft het meeste effect als:
- Die direct beschikbaar komt. Zodra kredietverzekeraars ratings en kredietlimieten verlagen, vermindert direct het aanbod verzekeringen.
- Een snelle staatsinterventie kan een kettingreactie in de keten van exporteurs en hun toeleveranciers afwenden.
- De premiestelling aantrekkelijk is. Een hoge premie schrikt af en doet ondernemers afzien van de verzekering of de handelstransactie.
- De communicatie duidelijk is. Dit neemt onzekerheden weg en bevordert het gebruik.
Kortom, een snel beschikbare, niet te dure regeling kan veel exporteurs en importeurs tijdelijk uit de brand helpen. Dat kan mede voorkomen dat de uitvoer in de vrije val komt. Daarmee wordt het schadelijke effect van een financiële crisis voor onze economie beperkt.
Bron: De Nederlandse Bank