De internationale normen voor kapitaal en liquiditeit Bazel III zullen vanaf 1 januari 2013 gefaseerd worden ingevoerd. In 2019 zou de invoering volledig voltooid moeten zijn. De impact zal in de hele wereld merkbaar zijn. Bepaalde landen zijn beter voorbereid op de invoering dan andere, maar de ruime tijdlijn biedt ieder land naar mening van Morningstar een kans om de verschillende deadlines te halen.

Het doel van Bazel III is om een gelijke basis (level playing field) te creëren voor alle banken in de wereld-wat erg onwaarschijnlijk is. Meerdere landen beginnen al strengere normen vast te stellen dan de regels van Bazel III. Andere landen zijn dan weer van mening dat de normen te ver gaan. Deze gelijke basis is nog moeilijker te verwezenlijken door de boekhoudkundige verschillen tussen de GAAP en IFRS. Bovendien zijn nog niet alle regels op schrift gesteld. Er kunnen nog aanzienlijke wijzigingen worden aangebracht in de liquiditeitsratio’s en de stabiele financieringsratio’s alvorens ze uiteindelijk worden geïmplementeerd.

Al bij al loont het de moeite om de situatie goed in de gaten te houden. Er bestaat namelijk een grote kans op regelgevingsarbitrage (het verschijnsel waarbij banken hun activiteiten verhuizen naar plaatsen waar de reglementering het soepelst is). Als gevolg daarvan kunnen bij ‘s werelds grootste banken mogelijk nog interessante ontwikkelingen worden waargenomen. In dit artikel analyseren Morningstar de impact van Bazel III op de Europese banken die onze aandelenanalisten volgen. Meer informatie over de invoering van het akkoord over de internationale normen voor kapitaal en liquiditeit is te vinden in het rapport Basel III Around the World.

IERLAND

Het banksysteem van Ierland is een puinhoop en staat op het punt om in wezen te worden genationaliseerd. Elke grote Ierse bank moest in de komende jaren al voldoen aan kapitaaleisen, maar omdat het publiek nauwelijks aandacht heeft voor hun aandelenuitgiften, maakt de overheid het verschil goed. Hoewel dit wellicht tot bevredigende kapitaalratio’s zal leiden, zijn het de liquiditeitsratio’s die het de banken het moeilijkst maken. Ze vereisen dat er langetermijnfinanciering beschikbaar is, en het vermogen van in wezen genationaliseerde Ierse banken om een beroep te doen op de markten voor langetermijnkrediet, is op zijn zachtst gezegd duur.

De grote pensioenfondstekorten van deze onder vuur liggende banken, die mogelijk volgens Bazel III van het Tier 1-kapitaal moeten worden afgetrokken, maken de situatie alleen maar erger. Het recentste gerapporteerde pensioentekort van Bank of Ireland bedroeg 1,5 miljard euro en dat van Allied Irish 1,26 miljard euro.

Bank of Ireland heeft toegezegd om 4,2 miljard euro op te halen om haar core Tier 1-kapitaalratio te verhogen tot 10,5 procent. Hiervoor wil de bank niet alleen een beroep doen op de aandelenmarkten. Bank of Ireland heeft haar Burdale-leenactiviteiten te koop gesteld, een van haar meest winstgevende divisies (onophoudelijk winstgevend tijdens de crisis met vorig jaar een opbrengst van 30 miljoen Britse pond). De bank is momenteel voor 36 procent in handen van de staat.

Als er echter geen investeerders op de openbare markt kunnen worden gevonden, zal de staat mogelijk moeten helpen bij de kapitaalverhoging en haar participatie in de bank moeten opvoeren. Allied Irish bevindt zich in een veel moeilijkere situatie. De bank is al voor 49,9 procent eigendom van de overheid en moet een extra bedrag van 10,5 miljard euro ophalen. Als het bedrijf er niet in slaagt voldoende belangstelling van privé-investeerders te wekken, dan verwachten wij dat het zich tot de staat zal wenden voor kapitaal en dat het effectief zal worden genationaliseerd.

ITALIË

In het begin van 2011 drong de gouverneur van de Italiaanse centrale bank er bij de Italiaanse bankiers op aan om vóór de laatste ronde van de pan-Europese stresstests kapitaal op te halen. Intesa Sanpaolo is van plan om tot 5 miljard euro op te halen in een claimemissie en heeft een plan gepresenteerd om een core Tier 1-ratio van minstens 10 procent te behouden in de volgende jaren, in vergelijking met 7,9 procent per 31 december 2010. Ook gaan er al enige tijd geruchten de ronde over een mogelijke spin-off van de vermogensbeheeractiviteit Banco Fideuram, wat Intesa nog meer ruimte zou verschaffen om kapitaal op te halen.

