Bij blijvend hoge prijzen van energie en andere vaste lasten kunnen op termijn tussen de 670.000 en 1,2 miljoen huishoudens moeite krijgen met het betalen van hun maandelijkse lasten. Dat komt neer op tussen de 9% en 15% van alle huishoudens. Dit blijkt uit een stresstest naar de kosten van levensonderhoud van het Centraal Planbureau (CPB), die op 9 juni is gepubliceerd.

Met het prijsniveau van januari 2021 hadden circa 500.000 huishoudens al te maken met een betaalbaarheidsprobleem. Twee scenario’s van hogere energie-, brandstof- en voedselprijzen laten zien dat het aantal huishoudens met onvoldoende inkomen om hun lasten te betalen toeneemt. In het ‘basisscenario’ waarin de energieprijzen verdrievoudigen ten opzichte van januari 2021, komen daar 170.000 huishoudens bij. In het ‘donkere scenario’ worden de energieprijzen zeven keer zo hoog en komen daar 650.000 huishoudens bij. De energieprijzen in mei 2022 waren hoog, maar lagen nog iets onder het prijsniveau van het donkere scenario, die van brandstof iets hoger. De prijzen van andere vasten lasten, zoals voeding bevonden zich nog een stuk onder die van het donkere scenario.

Vooral lage inkomensgroepen en uitkeringsgerechtigden lopen risico. Het aantal euro dat de huishoudens maandelijks tekortkomen kan flink verschillen, maar gemiddeld gaat het om 75 euro per maand in het basisscenario en 130 euro in het donkere scenario.

Financiële buffers

Ruim de helft van de huishoudens met een betaalbaarheidsprobleem heeft voldoende financiële buffers om de hoge prijzen meer dan een jaar aan te kunnen zonder de uitgaven te verlagen. Maar in het basisscenario houden ongeveer 190.000 van de 670.000 huishoudens met een betaalbaarheidsprobleem het maximaal drie maanden vol met de aanwezige financiële buffers. Nog eens 100.000 huishoudens houden het maximaal een jaar vol. De meeste huishoudens hebben dus ofwel voldoende inkomen, ofwel voldoende financiële buffers om niet onmiddellijk in de financiële problemen te komen.

Beleidsimplicaties

De mogelijkheden om de gestegen kosten van levensonderhoud snel terug te dringen zijn beperkt. Het isoleren en verduurzamen van woningen kost tijd en het beperken van het energiegebruik kan maar tot op zekere hoogte. Maatregelen zoals het tijdelijk verlagen van accijnzen, btw en belastingen op energie en brandstof zijn voor veel kwetsbare huishoudens niet voldoende. Ook de eenmalige tegemoetkoming van 800 euro is slechts deels effectief om kwetsbare huishoudens uit de financiële problemen te houden die nu geconfronteerd worden met de prijsstijgingen. De diepte en duur van de problemen hangt in sterkte mate af van de toekomstige ontwikkeling van de energieprijzen.

Stresstest is geen raming

Deze stresstest gaat uit van een wat-als-benadering: welke huishoudens hebben onvoldoende inkomen om hun vaste en noodzakelijke lasten te betalen bij een bepaald hoog prijsniveau en kunnen daardoor te maken krijgen met betaalbaarheidsproblemen? Dit betekent dat er geen prognoses worden gedaan over hoeveel huishoudens daadwerkelijk met betaalbaarheidsproblemen te maken krijgen en op welke termijn. Of deze huishoudens nu al te maken hebben met betaalbaarheidsproblemen hangt bijvoorbeeld af van het moment waarop de tarieven in hun energiecontract worden aangepast.

Bron: CPB