Nederland realiseerde in het tweede kwartaal van 2016 een overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans van EUR 13 miljard (7,8% bbp). De dalende trend in het overschot zette zich daarmee voort.
Vooral de winstgevendheid op buitenlandse deelnemingen was lager dan in het tweede kwartaal van 2015. Het netto extern vermogen van Nederland (met kapitaaldeelnemingen gewaardeerd tegen marktwaarde) nam wederom toe, naar EUR 637 miljard (93% van het bbp op jaarbasis). Vooral de ontwikkelingen op de financiële markten droegen flink bij aan de Nederlandse netto effectenpositie.
Lopende rekening
Het overschot op de lopende rekening lag in 2016K2 EUR 2,5 miljard lager dan een jaar eerder. Het handelssaldo lag daarbij in zowel het goederen- als het dienstenverkeer op een vergelijkbaar niveau als in 2015K2. De in- en uitvoer van energieproducten (inclusief aardgas) daalden net als voorgaande kwartalen, resulterend in een hoger saldo. De afname van het overschot werd volledig gedreven door de inkomens die werden gerealiseerd op financieel vermogen.
De niet-financiële instellingen zagen de winstgevendheid van hun buitenlandse kapitaaldeelnemingen lager uitvallen dan een jaar eerder. Zij realiseerden in 2016K2 tegen de EUR 6 miljard inkomen op hun deelnemingen, EUR 2,5 minder dan in 2015K2. Dit kwartaal keerden ze echter ook beduidend minder winst uit aan hun buitenlandse moeders (daling van EUR 1,3 miljard, naar een niveau van EUR 4 miljard). Op uitgegeven aandelen en participatiebewijzen keerden Nederlandse instellingen (uitgezonderd de bijzondere financiële instellingen) in 2016K2 ruim EUR 2 miljard meer dividend uit dan een jaar eerder. De dividendontvangsten namen daarentegen licht af. Het saldo van inkomende en uitgaande effecteninkomens is daardoor in lange tijd niet zo laag geweest.
Financiële rekening
Het Nederlandse netto extern vermogen nam, inclusief de ontwikkelingen in de marktwaarde van kapitaaldeelnemingen, in 2016K2 met EUR 40 miljard toe. Met name de netto Nederlandse effectenpositie steeg (met ruim EUR 30 miljard). De waarde van het buitenlandse effectenbezit van Nederlandse beleggers nam met bijna EUR 50 miljard toe, tot dicht bij de top van 2015K1. Deze toename kwam deels voort uit aankopen van buitenlandse aandelen en beleggingsfondsen (EUR 11 miljard). Vooral de beleggingsinstellingen waren actief, met per saldo voor bijna EUR 10 miljard aankopen. Amerikaanse aandelen waren daarbij het meest in trek. Omgekeerd kochten buitenlandse beleggers voor EUR 5 miljard Nederlandse aandelen en participaties, waaronder voor bijna 1 miljard aandelen Philips Lighting dat in mei naar de beurs werd gebracht. Ook de ontwikkelingen op de financiële markten droegen bij aan de toename van het effectenbezit. Zo werd de neergaande rente-ontwikkeling in 2016K2 voortgezet, met positieve prijsmutaties op vooral buitenlands kapitaalmarktpapier (EUR 18 miljard) tot gevolg. De prijsmutaties op buitenlands bezit van Nederlands kapitaalmarktpapier waren met EUR 5 miljard veel geringer, voortkomend uit een verschil in rentegevoeligheid van de kapitaalmarktposities. Bovendien werd Nederlands kapitaalmarktpapier per saldo voor EUR 5 miljard door buitenlandse beleggers van de hand gedaan. Ze kochten weliswaar voor EUR 13 miljard aan langlopend Nederlands bedrijfspapier, maar daar stonden verkopen van kapitaalmarktpapier van de overheid (EUR -9 miljard), banken (EUR – 5 miljard) en overige financiële instellingen (EUR – 9 miljard) tegenover.
Het saldo directe investeringen van de niet-financiële instellingen nam eveneens toe. De stijging werd gedreven door flinke aflossingen op intraconcernleningen van deze instellingen. Nieuwe kapitaaldeelnemingen lagen op een beduidend lager niveau dan de voorgaande kwartalen, waarbij de uitgaande deelnemingen die van buitenlandse instellingen in Nederland met bijna EUR 1 miljard overstegen. De overname in mei van TNT Express door het Amerikaanse Fedex, dat 90% in handen kreeg, leverde dit kwartaal een grote bijdrage aan de inkomende kapitaaldeelnemingen.
Bron: DNB