Morningstar verwacht dat deze aankondiging Unicredit, de andere Italiaanse kredietverstrekker die Morningstar volgt, onder druk zal zetten om de kapitaalpositie van Intesa te evenaren, hoewel kaderleden van de bank gemengde gevoelens hebben bij het ophalen van meer kapitaal. De core Tier 1-ratio van UniCredit bedroeg aan het einde van het jaar 8,6 procent, en CEO Federico Ghizzoni schatte onlangs dat deze 7,6 procent zou bedragen indien Bazel III onmiddellijk zou worden toegepast.

NEDERLAND

In het algemeen bevinden de Nederlandse banken zich in een vrij solide positie om te voldoen aan de vereisten van Bazel III. Nout Wellink, de voorzitter van de Nederlandse centrale bank en het huidige hoofd van het Bazel III-comité, meldde Den Haag dat “het niet waarschijnlijk is dat we ons tot de minimumeisen zullen beperken, omdat dat niet in het belang van de Nederlandse financiële sector zou zijn.” Morningstar verwacht dan ook dat de Nederlandse banken nog meer kapitaal zullen houden dan de globale minimumvereiste voor Tier 1-kapitaal van 7 procent.

SPANJE

In een poging om zijn banksysteem te versterken en om de indruk van de markt over de Spaanse financiële instellingen te verbeteren, is Spanje in 2008 gestart met hervormingen van zijn financiële sector. Meer recent in het begin van 2011 werden er nieuwe wetten uitgevaardigd om de invoering van de nieuwe Bazel III-reglementering te versnellen. Zo werd er een strengere definitie voor kernkapitaal opgesteld en werd het minimum vastgesteld op 8 procent voor de meeste ondernemingen en op 10 procent voor ondernemingen die minder makkelijk toegang hebben tot de kapitaalmarkten. In dit opzicht bevinden banken zich in een betere positie dan de cajas (spaarbanken) die – met uitzondering van de grootste nationale instellingen – slechts een bijzonder beperkte capaciteit hebben om extern kapitaal op te halen.

Tot slot heeft de centrale bank ook aangedrongen op een aanzienlijke consolidatie van het banksysteem, grotendeels gericht op de cajas om ze efficiënter te maken, om hun financieringskosten te beperken, hun liquiditeitspositie te verhogen en ze onafhankelijker te maken (traditioneel hadden deze regionale spaarbanken sterke politieke banden met lokale overheden).

Naar mening van Morningstar bevinden Banco Santander als Banco Bilbao Vizcaya Argentaria zich in een relatief goede staat. Per 31 december 2010 waren de kernkapitaalratio’s van Santander en BBVA van respectievelijk 8,8 procent en 9,6 procent toereikend. Daarnaast vindt Morningstar het positief dat de inkomstenstromen van de bank afkomstig zijn van goed gediversifieerde bronnen die zich uitstrekken over Latijns- en Noord-Amerika en andere Europese landen. Hoewel ze geen indrukwekkende rendementen genereren, zijn beide banken relatief winstgevend (ROE boven 10 procent), en hebben ze kredietkwaliteitsrisico’s die beheersbaar zijn (de niet-renderende leningen of ‘NPL’ bedragen circa 4 procent van hun totale portefeuille), waardoor ze hun kapitaalposities langzaam maar zeker kunnen blijven verbeteren.

Voor Banco Popular Espanol ligt de situatie anders, volgens Morningstar vooral omdat het de bank ontbreekt aan de geografische diversificatie waarvan haar grotere concurrenten kunnen profiteren. Momenteel lijkt haar kernkapitaalratio van 9,4 procent echter goed. Aangezien de bank in hogere mate is blootgesteld aan de economie van haar thuisland, baart haar NPL-ratio van 5 procent echter iets meer zorgen en zijn de mogelijkheden om intern kapitaal te genereren door ROE’s van minder dan 10 procent volgens ons in de nabije toekomst beperkt.

Morningstar meent dat alle drie de banken de rest van de crisis kunnen doorstaan zonder meer kapitaal te hoeven ophalen en nog steeds voldoen aan de reglementering van de Spaanse centrale bank. Hun lot is echter gekoppeld aan de kredietwaardigheid van Spanje en als de economie van het Iberische schiereiland niet verbetert of als zijn kredietrating verder wordt verlaagd, zouden de banken hieronder kunnen lijden. Het zou bijgevolg kunnen gebeuren dat deze ondernemingen op hetzelfde moment bij de markten aankloppen als het moment waarop de risicopremie toeneemt, waardoor hun kapitaal- of schuldkosten aanzienlijk zouden kunnen toenemen. Als dat het geval zou zijn, dan denkt Morningstar dat BBVA of Santander het beter zou doen, aangezien zij over een betere toegang tot de internationale kapitaalmarkten beschikken en bepaalde activa kunnen verkopen om zowel kapitaal te vergaren als hun omvang te verkleinen.

Bron: Bron: Copyright 2011, Morningstar Inc.