Nederland weer in recessie.
Volgens de eerste raming van het CBS in 2013 is de economie in het vierde kwartaal van 2012 met 0,2 procent gekrompen ten opzichte van een kwartaal eerder. In het derde kwartaal kromp de economie met 1,0 procent ten opzichte van het tweede kwartaal. Volgens de gangbare definitie bevindt de economie zich met deze twee opeenvolgende kwartalen van krimp in een recessie. De recessie valt binnen een periode van laagconjunctuur die in het tweede kwartaal van 2011 begon, met een aantal kwartalen van krimp. Ten opzichte van het vierde kwartaal van 2011 kromp de economie met 0,9 procent. Het aantal werkdagen was in het vierde kwartaal van 2012 even hoog als een jaar eerder.
Uitvoer blijft groeien
De uitvoer is in het vierde kwartaal met 3,2 procent gegroeid ten opzichte van een jaar eerder. Vooral de wederuitvoer droeg hier aan bij, met een stijging van 8,8 procent. De uitvoer van in Nederland geproduceerde goederen groeide licht, na een krimp in het derde kwartaal. De uitvoer van deze producten is voor de Nederlandse economie lucratiever dan de wederuitvoer. Met name de uitvoer van aardgas, aardolieproducten en chemische producten was in het vierde kwartaal flink hoger.
Minder investeringen
De investeringen in vaste activa zijn in het vierde kwartaal met 5,2 procent gekrompen ten opzichte van een jaar eerder. Op vrijwel alle fronten liepen de investeringen terug. Vooral in woningen en grond-, weg- en waterbouwkundige werken is minder geïnvesteerd, maar ook in machines en installaties. In computers is daarentegen meer geïnvesteerd. De investeringen in vervoersmiddelen bleven op het niveau van een jaar eerder.
Consumptie verder gedaald
Huishoudens hebben in het vierde kwartaal 2,3 procent minder besteed dan een jaar eerder. De consumptie door huishoudens krimpt daarmee al bijna twee jaar. De teruggang in het vierde kwartaal is groter dan die in de voorafgaande kwartalen. In het vierde kwartaal is er over vrijwel de hele linie minder geconsumeerd. Huishoudens kochten ruim 9 procent minder duurzame goederen. Vooral aan auto’s en meubelen gaven ze minder uit.
De consumptie door de overheid was 1,1 procent hoger dan een jaar eerder. Met name de uitgaven aan sociale uitkeringen stegen. De uitgaven aan het openbaar bestuur lagen in het vierde kwartaal op hetzelfde niveau als een jaar eerder, na lichte dalingen in de voorafgaande kwartalen.
Sterke groei chemische en farmaceutische industrie
De krimp van de bouw heeft zich ook in het vierde kwartaal voortgezet, met een daling van 9,0 procent. De productie van de industrie bleef op hetzelfde niveau als een jaar eerder. Dit is vooral toe te schrijven aan de chemische en farmaceutische industrie. Deze groeide fors, terwijl de overige onderdelen van de industrie kampten met productieverlies. Ook de delfstoffenwinning kende een behoorlijke groei, door een verhoogde afzet van aardgas aan het buitenland en in mindere mate aan Nederlandse consumenten. De commerciële dienstverlening kromp met 1,2 procent.
Aantal banen op niveau 2007
Het aantal banen van werknemers daalde in het vierde kwartaal met 18 duizend ten opzichte van een kwartaal eerder. Ten opzichte van een jaar eerder waren er 93 duizend banen minder. Dit is een daling van 1,2 procent. In alle bedrijfstakken daalde of stagneerde het aantal banen in het vierde kwartaal. In het derde kwartaal van 2012 was er in een aantal bedrijfstakken nog lichte groei. Gemiddeld over heel 2012 waren er 63 duizend banen minder dan in 2011. Het aantal banen is hiermee gedaald tot het niveau van 2007.
Krimp van 0,9 procent over heel 2012
Over heel 2012 kromp de economie met 0,9 procent ten opzichte van een jaar eerder. De consumptie door huishoudens was 1,4 procent lager, de investeringen krompen met 4,7 procent. De consumptie door de overheid groeide met 0,7 procent, de uitvoer met 3,1 procent. In 2011 groeide de economie nog met 1,0 procent. Belangrijkste verschil met 2012 was dat de investeringen in 2011 nog toenamen.
Bron: CBS