De meest recente maandelijkse meting van de DNB-conjunctuurindicator signaleert dat de conjunctuur in juli van dit jaar is omgeslagen. De indicator voorziet het komende halfjaar een verdere verbetering van het conjunctuurbeeld.
De DNB-conjunctuurindicator heeft tot doel omslagen in de Nederlandse conjunctuur tijdig te signaleren. De indicator bestaat uit twee reeksen: de realisatie van de conjunctuur en de verwachte ontwikkeling daarvan in de nabije toekomst. De realisatie van de conjunctuur is gebaseerd op actuele cijfers van de industriële productie.
Door zijn internationale oriëntatie is de industrie een belangrijke graadmeter voor de Nederlandse conjunctuur, die in grote mate wordt beïnvloed door de internationale omgeving. De indicator voor de toekomstige conjunctuur blikt tot zeven maanden vooruit op de conjunctuur. Deze ‘voorlopende indicator’ is samengesteld op basis van consumenten- en producentenenquêtes, financiële gegevens en indicatoren voor de uitvoer. Daarbij is gebruik gemaakt van de laatste economische gegevens tot en met augustus.
De recent gerealiseerde cijfers duiden op een verbetering van de conjunctuur in juli van dit jaar. Daarmee blijft het conjunctuurbeeld negatief, maar dat wordt geleidelijk minder. De voorlopende indicator, die momenteel vooruitblikt tot en met februari 2014, voorziet dat die verbetering zich voortzet. Daarmee voorspelt de indicator een einde aan de fase van conjuncturele afkoeling waarin de Nederlandse economie sinds het derde kwartaal van 2011 bevindt.
De voorspelde verbetering van het conjunctuurbeeld ligt reeds besloten in de recente ramingen voor de Nederlandse economie van onder andere de Europese Commissie, het Centraal Planbureau en De Nederlandsche Bank (DNB).
Meer informatie over de DNB-conjunctuurindicator is te vinden op de DNB-website onder: conjunctuurindicator.
Bron: DNB
