- Coface verwacht dat het aantal bedrijfsfaillissementen in Nederland met 36% toeneemt in 2020 en 2021 vergeleken met 2019
- Het landenrisico van Nederland wordt verhoogd van A1 naar A2
- Voor het eerst in 20 jaar wordt het landenrisico voor Duitsland verhoogd van A2 naar A3
Enkele weken na de eerste versoepeling van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus lijkt de economische bedrijvigheid in de meeste Europese landen aan te trekken. Dit geleidelijke en gedeeltelijke herstel, dat ongeveer twee maanden volgt op dat van China, weegt niet op tegen de effecten van de beperkingen op de wereldwijde economische groei.
Coface, expert op het gebied van kredietwaardigheid vanuit haar activiteit als kredietverzekeraar, voorspelt dat de recessie in 2020 (een daling van 4,4% van het mondiale BBP) heviger wordt dan die van 2009. Ondanks het verwachte herstel in 2021 (+ 5,1%) – ervan uitgaande dat een tweede coronagolf niet zal plaatsvinden – blijft het BBP in de Verenigde Staten, de Eurozone, Japan en het Verenigd Koninkrijk 2 tot 5 punten lager dan in 2019.
Het uitblijven van een snel herstel is te wijten aan twee oorzaken. Ten eerste leidt de aanhoudende onzekerheid over het verloop van de pandemie tot een verwachte toename van besparingen bij huishoudens en bij bedrijven tot annuleringen van investeringen. Daarnaast kampen sommige sectoren met onherstelbare productieverliezen (met name service- activiteiten en grondstoffen die gebruikt worden als brandstof). Maatregelen van centrale banken hebben sinds april bijgedragen aan de stabilisatie van financiële markten. Dit is met name het geval in landen (voornamelijk West-Europa) die, door hun schuld te vergroten, bijdragen aan het op peil houden van de productiecapaciteit van bedrijven. Deze maatregelen zorgen deels slechts voor uitstel van aanpassingen op de arbeidsmarkt en van cashflowproblemen van bedrijven.
Vergeleken met 2019 neemt wereldwijd het aantal bedrijfsfaillissementen tussen nu en 2021 met een derde toe.
Ondanks de overheidsmaatregelen zal de stijging van het aantal bedrijfsfaillissementen, die al in de vorige Coface-barometer (Q1 2020) naar voren kwam, waarschijnlijk alle belangrijke economieën raken: Verenigde Staten (+43%), Verenigd Koninkrijk (+37%), Nederland (+36), Japan (+24%), Frankrijk (+21%) en Duitsland (+12%). Veel opkomende economieën (+44% in Brazilië, +50% in Turkije) zullen ook worden getroffen door de economische gevolgen van de lockdown-maatregelen.
Deze landen kampen daarnaast met een daling van inkomsten uit toerisme, minder afdrachten van werknemers in het buitenland en dalende inkomsten vanwege de gedaalde prijzen voor gewonnen grondstoffen.
Naast transport verzwakt de pandemie ook de sectoren die vorig jaar al kwetsbaar waren: auto-industrie, metaalindustrie, detailhandel, textielindustrie en kledinghandel.
De sterke stijging van het aantal faillissementen weerspiegelt een toename van het kredietrisico op korte termijn (6 tot 12 maanden). Het verhoogde landenrisico, zoals vastgesteld door Coface op basis van macro-economische, financiële en micro-economische cijfers, is goed terug te zien in de aanpassing van 71 landenrisico’s; iets meer dan 40% van de economieën die wereldwijd beoordeeld worden. Het landenrisico van Nederland wordt verhoogd van A1 naar A2, en voor het eerst in 20 jaar wordt het landenrisico voor Duitsland verhoogd van A2 naar A3.
Wat sectorrisicobeoordelingen betreft, in de 28 door Coface beoordeelde landen zijn ongeveer 40% van de 13 bedrijfssectoren (die 88% van het wereldwijde BBP vertegenwoordigen) afgewaardeerd. Het is niet verwonderlijk dat transport in het huidige tijdperk de zwaarst getroffen sector is, gevolgd door de auto-industrie en de detailhandel, die vorig jaar al een zwakke positie hadden. Aan de andere kant van het spectrum zijn geneesmiddelen en, in mindere mate, agro-food en ICT het meest veerkrachtig.
Bron: Coface