De uitspraak van de Kantonrechter te Bergen op Zoom is zeer lezenswaard.
De casus: een man gaf een vonnis op zijn uit handen aan een incassobureau. Hoe dat vonnis was verworven vertelt het vonnis niet. Hij biedt de zaak aan bij een incassobureau dat hem de tarievenkaart voorhoudt (onder meer 15% bij een vonnis zonder incassokosten). De zaak wordt uiteindelijk afgewikkeld waarbij de man ruim 10% plus btw wordt berekend als incassoprovisie alsmede de afwikkelingsprovisie van de betrokken deurwaarder.
De man verzet zich daartegen en verwijt het incassobureau (te) onduidelijke afspraken maar ook dat men hem niet heeft vertelde dat men nauwelijks toegevoegde waarde had bij het executietraject en dat het verschil tussen een incassobureau en deurwaarder niet aan hem is uitgelegd.
Hij dagvaardt het bureau tot terugbetaling van de incassoprovisie en de afwikkelingskosten. Er volgt verstek. In verzet overweegt de kantonrechter:
“3.8. Naar het oordeel van de kantonrechter voldoet een incassobureau slechts dan aan haar zorgplicht ten opzichte van een particuliere opdrachtgever indien zij voorafgaand aan het aanvaarden van de opdracht: a) op adequate wijze heeft onderzocht wat de precieze wensen en behoeften van de opdrachtgever zijn en of de opdrachtgever wel in voldoende mate begrijpt waartoe hij precies opdracht geeft en welke alternatieven hem eventueel ten dienste staan en b) de opdrachtgever op een voldoende heldere en transparante wijze informeert over de aard en het doel van haar dienstverlening en over de daaraan verbonden kosten. Voor een zuivere wilsvorming is immers goede informatie-uitwisseling van essentieel belang en dat is wat de onderhavige zorgplicht beoogt te bevorderen. Onder omstandigheden kan een juiste invulling van de op de dienstverlener rustende zorgplicht zelfs met zich brengen dat deze de opdrachtgever dient te adviseren van de overeenkomst af te zien omdat het aanvaarden van de opdracht niet past bij het doel dat de opdrachtgever nastreeft.
Vooral de laatste zin is in deze dodelijk. De man wilde incasso zonder kosten, uiteraard maar dat kan natuurlijk niet. De kantonrechter overweegt dat de eiser (thans geopposeerde) de afwikkelingsprovisie van de deurwaarder wel zou hebben moeten betalen en vernietigde het verstekvonnis. Hij liet wel de volledige door het bureau gerekende provisie als terug te betalen staan.
Ik zie deze uitspraak als een landmark. Ook hier was er weer een eiser die het verschil tussen incassobureau en deurwaarder niet duidelijk was. Het is met deze uitspraak duidelijk aan de incassobranche om duidelijker te stellen wat zij wel en niet kunnen zodat een schuldeiser, zoals de kantonrechter terecht stelt, een afgewogen keuze kan maken.
Bron: De Bloggende Deurwaarder