Huishoudens die volgend jaar een energiezuinige woning kopen, kunnen hiervoor extra hypotheek krijgen. Eigenaren van energiezuinige woningen hebben een beduidend lagere energierekening waardoor zij meer overhouden voor de hypotheek. De leencapaciteit voor kopers van een woning met een energielabel E, F of G daalt. Dat staat in het Nibud-rapport Advies hypotheeknormen 2024 dat vandaag aan de Tweede Kamer is aangeboden. ‘We hebben de afgelopen jaren gezien wat hoge energierekeningen veroorzaken,’ zegt Nibud-directeur Arjan Vliegenthart. ‘Het is belangrijk daar rekening mee te houden bij het verstrekken van hypotheken.’
Nieuwe standaard
De koppeling tussen energielabel en een extra hypotheekbedrag betekent dat woningen met een EFG-label de standaard zullen vormen. Tot nu toe waren dat woningen met een C-label. Eigenaren van energiezuiniger woningen hebben een lagere energierekening, waardoor zij meer geld overhouden om de hypotheek van te kunnen betalen. Dit is vormgegeven als een inkomensonafhankelijk extra bedrag aan hypotheek. Dit bedrag kan oplopen tot € 50.000 extra hypotheek voor een huis met gegarandeerd geen energiekosten.
Verduurzamen
Huishoudens kunnen ook een extra bedrag lenen om hun huis energiezuiniger te maken. Hiervoor bestaat een lijst van maatregelen die vrijwel altijd de energierekening meer doen dalen dan dat de maandlasten van de hypotheek stijgen. Dit bedrag was voorheen niet hoger dan € 9.000. Ook dit bedrag wordt nu gedifferentieerd naar energielabel. Omdat er bij EFG-woningen meer maatregelen nodig zijn, kunnen kopers van deze woningen een hoger bedrag extra lenen dan kopers van woningen die al energiezuiniger zijn. Voor EFG-woningen stijgt dit in 2024 naar € 20.000.
Loonstijging
De leencapaciteit verandert daarnaast ook door veranderingen in lonen, prijzen en belastingmaatregelen. Zonder loonstijging daalt voor veel inkomensgroepen de maximale hypotheek. Dit komt vooral door de hoge inflatie. Onderstaande figuur laat zien dat een loonstijging van de door het CPB verwachte 5,2 procent leidt tot een licht hogere leencapaciteit. Ook is te zien dat er bij het uitblijven van een loonstijging minder geleend kan worden. Alleenstaanden daarentegen kunnen vanaf komend jaar sowieso € 16.000 extra lenen. Dit bedrag biedt deze groep iets meer financiële ruimte bij het kopen van een woning.
Studieschuld
Voor kopers met een studieschuld verandert in 2024 de manier waarop de studieschuld wordt meegenomen in de toekenning van een hypotheek. Tot nu toe was een benadering van de maandlast via de oorspronkelijke studieschuld leidend bij het vaststellen van de leencapaciteit. Vanaf 2024 worden de maandelijkse lasten van de schuld de belangrijkste leidraad. Als iemand in staat is om extra af te lossen op de studieschuld en daardoor lagere maandlasten heeft, zorgt de nieuwe benadering ervoor dat huishoudens meer kunnen lenen. Op het ogenblik stijgt de rente op studieleningen echter. Dat leidt tot hogere lasten en daarmee tot een grotere impact van de studielening op de maximale hypotheek.
Bewust kopen
‘Ondanks de extra bedragen waarmee je je maximale hypotheek kunt ophogen, is het natuurlijk zaak om te kijken of die maximale hypotheek ook echt bij je past,’ zegt Vliegenthart. ‘Meer kunnen lenen is mooi, maar betekent ook hogere maandlasten. Wil je jouw geld daar ook aan uitgeven? Of wil je liever meer overhouden voor andere dingen die je ook belangrijk vindt? Denk daar goed over na voordat je een hypotheek afsluit.’
Achtergronden bij het rapport
Met het rapport Advies hypotheeknormen 2024 adviseert het Nibud de Rijksoverheid over de financieringslastnormen voor hypothecaire financiering voor 2024. Deze normen vormen een onderdeel van de Regeling hypothecair krediet. Voor het tot stand komen van dit advies consulteert het Nibud diverse partijen die bij de hypotheekmarkt zijn betrokken, waaronder de Autoriteit Financiële Markten, De Nederlandsche Bank, de Nederlandse Vereniging van Banken, het Verbond van Verzekeraars, Vereniging Eigen Huis en de stichting Waarborgfonds Eigen Woningen. Het rapport is op 1 november 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden.
Bron: Nibud