In 2015 gaf 15 procent van de Nederlandse huishoudens aan moeilijk of zeer moeilijk rond te komen.
Dit zijn bijna 1,1 miljoen huishoudens. Van de (geraamde) 718 duizend huishoudens met een inkomen onder de lage-inkomensgrens kwamen vier op de tien moeilijk rond. Dit uitte zich in het uitstellen of achterwege laten van reguliere uitgaven zoals verwarming of het kopen van kleding. Dat meldt CBS.
Piek financiële krapte in 2013
Na jaren van stabiliteit, ook gedurende de economische crisis, steeg bij huishoudens met een laag inkomen het aandeel dat aangeeft moeilijk rond te komen van 40 procent in 2012 naar ruim 50 procent in 2013. Daarna daalde het aandeel en kwam in 2015 met 41 procent weer op het oude stabiele niveau te liggen.
Bij de huishoudens met een inkomen boven de lage-inkomensgrens schommelde het percentage dat moeilijk kan rondkomen in de afgelopen jaren rond de tien procent.
Financiële beperkingen eerder regel dan uitzondering
Huishoudens met een laag inkomen hebben regelmatig te maken met financiële beperkingen. In 2014 gaf 76 procent van hen aan onvoldoende geld te hebben voor één of meer veel voorkomende uitgaven, uiteenlopend van het verwarmen van het huis (13 procent) tot het vervangen van versleten meubels (61 procent).
De helft van de huishoudens met een laag inkomen had onvoldoende geld om regelmatig nieuwe kleding te kopen en bijna twee op de drie hadden geen geld voor onverwachte noodzakelijke uitgaven van zo’n duizend euro. Van de 6,4 miljoen huishoudens met een hoger inkomen had 31 procent te stellen met minimaal één van de genoemde financiële beperkingen.
Bron: CBS