De Nederlandse economie presteert matig in de periode 2012 tot en met 2015 door een combinatie van oplopende werkloosheid en lage (gezins-)consumptie als gevolg van hogere pensioenpremies, lagere pensioenuitkeringen, restrictief overheidsbeleid en dalende huizenprijzen.
Dat maakt het CPB bekend in het vandaag gepubliceerde Centraal Economisch Plan 2012.
Door diverse kleine aanpassingen van in totaal 200 miljoen euro komt in vergelijking met de op 1 maart jongstleden gepubliceerde conceptcijfers het begrotingstekort (EMU saldo) in 2013 afgerond een tiende hoger uit op 4,6 procent van het bruto binnenlands product (bbp). De huidige economische recessie duurt voort tot de tweede helft van dit jaar.
Voor 2012 wordt een krimp verwacht van 0,75 procent bbp. In de jaren daarna volgt naar verwachting licht herstel: 1,25 procent bbp-groei in 2013, 1,5 procent in 2014 en 2015. Tegelijkertijd neemt de mediane koopkracht af en loopt de werkloosheid op, met een piek van 545.000 in 2013. De geraamde staatsschuld (EMU-schuld) stijgt naar 76% van het bbp in 2015. Een lichtpunt voor de Nederlandse export is dat de wereldhandel voorzichtig aantrekt en dat de Duitse economie zich positief ontwikkelt. De verwachting is dat de economie pas in 2014 groter is dan in het eerste kwartaal van 2008. Een zesjarige periode waarin per saldo geen economische groei plaatsheeft, is in Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer voorgekomen.
Naast de eventuele begrotingsaanpassingen in Nederland is de grootste onzekere factor de ontwikkeling van de Europese schuldencrisis. Europa is de afgelopen maanden langs de rand van de financiële afgrond gegaan. De situatie lijkt voor het moment stabieler, vooral door ingrijpen van de Europese Centrale Bank, via de Longer Term Refinancing Operations (LTRO), waarbij banken goedkoop geld kunnen lenen bij de ECB. Maar het onderliggende probleem van de zwakke Europese financiële sector is daarmee niet opgelost, hetgeen negatief kan uitwerken op de reële economie.
Bron: CPB