Op 9 januari 2022 is de openbare akkoordprocedure buiten faillissement toegevoegd aan bijlage A bij de Europese Insolventieverordening. Dit voorkomt dat schuldeisers zich aan de akkoordprocedure onttrekken door naar een Europese rechter te stappen.
De openbare akkoordprocedure buiten faillissement is een procedure die sinds 1 januari 2021 is opgenomen in de Faillissementswet en is ingevoerd als onderdeel van de Wet homologatie onderhands akkoord (Whoa). Deze procedure biedt ondernemingen met financiële moeilijkheden de mogelijkheid om een faillissement te voorkomen door een akkoord aan hun schuldeisers en/of aandeelhouders aan te bieden. Stemmen voldoende schuldeisers en aandeelhouders met het akkoord in, dan kan de rechter dit verbindend verklaren. Hierdoor geldt het akkoord ook voor schuldeisers en aandeelhouders die hiermee niet hebben ingestemd.
De Europese Insolventieverordening is van belang met het oog op grensoverschrijdende aspecten die bij deze procedure kunnen spelen. De beslissing van een Nederlandse rechter om een akkoord verbindend te verklaren, wordt hierdoor automatisch erkend in andere Europese lidstaten, met uitzondering van Denemarken. Hiermee wordt voorkomen dat schuldeisers alsnog onder de werking van het akkoord uit kunnen komen door afdwinging van hun vordering te vragen aan een rechter van een andere EU-lidstaat.
De Nederlandse rechter zal bovendien per 9 januari 2022 aan de hand van de regels van de Europese Insolventieverordening bepalen of hij internationaal bevoegd is een beslissing te nemen. Dit is het geval als het centrum van de voornaamste belangen van de onderneming die een akkoord aanbiedt, in Nederland is gelegen.
Bron: Rijksoverheid.nl