Consumenten hebben in november 1,3 procent meer besteed dan in november 2018, meldt het CBS. De groei is kleiner dan in de voorgaande maand. Ze gaven onder andere meer uit aan personenauto’s.
Volgens de CBS Consumptieradar zijn de omstandigheden voor de consumptie in januari gunstiger dan in november. De consumptiecijfers zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen en veranderingen in de samenstelling van de koopdagen.
Consument besteedt vooral meer aan auto’s, woninginrichting en apparaten
Consumenten hebben in november 2 procent meer besteed aan duurzame goederen. Ze gaven vooral meer uit aan auto’s, woninginrichting en huishoudelijke apparaten. Consumenten hebben 1 procent meer uitgegeven aan voedings- en genotmiddelen. Aan overige goederen, zoals motorbrandstoffen, gaven ze 0,9 procent minder uit dan in november 2018.
Vorige week meldde het CBS dat de detailhandel in november 2,6 procent meer heeft omgezet dan in november 2018. Het verkoopvolume was 1,4 procent hoger. Ook deze cijfers zijn gecorrigeerd voor de samenstelling van koopdagen.
De uitgaven aan diensten, zoals verzekeringen, woninghuur, openbaar vervoer en een bezoek aan restaurant of kapper, lagen in november 1,5 procent hoger dan een jaar eerder. Uitgaven aan diensten maken ruim de helft van de totale binnenlandse consumptieve bestedingen uit.
Omstandigheden voor consumptie in januari gunstiger dan in november
Het CBS publiceert elke maand ook over de omstandigheden voor de consumptie in de consumptieradar. De consumptie door huishoudens hangt onder meer samen met de verwachtingen van consumenten, de situatie op de arbeidsmarkt en de ontwikkeling van hun vermogen. De indicatoren in de radar hangen goed samen met de consumptie door huishoudens, maar een verbetering van de omstandigheden betekent niet per se een hogere groei van de consumptie.
Volgens de CBS Consumptieradar zijn de omstandigheden voor de consumptie door Nederlandse huishoudens in januari gunstiger dan in november. Dat komt vooral doordat de jaar-op-jaarstijging van de beurskoersen groter was. Ook was verwachting van consumenten over de toekomstige ontwikkeling van de werkloosheid minder negatief. Daarentegen waren de ondernemers in de industrie minder positief over de toekomstige ontwikkeling van de werkgelegenheid in hun bedrijf.
De cijfers in dit bericht zijn voorlopig en kunnen worden bijgesteld.
Bron: CBS