Hypotheekverstrekkers moeten klanten bij eenvoudige aanpassingen van de hypotheek niet eerst voor advies naar een tussenpersoon sturen. Daarmee jagen ze consumenten onnodig op kosten, vindt de Consumentenbond.
Wie een hypotheek wil aanpassen , wordt door zijn geldgever vaak doorgestuurd naar een financieel adviseur. Dat is logisch wanneer het gaat om aanpassingen met mogelijk grote fiscale en financiële gevolgen. Maar bij eenvoudige aanpassingen, zoals het storten van extra premie in een spaarhypotheek of het oversluiten naar een lagere dagrente, is de tussenkomst van een tussenpersoon onnodig. Ook de toezichthouder Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KiFid) oordeelde eind 2015 in een individuele zaak dat een geldverstrekker geen advies van een tussenpersoon mag eisen bij een kleine wijziging in de hypotheek.
Grote kostenverschillen
De kosten die hypotheekaanbieders rekenen voor aanpassingen aan een lopende hypotheek verschillen aanzienlijk. Zo rekent de Rabobank voor het omzetten van een aflosvorm €250, terwijl SNS daar €1995 voor rekent. Ook een simpele aanpassing van een overlijdensrisicoverzekering is heel verschillend geprijsd: SNS rekent daar €450 voor, de Rabobank €55, en ING doet dat gratis.
De Consumentenbond adviseert om vóór het afsluiten van een hypotheek niet alleen op de rente te letten, maar ook op de kosten die men kwijt is bij aanpassingen van de hypotheek. Een volledig overzicht van de kosten van alle banken is te lezen op de website.
De resultaten van het onderzoek staan in de Geldgids van april 2016.
Bron: Consumentenbond